ISSN 1725-2598

Publicatieblad

van de Europese Unie

L 27

European flag  

Uitgave in de Nederlandse taal

Wetgeving

51e jaargang
31 januari 2008


Inhoud

 

I   Besluiten op grond van het EG- en het Euratom-Verdrag waarvan publicatie verplicht is

Bladzijde

 

 

VERORDENINGEN

 

 

Verordening (EG) nr. 84/2008 van de Commissie van 30 januari 2008 tot vaststelling van forfaitaire invoerwaarden voor de bepaling van de invoerprijzen van bepaalde soorten groenten en fruit

1

 

*

Verordening (EG) nr. 85/2008 van de Commissie van 30 januari 2008 betreffende de bijzondere voorwaarden voor de toekenning van steun aan de particuliere opslag in de sector schapen- en geitenvlees (Gecodificeerde versie)

3

 

*

Verordening (EG) nr. 86/2008 van de Commissie van 30 januari 2008 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 318/2007 tot vaststelling van de veterinairrechtelijke voorschriften voor de invoer van bepaalde vogels in de Gemeenschap en de desbetreffende quarantainevoorschriften ( 1 )

8

 

 

RICHTLIJNEN

 

*

Richtlijn 2008/5/EG van de Commissie van 30 januari 2008 betreffende de vermelding op het etiket van bepaalde levensmiddelen van andere verplichte gegevens dan die waarin Richtlijn 2000/13/EG van het Europees Parlement en de Raad voorziet (Gecodificeerde versie) ( 1 )

12

 

 

II   Besluiten op grond van het EG- en het Euratom-Verdrag waarvan publicatie niet verplicht is

 

 

BESLUITEN/BESCHIKKINGEN

 

 

Raad

 

 

2008/84/EG

 

*

Beschikking van de Raad van 22 januari 2008 waarbij de Bondsrepubliek Duitsland en de Republiek Polen worden gemachtigd maatregelen toe te passen die afwijken van artikel 5 van Richtlijn 2006/112/EG betreffende het gemeenschappelijke stelsel van belasting over de toegevoegde waarde

17

 

 

2008/85/EG

 

*

Besluit van de Raad van 28 januari 2008 houdende benoeming van twee Spaanse plaatsvervangers van het Comité van de Regio’s

20

 

 

Commissie

 

 

2008/86/EG

 

*

Besluit nr. 1/2008 van het bij de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de handel in landbouwproducten opgerichte Gemengd Landbouwcomité van 15 januari 2008 betreffende de wijzigingen in de aanhangsels van bijlage 4

21

 


 

(1)   Voor de EER relevante tekst

NL

Besluiten waarvan de titels mager zijn gedrukt, zijn besluiten van dagelijks beheer die in het kader van het landbouwbeleid zijn genomen en die in het algemeen een beperkte geldigheidsduur hebben.

Besluiten waarvan de titels vet zijn gedrukt en die worden voorafgegaan door een sterretje, zijn alle andere besluiten.


I Besluiten op grond van het EG- en het Euratom-Verdrag waarvan publicatie verplicht is

VERORDENINGEN

31.1.2008   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 27/1


VERORDENING (EG) Nr. 84/2008 VAN DE COMMISSIE

van 30 januari 2008

tot vaststelling van forfaitaire invoerwaarden voor de bepaling van de invoerprijzen van bepaalde soorten groenten en fruit

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 1580/2007 van de Commissie van 21 december 2007 tot vaststelling van bepalingen voor de uitvoering van de Verordeningen (EG) nr. 2200/96, (EG) nr. 2201/96 en (EG) nr. 1182/2007 van de Raad in de sector groenten en fruit (1), en met name op artikel 138, lid 1,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

In Verordening (EG) nr. 1580/2007 zijn op grond van de multilaterale handelsbesprekingen in het kader van de Uruguayronde de criteria vastgesteld aan de hand waarvan de Commissie voor de producten en de perioden die in de bijlage bij die verordening zijn vermeld, de forfaitaire waarden bij invoer uit derde landen vaststelt.

(2)

Op grond van de bovenvermelde criteria moeten de forfaitaire invoerwaarden worden vastgesteld op de in de bijlage bij deze verordening vermelde niveaus,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

De in artikel 138 van Verordening (EG) nr. 1580/2007 bedoelde forfaitaire invoerwaarden worden vastgesteld zoals aangegeven in de tabel in de bijlage bij deze verordening.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op 31 januari 2008.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 30 januari 2008.

Voor de Commissie

Jean-Luc DEMARTY

Directeur-generaal Landbouw en plattelandsontwikkeling


(1)  PB L 350 van 31.12.2007, blz. 1.


