EUR-Lex Access to European Union law
This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 02013R0346-20210802
Regulation (EU) No 346/2013 of the European Parliament and of the Council of 17 April 2013 on European social entrepreneurship funds (Text with EEA relevance)Text with EEA relevance
Consolidated text: Verordening (EU) nr. 346/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 17 april 2013 inzake Europese sociaalondernemerschapsfondsen (Voor de EER relevante tekst)Voor de EER relevante tekst
Verordening (EU) nr. 346/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 17 april 2013 inzake Europese sociaalondernemerschapsfondsen (Voor de EER relevante tekst)Voor de EER relevante tekst
02013R0346 — NL — 02.08.2021 — 002.001
Onderstaande tekst dient louter ter informatie en is juridisch niet bindend. De EU-instellingen zijn niet aansprakelijk voor de inhoud. Alleen de besluiten die zijn gepubliceerd in het Publicatieblad van de Europese Unie (te raadplegen in EUR-Lex) zijn authentiek. Deze officiële versies zijn rechtstreeks toegankelijk via de links in dit document
VERORDENING (EU) Nr. 346/2013 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD van 17 april 2013 inzake Europese sociaalondernemerschapsfondsen (PB L 115 van 25.4.2013, blz. 18) |
Gewijzigd bij:
|
|
Publicatieblad |
||
nr. |
blz. |
datum |
||
VERORDENING (EU) 2017/1991 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD van 25 oktober 2017 |
L 293 |
1 |
10.11.2017 |
|
VERORDENING (EU) 2019/1156 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD van 20 juni 2019 |
L 188 |
55 |
12.7.2019 |
VERORDENING (EU) Nr. 346/2013 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD
van 17 april 2013
inzake Europese sociaalondernemerschapsfondsen
(Voor de EER relevante tekst)
HOOFDSTUK I
ONDERWERP, TOEPASSINGSGEBIED EN DEFINITIES
Artikel 1
In deze verordening worden uniforme eisen en voorwaarden vastgelegd voor beheerders van instellingen voor collectieve belegging die gebruik wensen te maken van de benaming „EuSEF” in verband met het op de markt aanbieden van in aanmerking komende sociaalondernemerschapsfondsen in de Unie, waardoor wordt bijgedragen tot de goede werking van de interne markt.
Tevens worden in deze verordening uniforme regels vastgelegd betreffende het op de markt aanbieden van in aanmerking komende sociaalondernemerschapsfondsen aan in aanmerking komende beleggers in de hele Unie, betreffende de portefeuillesamenstelling van in aanmerking komende sociaalondernemerschapsfondsen, betreffende de in aanmerking komende beleggingsinstrumenten en -technieken die door in aanmerking komende sociaalondernemerschapsfondsen moeten worden gebruikt, alsmede regels voor de organisatie, het gedrag en de transparantie van beheerders die in aanmerking komende sociaalondernemerschapsfondsen op de markt aanbieden in de hele Unie.
Artikel 2
Deze verordening is van toepassing op beheerders van instellingen voor collectieve belegging, zoals gedefinieerd in artikel 3, lid 1, onder a), die voldoen aan de volgende voorwaarden:
het totaal van de door hen beheerde activa overschrijdt niet de in artikel 3, lid 2, onder b), van Richtlijn 2011/61/EU bedoelde drempel;
zij zijn gevestigd in de Unie;
zij moeten zich laten registreren bij de bevoegde autoriteiten in hun lidstaat van herkomst, overeenkomstig artikel 3, lid 3, onder a), van Richtlijn 2011/61/EU, en
zij beheren portefeuilles van in aanmerking komende sociaalondernemerschapsfondsen.
Artikel 3
Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:
a) |
„instelling voor collectieve belegging” : een abi als gedefinieerd in artikel 4, lid 1, onder a), van Richtlijn 2011/61/EU; |
b) |
„in aanmerking komend sociaalondernemerschapsfonds” : een instelling voor collectieve belegging die:
i)
voornemens is binnen een in haar reglement of haar statuten vastgesteld tijdsbestek ten minste 70 % van het totaalbedrag van de kapitaalinbreng en het niet-gestort toegezegd kapitaal te beleggen in activa die in aanmerking komende beleggingen zijn, berekend op basis van de voor belegging beschikbare bedragen na aftrek van alle relevante kosten en aangehouden kasgeld en kasgeldequivalenten;
ii)
niet meer dan 30 % van haar totale kapitaalinbreng en het niet-gestort toegezegd kapitaal gebruikt voor het verwerven van andere activa dan in aanmerking komende beleggingen, berekend op basis van de voor belegging beschikbare bedragen na aftrek van alle relevante kosten en aangehouden kasgeld en kasgeldequivalenten;
iii)
gevestigd is op het grondgebied van een lidstaat; |
c) |
„beheerder van een in aanmerking komend sociaalondernemerschapsfonds” : een rechtspersoon waarvan de normale werkzaamheden bestaan in het beheer van ten minste één in aanmerking komend sociaalondernemerschapsfonds; |
d) |
„in aanmerking komende portefeuillemaatschappij” : een onderneming die:
i)
op het ogenblik dat het in aanmerking komend sociaalondernemerschapsfonds daarin belegt, niet tot de handel toegelaten is op een gereglementeerde markt of op een multilaterale handelsfaciliteit (multilateral trading facility — MTF), als gedefinieerd in artikel 4, lid 1, punten 14) en 15), van Richtlijn 2004/39/EG;
ii)
als hoofddoel heeft het realiseren van meetbare positieve sociale effecten overeenkomstig haar statuten of elk statutair document of reglement waarbij de onderneming wordt opgericht, voor zover de onderneming:
—
