EUR-Lex Access to European Union law
This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 62014CN0498
Case C-498/14: Request for a preliminary ruling from the Cour d’appel de Bruxelles (Belgium) lodged on 10 November 2014 — (Information erased or replaced within the framework of protection of personal data and/or confidentiality.) v (Information erased or replaced within the framework of protection of personal data and/or confidentiality.)
Zaak C-498/14: Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door het Hof van Beroep te Brussel (België) op 10 november 2014 — (Informatie gewist of vervangen in het kader van de bescherming van persoonsgegevens en/of vertrouwelijkheid.) / (Informatie gewist of vervangen in het kader van de bescherming van persoonsgegevens en/of vertrouwelijkheid.)
Zaak C-498/14: Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door het Hof van Beroep te Brussel (België) op 10 november 2014 — (Informatie gewist of vervangen in het kader van de bescherming van persoonsgegevens en/of vertrouwelijkheid.) / (Informatie gewist of vervangen in het kader van de bescherming van persoonsgegevens en/of vertrouwelijkheid.)
PB C 16 van 19.1.2015, p. 19–19
(BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
19.1.2015 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 16/19 |
Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door het Hof van Beroep te Brussel (België) op 10 november 2014 — RG (*1)/ SF (*1)
(Zaak C-498/14)
(2015/C 016/29)
Procestaal: Frans
Verwijzende rechter
Hof van Beroep te Brussel
Partijen in het hoofdgeding
Verzoekende partij: RG (*1)
Verwerende partij: SF (*1)
Prejudiciële vraag
Kan artikel 11, leden 7 en 8, van verordening (EG) nr. 2201/2003 van de Raad van 27 november 2003 betreffende de bevoegdheid en de erkenning en tenuitvoerlegging van beslissingen in huwelijkszaken en inzake de ouderlijke verantwoordelijkheid, en tot intrekking van verordening (EG) nr. 1347/2000 (1) („Brussel II bis-verordening”) aldus worden uitgelegd dat het zich ertegen verzet dat een lidstaat
— |
in gevallen van ontvoering van een kind door een ouder voorrang geeft aan gespecialiseerde rechters wat de procedure betreft waarin deze [bepalingen] voorzien, zelfs wanneer bij een hof of rechtbank reeds een bodemprocedure inzake de ouderlijke verantwoordelijkheid voor het kind aanhangig is gemaakt? |
— |
de rechter bij wie een bodemprocedure inzake de ouderlijke verantwoordelijkheid voor het kind aanhangig is gemaakt, de bevoegdheid ontneemt over het gezagsrecht uitspraak te doen, terwijl hij zowel internationaal als in de eigen rechtsorde bevoegd is uitspraak te doen over de kwesties met betrekking tot de ouderlijke verantwoordelijkheid voor het kind? |
(*1) Informatie gewist of vervangen in het kader van de bescherming van persoonsgegevens en/of vertrouwelijkheid.