BIJLAGE

bij de verordening van de Commissie van 30 januari 2008 tot vaststelling van forfaitaire invoerwaarden voor de bepaling van de invoerprijzen van bepaalde soorten groenten en fruit

(EUR/100 kg)

GN-code

Code derde landen (1)

Forfaitaire invoerwaarde

0702 00 00

IL

138,6

MA

40,0

SN

192,7

TN

129,8

TR

92,3

ZZ

118,7

0707 00 05

EG

190,8

JO

202,1

MA

50,4

TR

111,7

ZZ

138,8

0709 90 70

MA

68,0

TR

155,5

ZA

79,4

ZZ

101,0

0709 90 80

EG

355,3

ZZ

355,3

0805 10 20

EG

48,1

IL

61,1

MA

60,9

TN

56,1

TR

69,5

ZA

22,3

ZZ

53,0

0805 20 10

IL

107,2

MA

83,8

TR

95,7

ZZ

95,6

0805 20 30, 0805 20 50, 0805 20 70, 0805 20 90

CN

85,9

IL

69,7

JM

103,1

MA

154,5

PK

46,3

TR

75,6

US

60,1

ZZ

85,0

0805 50 10

EG

74,2

IL

126,6

MA

90,6

TR

118,9

ZZ

102,6

0808 10 80

CA

84,1

CL

60,8

CN

83,0

MK

39,9

US

112,7

ZZ

76,1

0808 20 50

CL

59,3

CN

57,3

TR

159,1

US

96,5

ZA

91,9

ZZ

92,8


(1)  Landennomenclatuur vastgesteld bij Verordening (EG) nr. 1833/2006 van de Commissie (PB L 354 van 14.12.2006, blz. 19). De code „ZZ” staat voor „andere oorsprong”.


31.1.2008   

NL XM

Publicatieblad van de Europese Unie

L 27/3


VERORDENING (EG) Nr. 85/2008 VAN DE COMMISSIE

van 30 januari 2008

betreffende de bijzondere voorwaarden voor de toekenning van steun aan de particuliere opslag in de sector schapen- en geitenvlees

(Gecodificeerde versie)

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 2529/2001 van de Raad van 19 december 2001 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector schapen- en geitenvlees (1), en met name op artikel 12, lid 2,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Verordening (EEG) nr. 3447/90 van de Commissie van 28 november 1990 betreffende de bijzondere voorwaarden voor de toekenning van steun aan de particuliere opslag in de sector schapen- en geitenvlees (2) is herhaaldelijk en ingrijpend gewijzigd (3). Ter wille van de duidelijkheid en een rationele ordening van de tekst dient tot codificatie van deze verordening te worden overgegaan.

(2)

Verordening (EG) nr. 6/2008 van de Commissie van 4 januari 2008 houdende uitvoeringsbepalingen betreffende de toekenning van steun voor de particuliere opslag van schapen- en geitenvlees (4) moet in acht worden genomen bij de toekenning van steun voor de particuliere opslag van schapenvlees. Het is dienstig de voorschriften van die verordening aan te vullen of aan te passen.

(3)

Het is wenselijk om, naast de voor een bepaalde opslagtermijn vastgestelde steunbedragen, ook bedragen vast te stellen waarmee laatstgenoemde steunbedragen moeten worden vermeerderd of verminderd indien die termijn wordt verlengd of verkort.

(4)

Op grond van de te verwachten marktomstandigheden moet worden voorzien in opslagperioden die drie tot zeven maanden bestrijken.

(5)

Om de ernst van de offertes te waarborgen, moet de op te slagen minimumhoeveelheid worden bepaald. De minimumhoeveelheid moet worden bepaald voor iedere uitslag.

(6)

Een zekerheid dient te worden gesteld om te waarborgen dat de verplichtingen in verband met de particuliere opslag worden nagekomen.

(7)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité van beheer „schapen en geiten”,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Tenzij in deze verordening anders is bepaald, gelden de voorschriften van Verordening (EG) nr. 6/2008.

Artikel 2

1.   De aanvragen voor steun voor de particuliere opslag moeten bij de in bijlage I genoemde interventiebureaus worden ingediend.

2.   In het raam van een inschrijvingsprocedure maakt de inschrijver een offerte voor een opslagperiode van drie maanden. De werkelijke opslagperiode wordt echter door de opslaghouder gekozen. Zij bedraagt niet minder dan drie maanden en niet meer dan zeven maanden. Wanneer de opslagperiode langer dan drie maanden is, wordt de steun na de derde maand verhoogd met 1,45 EUR per ton en per dag.

Artikel 3

De minimumhoeveelheid per contract bedraagt vier ton, uitgedrukt in vlees met been.

Artikel 4

De in acht te nemen minimumhoeveelheid per uitslag bedraagt 4 ton, uitgedrukt in productgewicht, per koelhuis en per contractant. Wanneer in een koelhuis een hoeveelheid van minder dan 4 ton overblijft, mag echter toch tot verdere uitslag van deze overblijvende hoeveelheid of een gedeelte daarvan worden overgegaan.

Ingeval deze voorwaarden voor uitslag niet zijn vervuld,

wordt het bedrag van de steun voor de uitgeslagen hoeveelheid berekend overeenkomstig het bepaalde in artikel 6, lid 3, van Verordening (EG) nr. 6/2008, en

wordt voor de uitgeslagen hoeveelheid een bedrag van 15 % van de in artikel 5 bedoelde zekerheid verbeurd.

Artikel 5

De zekerheid bedraagt 145 EUR per ton.

Artikel 6

Verordening (EEG) nr. 3447/90 wordt ingetrokken.

