EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62010CA0116

Zaak C-116/10: Arrest van het Hof (Derde kamer) van 22 december 2010 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Cour de cassation du Grand-Duché de Luxembourg — Luxemburg) — État du Grand-duché de Luxembourg, Administration de l'enregistrement et des domaines/Pierre Feltgen (curator van het faillissement van Bacino Charter Company SA), Bacino Charter Company SA (Zesde btw-richtlijn — Vrijstellingen — Artikel 15, punten 4, sub a, en 5 — Vrijstelling van verrichtingen in verband met verhuur van zeeschepen — Draagwijdte)

PB C 63 van 26.2.2011, p. 11–11 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

26.2.2011   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 63/11


Arrest van het Hof (Derde kamer) van 22 december 2010 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Cour de cassation du Grand-Duché de Luxembourg — Luxemburg) — État du Grand-duché de Luxembourg, Administration de l'enregistrement et des domaines/Pierre Feltgen (curator van het faillissement van Bacino Charter Company SA), Bacino Charter Company SA

(Zaak C-116/10) (1)

(Zesde btw-richtlijn - Vrijstellingen - Artikel 15, punten 4, sub a, en 5 - Vrijstelling van verrichtingen in verband met verhuur van zeeschepen - Draagwijdte)

2011/C 63/20

Procestaal: Frans

Verwijzende rechter

Cour de cassation du Grand-Duché de Luxembourg

Partijen in het hoofdgeding

Verzoekende partijen: État du Grand-duché de Luxembourg, Administration de l'enregistrement et des domaines

Verwerende partijen: Pierre Feltgen (curator van het faillissement van Bacino Charter Company SA), Bacino Charter Company SA

Voorwerp

Verzoek om een prejudiciële beslissing — Cour de Cassation du Grand-Duché de Luxembourg — Uitlegging van artikel 15, lid 4, sub a, en lid 5, van Zesde richtlijn (77/388/EEG) van de Raad van 17 mei 1977 betreffende de harmonisatie van de wetgevingen der lidstaten inzake omzetbelasting — Gemeenschappelijk stelsel van belasting over de toegevoegde waarde: uniforme grondslag (PB L 145, blz. 1) — Vrijstelling van transacties houdende verhuur van zeeschepen — Vrijstelling afhankelijk gesteld van de voorwaarde dat met deze schepen op volle zee wordt gevaren om in betaald passagiersvervoer te voorzien of om een industriële, handels- of visserijactiviteit uit te oefenen

Dictum

Artikel 15, punt 5, van de Zesde richtlijn (77/388/EEG) van de Raad van 17 mei 1977 betreffende de harmonisatie van de wetgevingen der lidstaten inzake omzetbelasting — Gemeenschappelijk stelsel van belasting over de toegevoegde waarde: uniforme grondslag, zoals gewijzigd bij richtlijn 91/680/EEG van de Raad van 16 december 1991, moet aldus worden uitgelegd dat de in die bepaling neergelegde vrijstelling van belasting over de toegevoegde waarde niet van toepassing is op dienstverrichtingen die erin bestaan dat tegen vergoeding een schip met bemanning ter beschikking van natuurlijke personen wordt gesteld voor pleziertochten op volle zee.


(1)  PB C 113 van 01.05.2010.


Top