diensten of goederen levert met een sociale opbrengst;
—
een productiemethode voor haar goederen of diensten gebruikt die haar sociale doelstelling belichaamt, of
—
uitsluitend financiële steun verleent aan sociale ondernemingen zoals gedefinieerd onder de eerste twee streepjes;
iii)
haar winst hoofdzakelijk gebruikt om haar sociale hoofddoel te realiseren in overeenstemming met haar statuten of elk ander statutair document of reglement waarbij de onderneming wordt opgericht en met de daarin vooraf bepaalde procedures en regels die de omstandigheden bepalen waarin winst wordt uitgekeerd aan aandeelhouders en eigenaars om ervoor te zorgen dat door zodanige uitkering van winst de primaire doelstelling niet wordt ondergraven;
iv)
op verantwoorde en transparante wijze wordt beheerd, in het bijzonder door participatie van de werknemers, klanten en belanghebbenden die invloed ondervinden van haar bedrijfsactiviteiten;
v)
gevestigd is op het grondgebied van een lidstaat, of in een derde land, op voorwaarde dat dat derde land:
—
niet is opgenomen in de lijst van niet-coöperatieve landen en gebieden van de Financiële Actiegroep ter voorkoming van witwassen van geld en financiering van terrorisme (Financial Action Task Force on Anti-Money Laundering and Terrorist Financing);
—
een overeenkomst heeft gesloten met de lidstaat van herkomst van de beheerder van een in aanmerking komend sociaalondernemerschapsfonds en met elke andere lidstaat waar de rechten van deelneming of aandelen in het in aanmerking komend sociaalondernemerschapsfonds naar voornemen zullen worden aangeboden, zodat gewaarborgd is dat het derde land volledig aan de normen van artikel 26 van het OESO-modelverdrag inzake belasting op inkomen en vermogen voldoet en een doeltreffende informatie-uitwisseling in fiscale aangelegenheden waarborgt, inclusief eventuele multilaterale belastingovereenkomsten;
|
e) |
„in aanmerking komende beleggingen” : elk van de onderstaande instrumenten:
i)
aandelen- of quasiaandeleninstrumenten die uitgegeven worden door:
—
een in aanmerking komende portefeuillemaatschappij en die rechtstreeks door het in aanmerking komend sociaalondernemerschapsfonds bij de in aanmerking komende portefeuillemaatschappij worden verworven,
—
een in aanmerking komende portefeuillemaatschappij in ruil voor gewone aandelen die door de in aanmerking komende portefeuillemaatschappij worden uitgegeven, of
—
een onderneming waarvan de in aanmerking komende portefeuillemaatschappij een dochteronderneming is waarin de betrokken onderneming een meerderheidsbelang heeft, en die door het in aanmerking komend sociaalondernemerschapsfonds is verworven in ruil voor een aandeleninstrument dat door de in aanmerking komende portefeuillemaatschappij is uitgegeven;
ii)
gesecuritiseerde en niet-gesecuritiseerde schuldinstrumenten, uitgegeven door een in aanmerking komende portefeuillemaatschappij;
iii)
rechten van deelneming of aandelen van één of meerdere andere in aanmerking komende sociaalondernemerschapsfondsen, op voorwaarde dat die in aanmerking komende sociaalondernemerschapsfondsen zelf niet meer dan 10 % van hun totale kapitaalinbreng en niet-gestort toegezegd kapitaal in in aanmerking komende sociaalondernemerschapsfondsen hebben belegd;
iv)
gewaarborgde en ongewaarborgde leningen die door het in aanmerking komend sociaalondernemerschapsfonds verstrekt zijn aan een in aanmerking komende portefeuillemaatschappij;
v)
elk ander type van participatie in een in aanmerking komende portefeuillemaatschappij; |
f) |
„relevante kosten” : alle vergoedingen, kosten en uitgaven die direct of indirect door de beleggers gedragen worden en die overeengekomen zijn tussen de beheerder van een in aanmerking komend sociaalondernemerschapsfonds en de beleggers in het in aanmerking komend sociaalondernemerschapsfonds; |
g) |
„aandeel” : eigendomsbelang in een onderneming dat wordt vertegenwoordigd door een aandeel of andere vormen van deelneming in het kapitaal van de in aanmerking komende portefeuillemaatschappij dat aan de beleggers erin wordt uitgegeven; |
h) |
„quasiaandeel” : elk soort financieringsinstrument dat een combinatie van aandelen en schulden is, waarvan het rendement gekoppeld is aan de winsten of verliezen van de in aanmerking komende portefeuillemaatschappij en waarbij de terugbetaling van het instrument in geval van niet-nakoming niet volledig gewaarborgd is; |
i) |
„aanbieden (op de markt)” : een directe of indirecte aanbieding of plaatsing op initiatief van de beheerder van een in aanmerking komend sociaalondernemerschapsfonds of in zijn naam van rechten van deelneming of aandelen van een door hem beheerd in aanmerking komend sociaalondernemerschapsfonds aan respectievelijk bij beleggers die hun woonplaats of statutaire zetel in de Unie hebben; |
j) |
„toegezegd kapitaal” : elke verbintenis waardoor een belegger verplicht is, binnen het tijdsbestek dat in het reglement of de statuten van het in aanmerking komend sociaalondernemerschapsfonds is vastgesteld, een belang in dat fonds te verwerven of kapitaal daarin in te brengen; |
k) |
„lidstaat van herkomst” : lidstaat waar de beheerder van een in aanmerking komend sociaalondernemerschapsfonds zijn statutaire zetel heeft; |
l) |
„lidstaat van ontvangst” : lidstaat, die niet de lidstaat van herkomst is, waar de beheerder van een in aanmerking komend sociaalondernemerschapsfonds in aanmerking komende sociaalondernemerschapsfondsen in overeenstemming met deze verordening op de markt aanbiedt; |