Verwijzingen naar de ingetrokken verordening gelden als verwijzingen naar de onderhavige verordening en worden gelezen volgens de concordantietabel in bijlage III.

Artikel 7

Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 30 januari 2008.

Voor de Commissie

De voorzitter

José Manuel BARROSO


(1)  PB L 341 van 22.12.2001, blz. 3. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1913/2005 (PB L 307 van 25.11.2005, blz. 2). Verordening (EG) nr. 2529/2001 wordt met ingang van 1 juli 2008 vervangen door Verordening (EG) nr. 1234/2007 (PB L 299 van 16.11.2007, blz. 1).

(2)  PB L 333 van 30.11.1990, blz. 46. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 40/96 (PB L 10 van 13.11.1996, blz. 6).

(3)  Zie bijlage II.

(4)  PB L 3 van 5.1.2008, blz. 13.


ПРИЛОЖЕНИЕ I — ANEXO I — PŘÍLOHA I — BILAG I — ANHANG I — I LISA — ΠΑΡΑΡΤΗΜΑ I — ANNEX I — ANNEXE I — ALLEGATO I — I PIELIKUMS — I PRIEDAS — I. MELLÉKLET — ANNESS I — BIJLAGE I — ZAŁĄCZNIK I — ANEXO I — ANEXA I — PRÍLOHA I — PRILOGA I — LIITE I — BILAGA I

Адреси на интервенционните агенции — Direcciones de los organismos de intervención — Adresy intervenčních agentur — Interventionsorganernes adresser — Anschriften der Interventionsstellen — Sekkumisametite aadressid — Διευθύνσεις του οργανισμού παρέμβασης — Addresses of the intervention agencies — Adresses des organismes d’intervention — Indirizzi degli organismi d’intervento — Intervences aģentūru adreses — Intervencinių agentūrų adresai — Az intervenciós hivatalok címei — Indirizzi ta’ l-aġenziji ta’ intervent — Adressen van de interventiebureaus — Adresy agencji interwencyjnych — Endereços dos organismos de intervenção — Adresele agențiilor de intervenție — Adresy intervenčných orgánov — Naslovi intervencijskih agencij — Interventioelinten osoitteet — Interventionsorganens adresser

BELGIQUE/BELGIË

Bureau d’intervention et de restitution belge

Rue de Trèves 82

B-1040 Bruxelles

Belgisch Interventie- en Restitutiebureau

Trierstraat 82

B-1040 Brussel

Tél. (32-2) 287 24 11

Fax (32-2) 230 25 33/280 03 07

БЪЛГАРИЯ

Държавен фонд „Земеделие“

Разплащателна агенция

1618 София,

ул. Цар Борис III № 136

тел. (+ 359-2) 818 72 02

факс (+ 359-2) 818 72 67

ČESKA REPUBLIKA

Státní zemědělský intervenční fond (SZIF)

Ve Smečkách 33

CZ-110 00 Praha 1

Tel.: (420) 222 87 14 60

Fax: (420) 222 87 16 80

DANMARK

Ministeriet for Fødevarer, Landbrug og Fiskeri

Direktoratet for Fødevareerhverv

Nyropsgade 30

DK-1780 København V

Tlf. (45) 33 95 80 00

Fax (45) 33 95 80 34

DEUTSCHLAND

Bundesanstalt für Landwirtschaft und Ernährung (BLE)

Deichmanns Aue 29

D-53179 Bonn

Tel. (49-228) 68 45 37 56

Fax (49-228) 68 45-34 44/37 91

EESTI

PRIA (Põllumajanduse Registrite ja Informatsiooni Amet)

Narva mnt. 3

51009 Tartu

Tel: +372 737 1200

Faks: +372 737 1201

ÉIRE/IRELAND

Department of Agriculture and Food/An Roinn Talmhaíochta agus Bia

Johnston Castle Estate

County Wexford

Tel. (353-53) 91634 00

Fax (353-53) 91428 42

ΕΛΛΑΔΑ

ΟΠΕΚΕΠΕ (Οργανισμός Πληρωμών και Ελέγχου Κοινοτικών Ενισχύσεων Προσανατολισμού και Εγγυήσεων)

Αχαρνών 241

GR-104 46 Αθήνα

Τηλ. (+30) 210 228 41 80

Φαξ (+30) 210 228 14 79

ESPAÑA

FEGA (Fondo Español de Garantía Agraria)

Beneficencia 8

E-28005 Madrid

Tel. (34) 913 47 65 00, 913 47 63 10

Fax (34) 915 21 98 32, 915 22 43 87

FRANCE

Office de l’élevage

12, rue Henri Rol-Tanguy

TSA 30003

93555 Montreuil-Sous-Bois Cedex

Tél. (33) 173 30 30 00

Fax (33) 173 30 30 48 ou 173 30 30 49

ITALIA

AGEA (Agenzia Erogazioni in Agricoltura)

