EUR-Lex Access to European Union law
This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Mededeling inzake de kaderregeling betreffende staatssteun voor onderzoek, ontwikkeling en innovatie
De mededeling beschrijft het kader dat de Europese Commissie gebruikt om nationale overheidssteun voor activiteiten op het gebied van onderzoek, ontwikkeling en innovatie (OOI) als staatssteun aan te merken, alsmede de verenigbaarheidscriteria die zij toepast om staatssteun voor OOI te beoordelen die bij de Commissie moet worden aangemeld en door de lidstaten van de Europese Unie (EU) niet ten uitvoer kan worden gelegd voordat de Commissie een besluit heeft genomen.
Overeenkomstig de OOI-kaderregeling moet de OOI-steun, om verenigbaar te zijn met de interne markt:
Het doel is particuliere investeringen in onderzoek, ontwikkeling en innovatie aan te moedigen die, door marktfalen, zonder overheidssteun niet zouden plaatsvinden.
De OOI-kaderregeling is van toepassing op alle technologieën, industrieën en sectoren. Dit omvat sectoren waarvoor specifieke EU-staatssteunregels gelden, tenzij die regels anders bepalen.
De kaderregeling maakt een onderscheid tussen niet-economische en economische activiteiten van organisaties voor onderzoek en kennisverspreiding en onderzoeksinfrastructuren, waarbij alleen de laatstgenoemde activiteiten als staatssteun worden aangemerkt
Overeenkomstig de richtsnoeren van de kaderregeling valt overheidsfinanciering voor niet-economische activiteiten niet onder de staatssteunregels van de EU wanneer deze activiteiten het volgende omvatten
De Commissie heeft in de OOI-kaderregeling OOI-maatregelen vastgesteld waarvoor staatssteun, onder specifieke voorwaarden, verenigbaar kan zijn met de interne markt. Deze maatregelen zijn:
De maximale steunintensiteiten (percentage van de kosten) en subsidiabele kosten die in de OOI-kaderregeling zijn vastgesteld, zorgen ervoor dat de steun in verhouding staat tot het marktfalen dat wordt aangepakt. Deze worden per activiteit en bedrijfsgrootte opgesomd in bijlage II en overweging 95 van de OOI-kaderregeling, en zijn gebaseerd op drie criteria:
Volgens de transparantieregels moeten de lidstaten, hetzij in de “transparency award module” van de Commissie, hetzij op een nationale staatssteunwebsite, het volgende bekendmaken:
De lidstaten moeten:
De verenigbaarheidstoets vereist dat de Commissie beoordeelt of de OOI-steun de ontwikkeling van bepaalde economische activiteiten bevordert en of de steun de voorwaarden waaronder het handelsverkeer plaatsvindt niet zodanig verandert dat het gemeenschappelijk belang wordt geschaad.
Bij haar beoordeling van de verenigbaarheid, uitgevoerd op grond van de OOI-kaderregeling, zal de Commissie de volgende aspecten in aanmerking nemen.
De Commissie zal de vastgestelde negatieve effecten van de voorgenomen OOI-steun op de mededinging en het handelsverkeer afwegen tegen de positieve effecten ervan.
Bij de afweging van de negatieve en positieve effecten van de OOI-steun zal de Commissie rekening houden met de bijdrage van de OOI-steun aan het bredere EU-beleid:
De mededeling is sinds 19 oktober 2022 van toepassing.
Mededeling van de Commissie Kaderregeling betreffende staatssteun voor onderzoek, ontwikkeling en innovatie (PB C 414 van 28.10.2022, blz. 1-38)
Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement, de Raad, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio’s — Een nieuwe EOR voor onderzoek en innovatie (COM(2020) 628 final van 30.9.2020)
Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement, de Europese Raad, de Raad, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio’s — Een nieuwe industriestrategie voor Europa (COM(2020) 102 final van 10.3.2020)
Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement, de Raad, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio’s — De digitale toekomst van Europa vormgeven (COM(2020) 67 final van 19.2.2020)
Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement, de Europese Raad, de Raad, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio’s — De Europese Green Deal (COM(2019) 640 final van 11.12.2019)
Geconsolideerde versie van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie — Derde deel — Het beleid en intern optreden van de Unie — Titel VII — Gemeenschappelijke regels betreffende de mededinging, de belastingen en de onderlinge aanpassing van de wetgevingen — Hoofdstuk 1 — Regels betreffende de mededinging — Tweede afdeling — Steunmaatregelen van de staten — Artikel 107 (oud artikel 87 VEG) ) (PB C 202 van 7.6.2016, blz. 91-92)
Geconsolideerde versie van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie — Derde deel — Het beleid en intern optreden van de Unie — Titel VII — Gemeenschappelijke regels betreffende de mededinging, de belastingen en de onderlinge aanpassing van de wetgevingen — Hoofdstuk 1 — Regels betreffende de mededinging — Tweede afdeling — Steunmaatregelen van de staten — Artikel 108 (oud artikel 88 VEG) ) (PB C 202 van 7.6.2016, blz. 92-93)
Verordening (EU) 2015/1588 van de Raad van 13 juli 2015 betreffende de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op bepaalde soorten horizontale steunmaatregelen (codificatie) (PB L 248 van 24.9.2015, blz. 1-8)
Achtereenvolgende wijzigingen aan Verordening (EU) 2015/1588 werden in de basistekst opgenomen. Deze geconsolideerde versie heeft slechts informatieve waarde.
Verordening (EU) nr. 651/2014 van de Commissie van 17 juni 2014 waarbij bepaalde categorieën steun op grond van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag met de interne markt verenigbaar worden verklaard (PB L 187 van 26.6.2014, blz. 1-78)
Zie de geconsolideerde versie.
Verordening (EU) nr. 1407/2013 van de Commissie van 18 december 2013 betreffende de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op de-minimissteun (PB L 352 van 24.12.2013, blz. 1-8)
Zie de geconsolideerde versie.
Laatste bijwerking 07.12.2022