m) |
„bevoegde autoriteit” :
i)
voor beheerders als bedoeld in artikel 2, lid 1, van deze verordening: de bevoegde autoriteit als bedoeld in artikel 3, lid 3, onder a), van Richtlijn 2011/61/EU;
ii)
voor beheerders als bedoeld in artikel 2, lid 2, van deze verordening: de bevoegde autoriteit als bedoeld in artikel 7, lid 1, van Richtlijn 2011/61/EU;
iii)
voor in aanmerking komende sociaalondernemerschapsfondsen: de bevoegde autoriteit van de lidstaat waar het in aanmerking komend sociaalondernemerschapsfonds gevestigd is; |
n) |
„bevoegde autoriteit van de lidstaat van ontvangst” : de autoriteit van een lidstaat die niet de lidstaat van herkomst is en waar het in aanmerking komend sociaalondernemerschapsfonds op de markt wordt aangeboden; |
o) |
„pre-marketing” : directe of indirecte verstrekking van informatie of van een mededeling over beleggingsstrategieën of beleggingsideeën door een beheerder van een in aanmerking komend sociaalondernemerschapsfonds, of in zijn naam, aan potentiële beleggers die hun woonplaats of statutaire zetel in de Unie hebben, met de bedoeling na te gaan of deze beleggers belangstelling hebben voor een nog niet opgericht in aanmerking komend sociaalondernemerschapsfonds, of voor een opgericht in aanmerking komend sociaalondernemerschapsfonds waarvoor nog geen kennisgeving van verhandeling overeenkomstig artikel 16 is ingediend, in de lidstaat waar de potentiële beleggers hun woonplaats of statutaire zetel hebben, waarbij de informatie of mededeling in geen geval neerkomt op een aanbod aan of plaatsing bij potentiële beleggers om te beleggen in rechten van deelneming of aandelen in dat in aanmerking komend sociaalondernemerschapsfonds. |
Wat betreft punt c) van de eerste alinea, wordt, indien de rechtsvorm van een in aanmerking komend sociaalondernemerschapsfonds intern beheer toestaat en indien het bestuursorgaan van het fonds ervoor kiest geen externe beheerder aan te stellen, het in aanmerking komend sociaalondernemerschapsfonds zelf in overeenstemming met artikel 15 als de beheerder van een in aanmerking komend sociaalondernemerschapsfonds geregistreerd. Een in aanmerking komend sociaalondernemerschapsfonds dat als interne beheerder van een sociaalondernemerschapsfonds is geregistreerd, wordt niet als externe beheerder van een in aanmerking komend sociaalondernemerschapsfonds van andere instellingen voor collectieve belegging geregistreerd.
HOOFDSTUK II
VOORWAARDEN VOOR HET GEBRUIK VAN DE BENAMING „EuSEF”
Artikel 4
Beheerders van in aanmerking komende sociaalondernemerschapsfondsen die aan de eisen van dit hoofdstuk voldoen, hebben het recht de benaming „EuSEF” te gebruiken bij het op de markt aanbieden van in aanmerking komende sociaalondernemerschapsfondsen in de Unie.
Artikel 4 bis
Een beheerder van een in aanmerking komend sociaalondernemerschapsfonds mag tot pre-marketing in de Unie overgaan, behalve wanneer de aan potentiële beleggers verstrekte informatie:
volstaat om beleggers in staat te stellen zich ertoe te verbinden rechten van deelneming of aandelen in een bepaald in aanmerking komend sociaalondernemerschapsfonds te verwerven;
neerkomt op inschrijvingsformulieren of soortgelijke documenten, ofwel in ontwerpvorm, ofwel in definitieve vorm, of
neerkomt op oprichtingsdocumenten, een prospectus of aanbiedingsdocumenten in definitieve vorm van een nog niet opgericht in aanmerking komend sociaalondernemerschapsfonds.
Wanneer een ontwerp van een prospectus of aanbiedingsdocument wordt verstrekt, bevatten deze documenten niet voldoende informatie om beleggers in staat te stellen een beleggingsbeslissing te nemen, en wordt hierin duidelijk vermeld dat:
deze documenten geen aanbod of uitnodiging vormen om in te schrijven op rechten van deelneming of aandelen in een in aanmerking komend sociaalondernemerschapsfonds, en
niet mag worden afgegaan op de daarin opgenomen informatie, omdat deze onvolledig is en kan veranderen.
Elke inschrijving door professionele beleggers, binnen 18 maanden nadat de beheerder van een in aanmerking komend sociaalondernemerschapsfonds tot pre-marketing is overgegaan, van rechten van deelneming of aandelen in een in aanmerking komend sociaalondernemerschapsfonds waarvan sprake is in de informatie die is verstrekt in het kader van pre-marketing, of in een in aanmerking komend sociaalondernemerschapsfonds dat is opgericht naar aanleiding van die pre-marketing, wordt als het resultaat van de verhandeling daarvan beschouwd en valt onder de in artikel 16 vermelde toepasselijke kennisgevingsprocedures.
Artikel 5
Artikel 6
Beheerders van in aanmerking komende sociaalondernemerschapsfondsen bieden de rechten van deelneming en aandelen van in aanmerking komende sociaalondernemerschapsfondsen uitsluitend aan aan beleggers die overeenkomstig afdeling I van bijlage II bij Richtlijn 2004/39/EG als professionele cliënten worden aangemerkt of die overeenkomstig afdeling II van bijlage II bij Richtlijn 2004/39/EG op verzoek als professionele cliënten mogen worden behandeld, of aan andere beleggers die:
zich ertoe verbinden een minimum van 100 000 EUR te beleggen, en
in een ander document dan de overeenkomst die met betrekking tot de verbintenis om te beleggen wordt afgesloten, schriftelijk verklaren dat ze zich bewust zijn van de risico's die aan de beoogde verbintenis verbonden zijn.
