EUR-Lex Access to European Union law
This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 62002CJ0109
Judgment of the Court (Fifth Chamber) of 23 October 2003. # Commission of the European Communities v Federal Republic of Germany. # Failure of a Member State to fulfil obligations - Sixth VAT Directive - National legislation providing for a reduced rate for musical ensembles and soloists provided the latter organise the concert themselves. # Case C-109/02.
Arrest van het Hof (Vijfde kamer) van 23 oktober 2003.
Commissie van de Europese Gemeenschappen tegen Bondsrepubliek Duitsland.
Niet-nakoming - Zesde BTW-richtlijn - Nationale wettelijke regeling die voorziet in verlaagd tarief voor muziekensembles en solisten, mits deze laatsten concert zelf organiseren.
Zaak C-109/02.
Arrest van het Hof (Vijfde kamer) van 23 oktober 2003.
Commissie van de Europese Gemeenschappen tegen Bondsrepubliek Duitsland.
Niet-nakoming - Zesde BTW-richtlijn - Nationale wettelijke regeling die voorziet in verlaagd tarief voor muziekensembles en solisten, mits deze laatsten concert zelf organiseren.
Zaak C-109/02.
Jurisprudentie 2003 I-12691
ECLI identifier: ECLI:EU:C:2003:586
«Niet-nakoming – Zesde BTW-richtlijn – Nationale wettelijke regeling die voorziet in verlaagd tarief voor muziekensembles en solisten, mits deze laatsten concert zelf organiseren»
|
I - 0000 | |||
(Richtlijn 77/388 van de Raad, art. 12, lid 3, sub a, derde alinea)
ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer)
23 oktober 2003 (1)
„Niet-nakoming – Zesde BTW-richtlijn – Nationale wettelijke regeling die voorziet in verlaagd tarief voor muziekensembles en solisten, mits deze laatsten concert zelf organiseren”
In zaak C-109/02, Commissie van de Europese Gemeenschappen, vertegenwoordigd door E. Traversa en G. Wilms als gemachtigden, domicilie gekozen hebbende te Luxemburg,verzoekster,
tegen
Bondsrepubliek Duitsland, vertegenwoordigd door W.-D. Plessing en M. Lumma als gemachtigden,verweerster,
betreffende een verzoek aan het Hof om vast te stellen dat de Bondsrepubliek Duitsland, door een verlaagd tarief voor de belasting over de toegevoegde waarde toe te passen op diensten die muziekensembles rechtstreeks voor het publiek of voor een concertorganisator verrichten en op diensten die solisten rechtstreeks voor het publiek verrichten, maar op diensten van solisten die voor een organisator werken het normale tarief toe te passen, de verplichtingen niet is nagekomen die op haar rusten krachtens artikel 12, lid 3, sub a, derde alinea, van de Zesde richtlijn (77/388/EEG) van de Raad van 17 mei 1977 betreffende de harmonisatie van de wetgevingen der lidstaten inzake omzetbelasting ─ Gemeenschappelijk stelsel van belasting over de toegevoegde waarde: uniforme grondslag (PB L 145, blz. 1), in de redactie van richtlijn 1999/49/EG van de Raad van 25 mei 1999 tot wijziging, wat het normale tarief betreft, van richtlijn 77/388 (PB L 139, blz. 27), wijstHET HOF VAN JUSTITIE (Vijfde kamer),,
gezien het rapport van de rechter-rapporteur,
gelet op de beslissing, de advocaat-generaal gehoord, om de zaak zonder conclusie te berechten,
het navolgende
HET HOF VAN JUSTITIE (Vijfde kamer),
rechtdoende, verstaat:
Edward |
La Pergola |
Jann |
De griffier |
De president |
R. Grass |
V. Skouris |