Via Palestro 81

I-00185 Roma

Tel. (39-06) 449 49 91

Fax (39-06) 445 39 40/444 19 58

ΚΥΠΡΟΣ

Κυπριακός Οργανισμός Αγροτικών Πληρωμών

Τ.Θ. 16102, CY-2086 Λευκωσία

Οδός Μιχαήλ Κουτσόφτα 20

CY-2000 Λευκωσία

Τηλ. (+357) 22 55 77 77

Φαξ (+357) 22 55 77 55

LATVIJA

Latvijas Republikas Zemkopības ministrija

Lauku atbalsta dienests

Republikas laukums 2

LV-1981 Rīga, Latvija

Tālr.: (371) 702 75 42

Fakss: (371) 702 71 20

LIETUVA

Lietuvos žemės ūkio ir maisto produktų rinkos reguliavimo agentūra

L. Stuokos-Gucevičiaus g. 9-12

LT-01122 Vilnius

Tel. (+370 5) 268 50 50

Faks. (+370 5) 268 50 61

LUXEMBOURG

Service d’économie rurale, section «Cheptel et viande»

113-115, rue de Hollerich

L-1741 Luxembourg

Tél. (352) 47 84 43

Fax (352) 49 16 19

MAGYARORSZÁG

Mezőgazdasági és Vidékfejlesztési Hivatal

H-1095 Budapest, Soroksári út 22–24.

Postacím: H-1385, Budapest 62., Pf. 867

Tel.: (36-1) 219 45 17

Fax: (36-1) 219 62 59

MALTA

Ministry for Rural Affairs and the Environment

Barriera Wharf

Valletta CMR02

Malta

Tel.: (+356) 22952000, 22952222

Faks: (+356) 22952212

NEDERLAND

Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit

Dienst Regelingen

Slachthuisstraat 71

Postbus 965

6040 AZ Roermond

Nederland

Tel. (31-475) 35 54 44

Fax (31-475) 31 89 39

ÖSTERREICH

AMA-Agrarmarkt Austria

Dresdner Straβe 70

A-1201 Wien

Tel. (43-1) 33 15 12 18

Fax (43-1) 33 15 14 624

POLSKA

Agencja Rynku Rolnego

Biuro Mięsa

ul. Nowy Świat 6/12

00-400 Warszawa

tel. +48 22 661 71 09

faks +48 22 661 77 56

PORTUGAL

IFAP — Instituto de Financiamento da Agricultura e Pesca, IP

Rua Castilho, n.o 45-51

P-1269-164 Lisboa

Tel.: (351) 213 846 000

Fax: (351) 213 846 170

ROMÂNIA

Agenția de Plăți și Intervenție pentru Agricultură (APIA)

București

Bld. Carol I, nr. 17, sector 2

Tel./Fax 0040 21 30 54 867

SLOVENIJA

ARSKTRP – Agencija Republike Slovenije za kmetijske trge in razvoj podeželja

Dunajska 160

SI-1000 Ljubljana

Tel. (386-1) 478 93 59

Faks (386-1) 478 92 00

SLOVENSKO

Pôdohospodárska platobná agentúra

Dobrovičova 12

815 26 Bratislava

Tel.: (+ 421-2) 59 26 63 97

Fax: (+ 421-2) 52 96 50 33

SUOMI/FINLAND

Maaseutuvirasto/Landsbygdsverket

Markkinatukiosasto/Marknadsstödsavdelningen

Interventioyksikkö/Interventionsenheten

Malminkatu/Malmgatan 16

PL/PB 256

FI-00101 Helsinki/Helsingfors

Suomi/Finland

Puhelin/Tel. +358 20 772 007

Faksi/Fax +358 20 7725 506

SVERIGE

Jordbruksverket – Swedish Board of Agriculture,

Intervention Division

S-551 82 Jönköping

Tfn (46-36) 15 50 00

Fax (46-36) 19 05 46

UNITED KINGDOM

Rural Payments Agency

Lancaster House

Hampshire Court

Newcastle-upon-Tyne

NE4 7YH

Tel. (44-191) 273 96 96


BIJLAGE II

Ingetrokken verordening met overzicht van de achtereenvolgende wijzigingen ervan

Verordening (EEG) nr. 3447/90 van de Commissie

(PB L 333 van 30.11.1990, blz. 46)

 

Verordening (EEG) nr. 273/91 van de Commissie

(PB L 28 van 2.2.1991, blz. 28)

 

Verordening (EEG) nr. 1258/91 van de Commissie

(PB L 120 van 15.5.1991, blz. 15)

uitsluitend artikel 2

Verordening (EG) nr. 879/95 van de Commissie

(PB L 91 van 22.4.1995, blz. 2)

 

Verordening (EG) nr. 40/96 van de Commissie

(PB L 10 van 13.1.1996, blz. 6)

uitsluitend artikel 2, lid 2


BIJLAGE III

Concordantietabel

Verordening (EEG) nr. 3447/90

De onderhavige verordening

Artikel 1

Artikel 1

Artikel 2

Artikel 2

Artikel 3

Artikel 3

Artikel 3 bis

Artikel 4

Artikel 4

Artikel 5

Artikel 6

Artikel 5

Artikel 7

Bijlage

Bijlage I

Bijlage II

Bijlage III


31.1.2008   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 27/8


VERORDENING (EG) Nr. 86/2008 VAN DE COMMISSIE

van 30 januari 2008

tot wijziging van Verordening (EG) nr. 318/2007 tot vaststelling van de veterinairrechtelijke voorschriften voor de invoer van bepaalde vogels in de Gemeenschap en de desbetreffende quarantainevoorschriften