Artikel 7
Beheerders van in aanmerking komende sociaalondernemerschapsfondsen zijn met betrekking tot de in aanmerking komende sociaalondernemerschapsfondsen die zij beheren, verplicht om:
bij de uitoefening van hun werkzaamheden eerlijk, billijk en met de nodige bekwaamheid, zorgvuldigheid en toewijding te handelen;
passende beleidsregels en procedures toe te passen om wanpraktijken te voorkomen waarvan redelijkerwijs verwacht kan worden dat deze een invloed hebben op de belangen van de beleggers en de in aanmerking komende portefeuillemaatschappijen;
hun zakelijke activiteiten op zodanige wijze uit te oefenen dat het positieve maatschappelijke effect van de in aanmerking komende portefeuillemaatschappijen waarin belegd wordt, de belangen van de in aanmerking komende sociaalondernemerschapsfondsen die zij beheren en van de beleggers daarin, en de integriteit van de markt worden bevorderd;
een hoge mate van zorgvuldigheid te betrachten bij het selecteren en continu monitoren van beleggingen in in aanmerking komende portefeuillemaatschappijen en hun positieve maatschappelijke effect;
te beschikken over toereikende kennis van en inzicht in de in aanmerking komende portefeuillemaatschappijen waarin zij beleggen;
hun beleggers billijk te behandelen;
erop toe te zien dat geen belegger een voorkeursbehandeling krijgt, tenzij deze voorkeursbehandeling in het reglement of de statuten van het in aanmerking komend sociaalondernemerschapsfonds is opgenomen.
Artikel 8
Artikel 9
Beheerders van in aanmerking komende sociaalondernemerschapsfondsen onderkennen in het bijzonder de belangenconflicten die kunnen ontstaan tussen:
beheerders van in aanmerking komende sociaalondernemerschapsfondsen, personen die het bedrijf van deze beheerders feitelijk uitvoeren, werknemers of alle personen die direct of indirect zeggenschap hebben over of onder de zeggenschap staan van deze beheerders en het in aanmerking komend sociaalondernemerschapsfonds dat wordt beheerd door deze beheerders, of de beleggers daarin;
een in aanmerking komend sociaalondernemerschapsfonds of de beleggers daarin, en een ander in aanmerking komend sociaalondernemerschapsfonds dat beheerd wordt door dezelfde beheerder, of de beleggers daarin;
het in aanmerking komend sociaalondernemerschapsfonds of de beleggers daarin, en een instelling voor collectieve belegging of icbe die beheerd wordt door dezelfde beheerder, of de beleggers daarin.
De Commissie is bevoegd overeenkomstig artikel 26 gedelegeerde handelingen vast te stellen tot specificatie van:
de soorten belangenconflicten als bedoeld in lid 2 van dit artikel;
de stappen die beheerders van een in aanmerking komend sociaalondernemerschapsfonds moeten nemen op het gebied van structuren en organisatorische en administratieve procedures om belangenconflicten te onderkennen, te voorkomen, te beheren, te monitoren en openbaar te maken.
Artikel 10
Beheerders van een in aanmerking komend sociaalondernemerschapsfonds gebruiken voor elk door hen beheerd in aanmerking komend sociaalondernemerschapsfonds procedures om te meten in hoeverre de in aanmerking komende portefeuillemaatschappijen waarin het in aanmerking komend sociaalondernemerschapsfonds belegt het positieve sociale effect bereiken waartoe zij zich verbinden. De beheerders zorgen ervoor dat deze procedures duidelijk en transparant zijn en indicatoren omvatten die, afhankelijk van de sociale doelstelling en de aard van de in aanmerking komende portefeuillemaatschappij, uit één of meer van de volgende punten kunnen bestaan:
werkgelegenheid en arbeidsmarkten;
normen en rechten betreffende arbeidskwaliteit;
sociale inclusie en bescherming van specifieke groepen;
gelijke behandeling en gelijke kansen en non-discriminatie;
volksgezondheid en veiligheid;
toegang tot en gevolgen voor de stelsels inzake sociale bescherming en inzake gezondheid en onderwijs.
Artikel 11
Artikel 12
Artikel 13
Het jaarverslag bevat ten minste het volgende:
in voorkomend geval details over de algehele sociale resultaten die door het beleggingsbeleid zijn gerealiseerd en de methode die is gebruikt om deze resultaten te meten;
een verklaring van alle overdrachten met betrekking tot in aanmerking komende portefeuillemaatschappijen die hebben plaatsgevonden;
een beschrijving van het feit of er overdrachten met betrekking tot de andere activa van het in aanmerking komend sociaalondernemerschapsfonds die niet zijn belegd in in aanmerking komende portefeuillemaatschappijen hebben plaatsgevonden op basis van de criteria als bedoeld in artikel 14, lid 1, onder f);
een overzicht van de activiteiten die de beheerder van een in aanmerking komend sociaalondernemerschapsfonds heeft ondernomen met betrekking tot de in aanmerking komende portefeuillemaatschappijen als bedoeld in artikel 14, lid 1, onder l);
informatie betreffende de aard, de waarde en het doel van de andere beleggingen dan de in aanmerking komende beleggingen als bedoeld in artikel 5, lid 1;
een beschrijving van de wijze waarop bij de beleggingsaanpak van de in aanmerking komende sociaalondernemerschapsfondsen rekening is gehouden met milieu- en klimaatgerelateerde risico's.
