EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62018CB0665

Zaak C-665/18: Beschikking van het Hof (Negende kamer) van 4 juni 2019 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Fővárosi Közigazgatási és Munkaügyi Bíróság — Hongarije) — Pólus Vegas Kft./Nemzeti Adó- és Vámhivatal Fellebbviteli Igazgatósága (Prejudiciële verwijzing — Artikel 53, lid 2, en artikel 99 van het Reglement voor de procesvoering van het Hof — Vrij verrichten van diensten — Beperkingen — Kansspelen — Nationale belastingen op de exploitatie van speelautomaten in speelzalen — Nationale wetgeving die het bedrag van een belasting vervijfvoudigt en een extra belasting oplegt)

PB C 288 van 26.8.2019, p. 7–8 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

26.8.2019   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 288/7


Beschikking van het Hof (Negende kamer) van 4 juni 2019 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Fővárosi Közigazgatási és Munkaügyi Bíróság — Hongarije) — Pólus Vegas Kft./Nemzeti Adó- és Vámhivatal Fellebbviteli Igazgatósága

(Zaak C-665/18) (1)

(Prejudiciële verwijzing - Artikel 53, lid 2, en artikel 99 van het Reglement voor de procesvoering van het Hof - Vrij verrichten van diensten - Beperkingen - Kansspelen - Nationale belastingen op de exploitatie van speelautomaten in speelzalen - Nationale wetgeving die het bedrag van een belasting vervijfvoudigt en een extra belasting oplegt)

(2019/C 288/08)

Procestaal: Hongaars

Verwijzende rechter

Fővárosi Közigazgatási és Munkaügyi Bíróság

Partijen in het hoofdgeding

Verzoekende partij: Pólus Vegas Kft.

Verwerende partij: Nemzeti Adó- és Vámhivatal Fellebbviteli Igazgatósága

Dictum

Artikel 56 VWEU, gelezen in het licht van het arrest van 11 juni 2015, Berlington Hungary e.a. (C-98/14, EU:C:2015:386), moet aldus worden uitgelegd dat met betrekking tot de exploitatie van speelautomaten in een lidstaat niet kan worden vermoed dat er sprake is van een grensoverschrijdende situatie op grond van het enkele feit dat burgers van de Europese Unie uit andere lidstaten gebruik kunnen maken van de aldus geboden speelmogelijkheden.


(1)  PB C 122 van 1.4.2019.


Top