(Voor de EER relevante tekst)

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Richtlijn 91/496/EEG van de Raad van 15 juli 1991 tot vaststelling van de beginselen voor de organisatie van de veterinaire controles voor dieren uit derde landen die in de Gemeenschap worden binnengebracht en tot wijziging van de Richtlijnen 89/662/EEG, 90/425/EEG en 90/675/EEG (1), en met name op artikel 10, lid 3, tweede alinea, en lid 4, eerste alinea,

Gelet op Richtlijn 92/65/EEG van de Raad van 13 juli 1992 tot vaststelling van de veterinairrechtelijke voorschriften voor het handelsverkeer en de invoer in de Gemeenschap van dieren, sperma, eicellen en embryo's waarvoor ten aanzien van de veterinairrechtelijke voorschriften geen specifieke communautaire regelgeving als bedoeld in bijlage A, onder I, van Richtlijn 90/425/EEG geldt (2), en met name op artikel 18, lid 1, vierde streepje,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Verordening (EG) nr. 318/2007 van de Commissie (3) stelt de veterinairrechtelijke voorschriften vast voor de invoer van bepaalde vogels, met uitzondering van pluimvee, in de Gemeenschap en de desbetreffende quarantainevoorschriften die na invoer voor deze vogels gelden.

(2)

Bijlage V bij Verordening (EG) nr. 318/2007 bevat een lijst van de quarantainevoorzieningen en -stations die door de bevoegde instanties van de lidstaten zijn erkend voor de invoer van bepaalde vogels, met uitzondering van pluimvee.

(3)

Tsjechië, Duitsland en Spanje hebben hun erkende quarantainevoorzieningen of -stations aan een herziening onderworpen en hebben de Commissie een bijgewerkte lijst daarvan toegestuurd. De lijst van erkende quarantainevoorzieningen of -stations in bijlage V bij Verordening (EG) nr. 318/2007 moet daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd.

(4)

Verordening (EG) nr. 318/2007 moet daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd.

(5)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Bijlage V bij Verordening (EG) nr. 318/2007 wordt vervangen door de tekst in de bijlage bij deze verordening.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 30 januari 2008.

Voor de Commissie

Markos KYPRIANOU

Lid van de Commissie


(1)  PB L 268 van 24.9.1991, blz. 56. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 2006/104/EG (PB L 363 van 20.12.2006, blz. 352).

(2)  PB L 268 van 14.9.1992, blz. 54. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Beschikking 2007/265/EG van de Commissie (PB L 114 van 1.5.2007, blz. 17).

(3)  PB L 84 van 24.3.2007, blz. 7. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1278/2007 (PB L 284 van 30.10.2007, blz. 20).