Artikel 14
Beheerders van in aanmerking komende sociaalondernemerschapsfondsen stellen, met betrekking tot de door hen beheerde in aanmerking komende sociaalondernemerschapsfondsen, hun beleggers, voorafgaand aan de beleggingsbeslissing die deze beleggers nemen, op een duidelijke en begrijpelijke manier in kennis van het volgende:
de identiteit van deze beheerder en van alle andere dienstverleners waarmee deze beheerder een overeenkomst heeft afgesloten met betrekking tot hun beheer, en een beschrijving van hun taken;
het bedrag aan eigen vermogen waarover deze beheerder beschikt om toereikende personele en technische middelen aan te houden die noodzakelijk zijn voor het behoorlijke beheer van zijn in aanmerking komende sociaalondernemerschapsfondsen;
een beschrijving van de beleggingsstrategie en -doelstellingen van het in aanmerking komend sociaalondernemerschapsfonds, met inbegrip van:
de soorten in aanmerking komende portefeuillemaatschappijen waarin het voornemens is te beleggen;
andere in aanmerking komende sociaalondernemerschapsfondsen waarin het wil beleggen;
de soorten in aanmerking komende portefeuillemaatschappijen waarin een ander in aanmerking komend sociaalondernemerschapsfonds, als bedoeld onder ii), voornemens is te beleggen;
de voorgenomen niet in aanmerking komende beleggingen;
de technieken die het wil aanwenden, en
alle toepasselijke beleggingsbeperkingen;
het positieve sociale effect dat wordt nagestreefd met het beleggingsbeleid van het in aanmerking komend sociaalondernemerschapsfonds, in voorkomend geval inclusief prognoses van die resultaten in zoverre deze redelijk zijn, en informatie over prestaties in het verleden op dit vlak;
de methoden die zullen worden gebruikt om sociale effecten te meten;
een beschrijving van de andere activa dan in aanmerking komende portefeuillemaatschappijen en het proces en de criteria die worden gebruikt om deze activa te selecteren, tenzij het om kasgeld of kasgeldequivalenten gaat;
een beschrijving van het risicoprofiel van het in aanmerking komend sociaalondernemerschapsfonds en van alle risico's die verbonden zijn aan de activa waarin het fonds kan beleggen of de beleggingstechnieken die kunnen worden aangewend;
een beschrijving van de waarderingsprocedure van het in aanmerking komend sociaalondernemerschapsfonds en van de prijsberekeningsmethode voor de waardering van de activa, inclusief de methoden die gebruikt worden voor de waardering van de in aanmerking komende portefeuillemaatschappijen;
een beschrijving van de wijze waarop de vergoeding van de beheerder van een in aanmerking komend sociaalondernemerschapsfonds wordt berekend;
een beschrijving van alle relevante kosten en van de maximumbedragen ervan;
indien beschikbaar, de financiële prestaties uit het verleden van het in aanmerking komend sociaalondernemerschapsfonds;
de bedrijfsondersteunende diensten en de andere ondersteunende activiteiten die de beheerder van een in aanmerking komend sociaalondernemerschapsfonds verleent of verzorgt via derden om de ontwikkeling, de groei of anderszins de lopende operaties van de in aanmerking komende portefeuillemaatschappijen waarin het in aanmerking komend sociaalondernemerschapsfonds belegt te bevorderen, of, wanneer deze diensten of activiteiten niet worden verstrekt, een verklaring van dit feit;
een beschrijving van de procedures op basis waarvan het in aanmerking komend sociaalondernemerschapsfonds zijn beleggingsstrategie of beleggingsbeleid, of beide, kan wijzigen.
De Commissie is bevoegd overeenkomstig artikel 26 gedelegeerde handelingen vast te stellen tot specificatie van:
de inhoud van de informatie als bedoeld in lid 1, onder c) tot en met f) en onder l), van dit artikel;
de wijze waarop de informatie, als bedoeld in lid 1, onder c) tot en met f) en onder l), van dit artikel uniform kan worden voorgesteld om voor de hoogst mogelijke mate van vergelijkbaarheid te zorgen.
HOOFDSTUK III
TOEZICHT EN ADMINISTRATIEVE SAMENWERKING
Artikel 15
Beheerders van in aanmerking komende sociaalondernemerschapsfondsen die voornemens zijn de benaming „EuSEF” te gebruiken voor het op de markt aanbieden van hun in aanmerking komende sociaalondernemerschapsfondsen stellen de bevoegde autoriteit van hun lidstaat van herkomst in kennis van dit voornemen en verstrekken de volgende informatie:
de identiteit van de personen die de in aanmerking komende sociaalondernemerschapsfondsen daadwerkelijk beheren;
de identiteit van de in aanmerking komende sociaalondernemerschapsfondsen waarvan de rechten van deelneming of aandelen op de markt worden aangeboden en hun beleggingsstrategieën;
informatie over de regelingen die zijn getroffen om te voldoen aan de vereisten van hoofdstuk II;
een lijst van lidstaten waar de beheerder van een in aanmerking komend sociaalondernemerschapsfonds van plan is elk in aanmerking komend sociaalondernemerschapsfonds op de markt aan te bieden.
▼M1 —————
De bevoegde autoriteit van de lidstaat van herkomst registreert de beheerder van een in aanmerking komend sociaalondernemerschapsfonds enkel indien is voldaan aan de volgende voorwaarden:
de personen die de in aanmerking komende sociaalondernemerschapsfondsen daadwerkelijk beheren, staan als voldoende betrouwbaar bekend en beschikken over voldoende ervaring, ook met betrekking tot de beleggingsstrategieën die door de beheerder van een in aanmerking komend sociaalondernemerschapsfonds gevolgd worden;
de vereiste informatie als bedoeld in lid 1 is volledig;
de regelingen waarvan overeenkomstig lid 1, onder c), kennis is gegeven, zijn geschikt om aan de eisen van hoofdstuk II te voldoen.
