EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62006CJ0368

Samenvatting van het arrest

Trefwoorden
Samenvatting

Trefwoorden

Fiscale bepalingen – Harmonisatie van wetgevingen – Omzetbelasting – Gemeenschappelijk stelsel van belasting over toegevoegde waarde – Mogelijkheid voor lidstaten om bepalingen te handhaven die afwijken van beginsel van onmiddellijke aftrek

(Richtlijn 77/388 van de Raad, art. 17, 18, lid 4, en 28, lid 3, sub d)

Samenvatting

De artikelen 17 en 18, lid 4, van de Zesde richtlijn (77/388) betreffende de harmonisatie van de wetgevingen der lidstaten inzake omzetbelasting, moeten aldus worden uitgelegd dat zij zich niet verzetten tegen een nationale maatregel die is ingevoerd in het kader van de intrekking van een bij artikel 28, lid 3, sub d, van deze richtlijn toegestane afwijkende nationale bepaling, mits de nationale rechter vaststelt dat die maatregel in het concrete geval de gevolgen van deze afwijkende nationale bepaling beperkt.

Artikel 28, lid 3, sub d, van de Zesde richtlijn vormt één van de afwijkingen waarin deze richtlijn met betrekking tot het gemeenschappelijk stelsel van belasting over de toegevoegde waarde voorziet, in die zin dat het de lidstaten toestaat sommige van de vóór die richtlijn daterende bepalingen van nationaal recht die afwijken van het in artikel 18, lid 2, eerste alinea, van deze richtlijn neergelegde beginsel van onmiddellijke aftrek, te blijven toepassen. Verder staat dit artikel weliswaar in de weg aan de invoering van nieuwe afwijkingen of aan de verruiming van de draagwijdte van bestaande afwijkingen na de datum van inwerkingtreding van de Zesde richtlijn, maar belet het niet de beperking van de draagwijdte daarvan, aangezien de afwijking waarin het voorziet, tijdelijk is.

Voorts zou een andersluidende uitlegging van een der afwijkingen waarin de Zesde richtlijn voorziet, namelijk dat een lidstaat een bestaande vrijstelling weliswaar kan handhaven, maar niet geleidelijk kan afschaffen, ingaan tegen de doelstelling van deze richtlijn om afwijkingen daarvan op te heffen. Evenzo zou een dergelijke uitlegging de eenvormige toepassing van de Zesde richtlijn in gevaar brengen, omdat een lidstaat dan alle op de dag van de inwerkingtreding van deze richtlijn bestaande vrijstellingen zou moeten handhaven, ook indien hij het mogelijk, passend en wenselijk acht de regeling van de richtlijn op het betrokken gebied geleidelijk te gaan toepassen.

(cf. punten 33‑34, 37, 43 en dictum)

Top