BIJLAGE

„BIJLAGE V

Lijst van de erkende voorzieningen en stations, als bedoeld in artikel 6, lid 1

ISO-landcode

Naam van het land

Erkenningsnummer quarantainevoorziening of -station

AT

OOSTENRIJK

AT OP Q1

AT

OOSTENRIJK

AT-KO-Q1

AT

OOSTENRIJK

AT-3-ME-Q1

AT

OOSTENRIJK

AT-4-KI-Q1

AT

OOSTENRIJK

AT 4 WL Q 1

AT

OOSTENRIJK

AT-4-VB-Q1

AT

OOSTENRIJK

AT 6 10 Q 1

AT

OOSTENRIJK

AT 6 04 Q 1

BE

BELGIË

BE VQ 1003

BE

BELGIË

BE VQ 1010

BE

BELGIË

BE VQ 1011

BE

BELGIË

BE VQ 1012

BE

BELGIË

BE VQ 1013

BE

BELGIË

BE VQ 1016

BE

BELGIË

BE VQ 1017

BE

BELGIË

BE VQ 3001

BE

BELGIË

BE VQ 3008

BE

BELGIË

BE VQ 3014

BE

BELGIË

BE VQ 3015

BE

BELGIË

BE VQ 4009

BE

BELGIË

BE VQ 4017

BE

BELGIË

BE VQ 7015

CY

CYPRUS

CB 0011

CY

CYPRUS

CB 0012

CY

CYPRUS

CB 0061

CY

CYPRUS

CB 0013

CY

CYPRUS

CB 0031

CZ

TSJECHIË

21750016

CZ

TSJECHIË

21750027

CZ

TSJECHIË

61750009

DE

DUITSLAND

BB-1

DE

DUITSLAND

BW-1

DE

DUITSLAND

BY-1

DE

DUITSLAND

BY-2

DE

DUITSLAND

BY-3

DE

DUITSLAND

BY-4

DE

DUITSLAND

HE-1

DE

DUITSLAND

HE-2

DE

DUITSLAND

NI-1

DE

DUITSLAND

NI-2

DE

DUITSLAND

NI-3

DE

DUITSLAND

NW-1

DE

DUITSLAND

NW-2

DE

DUITSLAND

NW-3

DE

DUITSLAND

NW-4

DE

DUITSLAND

NW-5

DE

DUITSLAND

NW-6

DE

DUITSLAND

NW-7

DE

DUITSLAND

NW-8

DE

DUITSLAND

RP-1

DE

DUITSLAND

SN-1

DE

DUITSLAND

SN-2

DE

DUITSLAND

TH-1

DE

DUITSLAND

TH-2

ES

SPANJE

ES/01/02/05

ES

SPANJE

ES/05/02/12

ES

SPANJE

ES/05/03/13

ES

SPANJE

ES/09/02/10

ES

SPANJE

ES/17/02/07

ES

SPANJE

ES/04/03/11

ES

SPANJE

ES/04/03/14

ES

SPANJE

ES/09/03/15

ES

SPANJE

ES/09/06/18

ES

SPANJE

ES/10/07/20

FR

FRANKRIJK

38.193.01

GR

GRIEKENLAND

GR.1

GR

GRIEKENLAND

GR.2

HU

HONGARIJE

HU12MK001

IE

IERLAND

IRL-HBQ-1-2003 Unit A

IT

ITALIË

003AL707

IT

ITALIË

305/B/743

IT

ITALIË

132BG603

IT

ITALIË

170BG601

IT

ITALIË

233BG601

IT

ITALIË

068CR003

IT

ITALIË

006FR601

IT

ITALIË

054LCO22

IT

ITALIË

I – 19/ME/01

IT

ITALIË

119RM013

IT

ITALIË

006TS139

IT

ITALIË

133VA023

MT

MALTA

BQ 001

NL

NEDERLAND

NL-13000

NL

NEDERLAND

NL-13001

NL

NEDERLAND

NL-13002

NL

NEDERLAND

NL-13003

NL

NEDERLAND

NL-13004

NL

NEDERLAND

NL-13005

NL

NEDERLAND

NL-13006

NL

NEDERLAND

NL-13007

NL

NEDERLAND

NL-13008

NL

NEDERLAND

NL-13009

NL

NEDERLAND

NL-13010

PL

POLEN

14084501

PT

PORTUGAL

05.01/CQA

PT

PORTUGAL

01.02/CQA

UK

VERENIGD KONINKRIJK

21/07/01

UK

VERENIGD KONINKRIJK

21/07/02”


RICHTLIJNEN

31.1.2008   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 27/12


RICHTLIJN 2008/5/EG VAN DE COMMISSIE

van 30 januari 2008

betreffende de vermelding op het etiket van bepaalde levensmiddelen van andere verplichte gegevens dan die waarin Richtlijn 2000/13/EG van het Europees Parlement en de Raad voorziet

(Voor de EER relevante tekst)

(Gecodificeerde versie)

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Richtlijn 2000/13/EG van het Europees Parlement en de Raad van 20 maart 2000 betreffende de onderlinge aanpassing van de wetgeving der lidstaten inzake de etikettering en presentatie van levensmiddelen alsmede inzake de daarvoor gemaakte reclame (1), inzonderheid op artikel 4, lid 2,

Gelet op Richtlijn 94/35/EG van het Europees Parlement en de Raad van 30 juni 1994 inzake zoetstoffen die in levensmiddelen mogen worden gebruikt (2), inzonderheid op artikel 6,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Richtlijn 94/54/EG van de Commissie van 18 november 1994 betreffende de vermelding op het etiket van bepaalde levensmiddelen van andere verplichte gegevens dan die waarin Richtlijn 79/112/EEG van de Raad voorziet (3) is herhaaldelijk en ingrijpend gewijzigd (4). Ter wille van de duidelijkheid en een rationele ordening van de tekst dient tot codificatie van deze richtlijn te worden overgegaan.

(2)

Met het oog op een adequate voorlichting van de consument is het noodzakelijk voor bepaalde levensmiddelen in een aantal verplichte vermeldingen te voorzien, als aanvulling op de in artikel 3 van Richtlijn 2000/13/EG genoemde vermeldingen.

(3)

Met name moeten de voor de verpakking van bepaalde levensmiddelen gebruikte verpakkingsgassen niet worden beschouwd als ingrediënten in de zin van artikel 6, lid 1, van Richtlijn 2000/13/EG en behoeven deze derhalve niet in de lijst van ingrediënten op het etiket te worden opgenomen.

(4)

De consument moet evenwel van het gebruik van dergelijke gassen op de hoogte worden gesteld voorzover hij uit een dergelijke informatie kan opmaken waarom het gekochte levensmiddel een langere houdbaarheid heeft dan soortgelijke, op andere wijze verpakte producten.

(5)

Met het oog op een adequate voorlichting van de consument is het nodig gebleken op de etikettering van levensmiddelen die zoetstoffen bevatten de vermelding van deze eigenschap verplicht te stellen.

(6)

Bovendien moet op de etikettering van levensmiddelen die bepaalde soorten zoetstoffen bevatten ook een waarschuwing voorkomen.

(7)

Voorts moet de consument via de etikettering duidelijk worden geïnformeerd over de aanwezigheid van glycyrrizinezuur en het ammoniumzout daarvan in zoetwaren en dranken. Wanneer die producten een hoog gehalte aan glycyrrizinezuur of het ammoniumzout daarvan hebben, moeten de consumenten, met name als zij een hoge bloeddruk hebben, ervan op de hoogte worden gebracht dat zij een overmatige inname dienen te vermijden. Om ervoor te zorgen dat de consumenten deze informatie goed begrijpen moet bij voorkeur de bekende uitdrukking „zoethout” worden gebruikt.