▼M1 —————
Indien de bevoegde autoriteit van de lidstaat van herkomst besluit beperkingen op te leggen of de in de eerste alinea bedoelde wijzigingen af te wijzen, deelt zij dat binnen één maand na ontvangst van de kennisgeving van die wijzigingen mee aan de beheerder van het in aanmerking komend sociaalondernemerschapsfonds. De bevoegde autoriteit kan deze termijn met maximaal één maand verlengen indien zij dit noodzakelijk acht gezien de specifieke omstandigheden van het geval en nadat zij de beheerder van het in aanmerking komend sociaalondernemerschapsfonds daarvan in kennis heeft gesteld. De wijzigingen kunnen worden doorgevoerd indien de betrokken bevoegde autoriteit de wijzigingen niet binnen de vastgestelde beoordelingstermijn afwijst.
Aan de Commissie wordt de bevoegdheid gedelegeerd om deze verordening aan te vullen door de in de eerste alinea van dit lid bedoelde technische reguleringsnormen vast te stellen overeenkomstig de artikelen 10 tot en met 14 van Verordening (EU) nr. 1095/2010.
Aan de Commissie wordt de bevoegdheid verleend om de in de eerste alinea van dit lid bedoelde technische uitvoeringsnormen vast te stellen overeenkomstig artikel 15 van Verordening (EU) nr. 1095/2010.
Artikel 15 bis
De in lid 1 bedoelde registratieaanvraag wordt ingediend bij de bevoegde instantie van het in aanmerking komend sociaalondernemerschapsfonds en omvat de volgende gegevens:
het reglement of de statuten van het in aanmerking komend sociaalondernemerschapsfonds;
informatie over de identiteit van de bewaarder;
de in artikel 15, lid 1, bedoelde informatie;
een lijst van de lidstaten waar de in lid 1 bedoelde beheerders in aanmerking komende sociaalondernemerschapsfondsen hebben gevestigd of voornemens zijn te vestigen.
Voor de toepassing van punt c) van de eerste alinea verwijst de informatie over de regelingen die zijn getroffen om te voldoen aan de vereisten van hoofdstuk II naar de regelingen die zijn getroffen om te voldoen aan de artikelen 5, 6 en 10, artikel 13, lid 2, en artikel 14, lid 1, onder d), e) en f).
De bevoegde autoriteit van het in aanmerking komend sociaalondernemerschapsfonds kan de bevoegde autoriteit van de lidstaat van ontvangst ook vragen om verduidelijking en informatie over de in lid 2 bedoelde documenten.
De bevoegde autoriteit van de lidstaat van ontvangst antwoordt binnen één maand na de datum van ontvangst van het verzoek van de bevoegde autoriteit van het in aanmerking komend sociaalondernemerschapsfonds.
Aan de Commissie wordt de bevoegdheid gedelegeerd om deze verordening aan te vullen door de in de eerste alinea van dit lid bedoelde technische reguleringsnormen vast te stellen overeenkomstig de artikelen 10 tot en met 14 van Verordening (EU) nr. 1095/2010.
Aan de Commissie wordt de bevoegdheid verleend om de in de eerste alinea van dit lid bedoelde technische uitvoeringsnormen vast te stellen overeenkomstig artikel 15 van Verordening (EU) nr. 1095/2010.
Artikel 15 ter
De lidstaten zorgen ervoor dat elke weigering tot registratie van een beheerder als bedoeld in artikel 15 of van een fonds als bedoeld in artikel 15 bis met redenen wordt omkleed, wordt meegedeeld aan de in die artikelen bedoelde beheerders en vatbaar is voor beroep bij een nationale rechterlijke, administratieve of andere instantie. Dat recht op beroep is ook van toepassing op registratie indien geen besluit over registratie is genomen binnen twee maanden nadat die beheerder alle vereiste informatie heeft verstrekt. De lidstaten kunnen vereisen dat een beheerder alle administratieve beroepsmogelijkheden waarin het nationale recht voorziet, uitput alvorens dat recht op beroep uit te oefenen.
Artikel 16
Beheerders van in aanmerking komende sociaalondernemerschapsfondsen stellen de bevoegde autoriteit van de lidstaat van herkomst in kennis van hun voornemen:
een nieuw in aanmerking komend sociaalondernemerschapsfonds op de markt aan te bieden, of
een bestaand in aanmerking komend sociaalondernemerschapsfonds op de markt aan te bieden in een lidstaat die niet vermeld is in de lijst als bedoeld in artikel 15, lid 1, onder d).
Artikel 17
Voor de toepassing van de eerste alinea stelt de bevoegde autoriteit van een in aanmerking komend durfkapitaalfonds dat overeenkomstig artikel 15 bis geregistreerd is, de bevoegde autoriteit van de lidstaat van herkomst, de bevoegde autoriteiten van de lidstaten van ontvangst en ESMA in kennis van elke toevoeging aan of schrapping uit het register van een in aanmerking komend durfkapitaalfonds, of van elke toevoeging aan of schrapping uit de lijst van lidstaten waar de beheerder van dat in aanmerking komend durfkapitaalfonds voornemens is dat fonds op de markt aan te bieden.
Artikel 17 bis
Aan de Commissie wordt de bevoegdheid gedelegeerd om deze verordening aan te vullen door de in de eerste alinea van dit lid bedoelde technische reguleringsnormen vast te stellen overeenkomstig de artikelen 10 tot en met 14 van Verordening (EU) nr. 1095/2010.
