EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62009CN0502

Zaak C-502/09: Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door het Bundesfinanzhof (Duitsland) op 3 december 2009 — Fleischerei Nier GmbH & Co. KG/Finanzamt Detmold

PB C 63 van 13.3.2010, p. 23–23 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

13.3.2010   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 63/23


Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door het Bundesfinanzhof (Duitsland) op 3 december 2009 — Fleischerei Nier GmbH & Co. KG/Finanzamt Detmold

(Zaak C-502/09)

2010/C 63/37

Procestaal: Duits

Verwijzende rechter

Bundesfinanzhof

Partijen in het hoofdgeding

Verzoekende partij: Fleischerei Nier GmbH & Co. KG

Verwerende partij: Finanzamt Detmold

Prejudiciële vragen

1)

Dient het begrip „levensmiddel” in bijlage H categorie 1 van de Zesde richtlijn 77/388/EEG van de Raad van 17 mei 1977 betreffende de harmonisatie van de wetgevingen der lidstaten inzake omzetbelasting in die zin te worden uitgelegd dat daaronder alleen zijn begrepen levensmiddelen „om mee te nemen” zoals deze in de levensmiddelenhandel plegen te worden verkocht, of zijn daaronder ook begrepen spijzen of maaltijden die — door koken, braden, bakken of op andere wijze — zijn bereid om onmiddellijk te worden geconsumeerd?

2)

Indien „levensmiddelen” in de zin van bijlage H categorie 1 van de Zesde richtlijn 77/388/EEG van de Raad van 17 mei 1977 betreffende de harmonisatie van de wetgevingen der lidstaten inzake omzetbelasting ook spijzen of maaltijden zijn die zijn bedoeld om onmiddellijk te worden geconsumeerd: dient de bereiding van de spijzen of maaltijden dan als dienstenelement te worden beschouwd wanneer moet worden beslist over de vraag of de totale prestatie van een partyservice-onderneming (verstrekking van kant-en-klare spijzen of maaltijden, het vervoer ervan en eventueel de verstrekking van bestek en servies en/of van statafels alsmede het afhalen van de ter beschikking gestelde voorwerpen) als levering van levensmiddelen die onder het verlaagde belastingtarief valt (bijlage H categorie 1 van deze richtlijn), dan wel als onder het normale belastingtarief vallende dienstverrichting (artikel 6, lid 1, van deze richtlijn)?

3)

Indien de tweede vraag ontkennend wordt beantwoord:

Is het verenigbaar met artikel 2, punt 1, juncto artikel 5, lid 1, en artikel 6, lid 1, van de Zesde richtlijn 77/388/EEG van de Raad van 17 mei 1977 betreffende de harmonisatie van de wetgevingen der lidstaten inzake omzetbelasting, dat bij de kwalificatie van de totale prestatie van een partyservice-onderneming als levering van goederen of als dienstverrichting van eigen aard ten behoeve van de typering uitsluitend rekening wordt gehouden met het aantal elementen met het karakter van een dienstverrichting (twee of meer) ten opzichte van het leveringsaandeel, of moeten de elementen met het karakter van een dienstverrichting ongeacht hun aantal in aanmerking worden genomen, en, zo ja, op grond van welke kenmerken?


Top