(8)

De in deze richtlijn vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid.

(9)

Deze richtlijn dient de verplichtingen van de lidstaten met betrekking tot de in bijlage II, deel B, genoemde termijnen voor omzetting in nationaal recht van de aldaar genoemde richtlijnen onverlet te laten,

HEEFT DE VOLGENDE RICHTLIJN VASTGESTELD:

Artikel 1

Onverminderd het bepaalde in artikel 3 van Richtlijn 2000/13/EG zijn op het etiket van de in bijlage I bij de onderhavige richtlijn opgenomen levensmiddelen de eveneens in die bijlage opgenomen bijkomende vermeldingen verplicht.

Artikel 2

Richtlijn 94/54/EG, zoals gewijzigd bij de in bijlage II, deel A, genoemde richtlijnen, wordt ingetrokken, onverminderd de verplichtingen van de lidstaten met betrekking tot de in bijlage II, deel B, genoemde termijnen voor omzetting in nationaal recht van de aldaar genoemde richtlijnen.

Verwijzingen naar de ingetrokken richtlijn gelden als verwijzingen naar de onderhavige richtlijn en worden gelezen volgens de concordantietabel in bijlage III.

Artikel 3

Deze richtlijn treedt in werking op de twintigste dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Artikel 4

Deze richtlijn is gericht tot de lidstaten.

Gedaan te Brussel, 30 januari 2008.

Voor de Commissie

De voorzitter

José Manuel BARROSO


(1)  PB L 109 van 6.5.2000, blz. 29. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 2007/68/EG van de Commissie (PB L 310 van 28.11.2007, blz. 11).

(2)  PB L 237 van 10.9.1994, blz. 3. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 2006/52/EG (PB L 204 van 26.7.2006, blz. 10).

(3)  PB L 300 van 23.11.1994, blz. 14. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 2004/77/EG (PB L 162 van 30.4.2004, blz. 76).

(4)  Zie bijlage II, deel A.


BIJLAGE I

Lijst van levensmiddelen waarvan het etiket een of meer verplichte bijkomende vermeldingen dient te bevatten

Type of categorie levensmiddelen

Vermelding

Levensmiddelen waarvan de houdbaarheid is verlengd met behulp van de in Richtlijn 89/107/EEG van de Raad (1) toegestane verpakkingsgassen

„verpakt onder beschermende atmosfeer”

Alle levensmiddelen die een of meer zoetstoffen bevatten welke zijn toegestaan bij Richtlijn 94/35/EG

„met zoetstof(fen)”

Deze vermelding wordt samen met de verkoopbenaming als bedoeld in artikel 5 van Richtlijn 2000/13/EG aangebracht.

Alle levensmiddelen die zowel toegevoegde suiker(s) als een of meer zoetstoffen welke zijn toegestaan bij Richtlijn 94/35/EG, bevatten

„met suiker(s) en zoetstof(fen)”

Deze vermelding wordt samen met de verkoopbenaming als bedoeld in artikel 5 van Richtlijn 2000/13/EG aangebracht.

Levensmiddelen die aspartaam bevatten

„bevat een bron van fenylalanine”

Levensmiddelen met een gehalte aan polyolen van meer dan 10 %

„overmatig gebruik kan een laxerend effect hebben”

Zoetwaren en dranken die glycyrrizinezuur of het ammoniumzout daarvan bevatten als gevolg van de toevoeging van die stof(fen) als zodanig of van de zoethoutplant Glycyrrhiza glabra, in een concentratie van 100 mg/kg of 10 mg/l of meer

Onmiddellijk na de lijst van ingrediënten worden de woorden „bevat zoethout” toegevoegd, tenzij het woord zoethout al voorkomt in de lijst van ingrediënten of in de verkoopbenaming van het product. Indien er geen lijst van ingrediënten is, wordt de vermelding aangebracht in de nabijheid van de verkoopbenaming van het product.

Zoetwaren die glycyrrizinezuur of het ammoniumzout daarvan bevatten als gevolg van toevoeging van die stof(fen) als zodanig of van de zoethoutplant Glycyrrhiza glabra, in een concentratie van 4 g/kg of meer

Na de lijst van ingrediënten wordt de volgende vermelding aangebracht: „bevat zoethout — mensen met hoge bloeddruk dienen overmatig gebruik te vermijden”. Indien er geen lijst van ingrediënten is, wordt de vermelding aangebracht in de nabijheid van de verkoopbenaming van het product.

Dranken die glycyrrizinezuur of het ammoniumzout daarvan bevatten als gevolg van de toevoeging van die stof(fen) als zodanig of van de zoethoutplant Glycyrrhiza glabra, in een concentratie van 50 mg/l of meer, dan wel 300 mg/l of meer in geval van dranken met een alcoholgehalte van meer dan 1,2 volumeprocent (2)

Na de lijst van ingrediënten wordt de volgende vermelding aangebracht: „bevat zoethout — mensen met hoge bloeddruk dienen overmatig gebruik te vermijden”. Indien er geen lijst van ingrediënten is, wordt de vermelding aangebracht in de nabijheid van de verkoopbenaming van het product.