Aan de Commissie wordt de bevoegdheid verleend om de in de eerste alinea van dit lid bedoelde technische uitvoeringsnormen vast te stellen overeenkomstig artikel 15 van Verordening (EU) nr. 1095/2010.
Artikel 18
Artikel 19
Artikel 20
De bevoegde autoriteiten beschikken overeenkomstig het nationale recht over alle toezichthoudende en onderzoeksbevoegdheden die noodzakelijk zijn voor de uitoefening van hun functies. In het bijzonder hebben zij de bevoegdheid om:
inzage te vragen in elk document in welke vorm ook en om een kopie ervan te ontvangen of te maken;
van de beheerder van een in aanmerking komend sociaalondernemerschapsfonds te vereisen onverwijld informatie te verstrekken;
van elke persoon die betrokken is bij de activiteiten van de beheerder van een in aanmerking komend sociaalondernemerschapsfonds of het in aanmerking komend sociaalondernemerschapsfonds informatie te vereisen;
ter plaatse inspecties uit te voeren, al dan niet met voorafgaande aankondiging;
passende maatregelen te nemen om ervoor te zorgen dat een beheerder van een in aanmerking komend sociaalondernemerschapsfonds deze verordening blijft naleven;
een bevel uit te vaardigen om ervoor te zorgen dat een beheerder van een in aanmerking komend sociaalondernemerschapsfonds deze verordening naleeft en afziet van een herhaling van elk gedrag dat een schending van deze verordening kan vormen.
ESMA organiseert en verricht overeenkomstig artikel 30 van Verordening (EU) nr. 1095/2010 collegiale toetsingen om de procedures met betrekking tot de toezichts- en onderzoeksbevoegdheden die de bevoegde autoriteiten overeenkomstig deze verordening volgen, consistenter te maken.
Artikel 21
Beheerders als bedoeld in artikel 2, lid 2, voldoen te allen tijde aan Richtlijn 2011/61/EU. Zij zijn verantwoordelijk voor het verzekeren van de naleving van deze verordening en zijn aansprakelijk overeenkomstig Richtlijn 2011/61/EU. Die beheerders zijn ook aansprakelijk voor verliezen of schade die uit inbreuken op deze verordening voortvloeien.
Artikel 22
Met inachtneming van het evenredigheidsbeginsel neemt de bevoegde autoriteit de gepaste maatregelen als bedoeld in lid 2, voor zover van toepassing, indien de beheerder van het in aanmerking komend sociaalondernemerschapsfonds:
in strijd met artikel 5 de eisen die op de portefeuillesamenstelling van toepassing zijn, niet naleeft;
in strijd met artikel 6 de rechten van deelneming en aandelen van een in aanmerking komend sociaalondernemerschapsfonds op de markt aanbiedt aan niet in aanmerking komende beleggers;
de benaming „EuSEF” gebruikt zonder overeenkomstig artikel 15 geregistreerd te zijn, of het in aanmerking komend sociaalondernemerschapsfonds niet overeenkomstig artikel 15 bis geregistreerd is;
de benaming „EuSEF” gebruikt voor het op de markt aanbieden van fondsen die niet in overeenstemming met artikel 3, lid 1, onder b), iii), gevestigd zijn;
in strijd met artikel 15 of artikel 15 bis een registratie heeft verkregen via valse verklaringen of op een andere onregelmatige wijze;
in strijd met artikel 7, onder a), bij de uitoefening van zijn werkzaamheden niet eerlijk, billijk of met de nodige bekwaamheid, zorgvuldigheid of toewijding te werk gaat;
in strijd met artikel 7, onder b), geen passend beleid en passende procedures toepast om wanpraktijken te voorkomen;
herhaaldelijk niet voldoet aan de eisen van artikel 13 betreffende het jaarverslag;
herhaaldelijk niet voldoet aan de verplichting om beleggers te informeren overeenkomstig artikel 14.
In de gevallen als bedoeld in lid 1 neemt de bevoegde autoriteit zo nodig de volgende maatregelen:
maatregelen om ervoor te zorgen dat de beheerder van een betrokken in aanmerking komend sociaalondernemerschapsfonds de artikelen 5 en 6, artikel 7, onder a) en b), en de artikelen 13 tot en met 15 bis, naargelang het geval, naleeft;
een verbod voor de beheerder van het betrokken in aanmerking komend sociaalondernemerschapsfonds om de benaming „EuSEF” te gebruiken en een schrapping van die beheerder, of van het betrokken in aanmerking komend sociaalondernemerschapsfonds, uit het register.
Met inachtneming van het evenredigheidsbeginsel kan ESMA overeenkomstig artikel 17 van Verordening (EU) nr. 1095/2010 aanbevelingen richten tot de betrokken bevoegde autoriteiten om een van de in lid 2 van dit artikel bedoelde maatregelen te nemen of van deze maatregelen af te zien.
Artikel 22 bis
De overeenkomstig Richtlijn 2011/61/EU aan de bevoegde autoriteiten verleende bevoegdheden, met inbegrip van de bevoegdheden met betrekking tot sancties, worden eveneens uitgeoefend ten aanzien van beheerders als bedoeld in artikel 2, lid 2, van deze verordening.
Artikel 23
Artikel 24
Artikel 25
Bij verschil van mening tussen de bevoegde autoriteiten van lidstaten over een beoordeling, handeling of nalaten van een bevoegde autoriteit op gebieden waarvoor in deze verordening samenwerking of coördinatie tussen de bevoegde autoriteiten van meer dan één lidstaat is voorgeschreven, kunnen de bevoegde autoriteiten de zaak voorleggen aan ESMA, die kan optreden overeenkomstig de aan haar op grond van artikel 19 van Verordening (EU) nr. 1095/2010 verleende bevoegdheden, voor zover het meningsverschil geen verband houdt met artikel 3, lid 1, onder b), i), of artikel 3, lid 1, onder d), i), van deze verordening.
HOOFDSTUK IV
OVERGANGS- EN SLOTBEPALINGEN
Artikel 26
Artikel 27
De Commissie evalueert deze verordening in overeenstemming met lid 2. De evaluatie omvat een algemeen onderzoek van de werking van de regels in deze verordening en de ervaring die is opgedaan bij het toepassen ervan, met inbegrip van:
de mate waarin beheerders van in aanmerking komende sociaalondernemerschapsfondsen de benaming „EuSEF” in verschillende lidstaten zowel binnenlands als grensoverschrijdend hebben gebruikt;
de geografische en sectorale spreiding van de beleggingen die in aanmerking komende sociaalondernemerschapsfondsen hebben gedaan;
de geschiktheid van de in artikel 14 vermelde informatievereisten, met name de vraag of deze volstaan om beleggers in staat te stellen met kennis van zaken een beleggingsbeslissing te nemen;
het gebruik van de verschillende in aanmerking komende beleggingen door in aanmerking komende sociaalondernemerschapsfondsen en de wijze waarop dit een impact heeft gehad op de ontwikkeling van sociale ondernemingen in de hele Unie;
de vraag of het aangewezen is een Europees keurmerk voor „sociale ondernemingen” in te voeren;
de mogelijkheid om in een derde land gevestigde sociaalondernemerschapsfondsen toe te staan gebruik te maken van de benaming „EuSEF”, rekening houdend met de ervaring die is opgedaan met de toepassing van de aanbeveling van de Commissie betreffende maatregelen om derde landen aan te moedigen minimumnormen voor goed bestuur in belastingzaken toe te passen;
de praktische toepassing van de criteria voor het aanwijzen van in aanmerking komende portefeuillemaatschappijen, de impact hiervan op de ontwikkeling van sociale ondernemingen in de hele Unie en hun positieve maatschappelijke effect;
een analyse van de door beheerders van in aanmerking komende sociaalondernemerschapsfondsen ingestelde procedures om het positieve sociale effect te meten dat door de in artikel 10 vermelde, in aanmerking komende portefeuillemaatschappijen is verwezenlijkt, en een beoordeling van de haalbaarheid van de invoering van geharmoniseerde normen om het sociale effect op het niveau van de Unie te kunnen meten op een wijze die aansluit bij het sociaal beleid van de Unie;
de mogelijkheid om het op de markt aanbieden van in aanmerking komende sociaalondernemerschapsfondsen uit te breiden tot particuliere beleggers;
de vraag of het aangewezen is in aanmerking komende sociaalondernemerschapsfondsen op te nemen in de in aanmerking komende activa onder Richtlijn 2009/65/EG;
de vraag of het opportuun is deze verordening aan te vullen met een bewaardersstelsel;
een beoordeling van mogelijke fiscale hinderpalen voor sociaalondernemerschapsfondsen en een beoordeling van mogelijke fiscale prikkels ter aanmoediging van sociaal ondernemerschap in de Unie;
een evaluatie van eventuele hinderpalen die beleggingen in fondsen die gebruikmaken van de benaming „EuSEF” hebben belemmerd, met inbegrip van de invloed op institutionele beleggers van ander recht van de Unie van prudentiële aard.
De in lid 1 bedoelde evaluatie wordt uitgevoerd:
uiterlijk ►M1 2 maart 2022 ◄ voor de punten a) tot en met e), en g) tot en met m), en
uiterlijk 22 juli 2015 voor punt f).
Tegelijk met de evaluatie overeenkomstig artikel 69 van Richtlijn 2011/61/EU onderzoekt de Commissie, met name met betrekking tot overeenkomstig artikel 3, lid 2, onder b), van die richtlijn geregistreerde beheerders:
het beheer van in aanmerking komende sociaalondernemerschapsfondsen en de wenselijkheid van het aanbrengen van wijzigingen aan het rechtskader, met inbegrip van de optie van een beheerpaspoort, en
de geschiktheid van de definitie van „op de markt aanbieden” voor in aanmerking komende sociaalondernemerschapsfondsen en het effect dat die definitie en de uiteenlopende nationale interpretaties ervan hebben op de exploitatie en levensvatbaarheid van in aanmerking komende sociaalondernemerschapsfondsen en op de grensoverschrijdende distributie van deze fondsen.
Na die evaluatie legt de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad een verslag voor dat zo nodig vergezeld gaat van een wetgevingsvoorstel.
Artikel 28
Artikel 29
Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Zij is van toepassing met ingang van 22 juli 2013, met uitzondering van artikel 3, lid 2, artikel 9, lid 5, artikel 10, lid 2, en artikel 14, lid 4, die van toepassing zijn met ingang van 15 mei 2013.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
( 1 ) Richtlijn 2014/65/EU van het Europees Parlement en de Raad van 15 mei 2014 betreffende markten voor financiële instrumenten en tot wijziging van Richtlijn 2002/92/EG en Richtlijn 2011/61/EU (PB L 173 van 12.6.2014, blz. 349).
( 2 ) Richtlijn 2013/36/EU van het Europees Parlement en de Raad van 26 juni 2013 betreffende toegang tot het bedrijf van kredietinstellingen en het prudentieel toezicht op kredietinstellingen en beleggingsondernemingen, tot wijziging van Richtlijn 2002/87/EG en tot intrekking van de Richtlijnen 2006/48/EG en 2006/49/EG (PB L 176 van 27.6.2013, blz. 338).
( 3 ) PB L 390 van 31.12.2004, blz. 38.
( 4 ) PB L 345 van 31.12.2003, blz. 64.