(1)  PB L 40 van 11.2.1989, blz. 27.

(2)  De bedoelde gehalten gelden voor het product als aangeboden voor gebruik of als gereconstitueerd volgens de aanwijzingen van de fabrikant.


BIJLAGE II

DEEL A

Ingetrokken richtlijn met overzicht van de achtereenvolgende wijzigingen ervan

(bedoeld in artikel 2)

Richtlijn 94/54/EG van de Commissie

(PB L 300 van 23.11.1994, blz. 14)

Richtlijn 96/21/EG van de Raad

(PB L 88 van 5.4.1996, blz. 5)

Richtlijn 2004/77/EG van de Commissie

(PB L 162 van 30.4.2004, blz. 76)

DEEL B

Termijnen voor omzetting in nationaal recht

(bedoeld in artikel 2)

Richtlijn

Omzettingstermijn

94/54/EG

30 juni 1995 (1)

96/21/EG

30 juni 1996 (2)

2004/77/EG

20 mei 2005 (3)


(1)  Overeenkomstig artikel 2, eerste alinea, van Richtlijn 94/54/EG:

„Zo nodig wijzigen de lidstaten hun wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen vóór 30 juni 1995 zodanig dat:

de handel in producten die aan deze richtlijn voldoen, uiterlijk op 1 juli 1995 wordt toegestaan;

de handel in producten die niet aan deze richtlijn voldoen, vanaf 1 januari 1997 wordt verboden; die producten echter die vóór deze datum in het verkeer zijn gebracht of zijn geëtiketteerd en die niet aan de onderhavige richtlijn voldoen, mogen in de handel worden gebracht totdat de voorraden zijn opgebruikt.”.

(2)  Overeenkomstig artikel 2, eerste alinea, van Richtlijn 96/21/EG:

„De lidstaten wijzigen indien nodig hun wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen vóór 1 juli 1996 zodat:

de handel in de producten die aan deze richtlijn voldoen, uiterlijk op 1 juli 1996 wordt toegestaan;

de handel in de producten die niet aan deze richtlijn voldoen, vanaf 1 juli 1997 wordt verboden. Producten die vóór deze datum in de handel gebracht of geëtiketteerd zijn en die niet aan deze richtlijn voldoen, mogen echter worden verhandeld totdat de voorraden zijn uitgeput.”.

(3)  Overeenkomstig artikel 2 van Richtlijn 2004/77/EG:

„1.   De lidstaten staan de handel in producten die aan deze richtlijn beantwoorden uiterlijk met ingang van 20 mei 2005 toe.

2.   De lidstaten verbieden de handel in producten die niet aan deze richtlijn beantwoorden met ingang van 20 mei 2006.

Producten die niet aan deze richtlijn beantwoorden en die vóór 20 mei 2006 zijn geëtiketteerd, zijn echter toegestaan zolang de voorraad strekt.”.


BIJLAGE III

Concordantietabel

Richtlijn 94/54/EG

De onderhavige richtlijn

Artikel 1

Artikel 1

Artikel 2

Artikel 2

Artikel 3

Artikel 3

Artikel 4

Bijlage

Bijlage I

Bijlage II

Bijlage III


II Besluiten op grond van het EG- en het Euratom-Verdrag waarvan publicatie niet verplicht is

BESLUITEN/BESCHIKKINGEN

Raad

31.1.2008   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 27/17


BESCHIKKING VAN DE RAAD

van 22 januari 2008

waarbij de Bondsrepubliek Duitsland en de Republiek Polen worden gemachtigd maatregelen toe te passen die afwijken van artikel 5 van Richtlijn 2006/112/EG betreffende het gemeenschappelijke stelsel van belasting over de toegevoegde waarde

(Slechts de teksten in de Duitse en de Poolse taal zijn authentiek)

(2008/84/EG)

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Richtlijn 2006/112/EG van de Raad van 28 november 2006 betreffende het gemeenschappelijke stelsel van belasting over de toegevoegde waarde (1), en met name op artikel 395, lid 1,

Gezien het voorstel van de Commissie,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Bij brieven, ingekomen bij het secretariaat-generaal van de Commissie op 22 oktober 2007 en 27 juli 2007, hebben de Bondsrepubliek Duitsland en de Republiek Polen verzocht om bijzondere belastingmaatregelen te mogen toepassen met betrekking tot de bouw en het onderhoud van bepaalde grensbruggen tussen beide landen.

(2)

Overeenkomstig artikel 395, lid 2, van Richtlijn 2006/112/EG heeft de Commissie de overige lidstaten bij brief van 24 oktober 2007 van de verzoeken van de Bondsrepubliek Duitsland en de Republiek Polen in kennis gesteld. Bij brief van 25 oktober 2007 heeft de Commissie de Bondsrepubliek Duitsland en de Republiek Polen meegedeeld dat zij over alle gegevens beschikte die zij nodig achtte voor de beoordeling van de verzoeken.

(3)

De bijzondere maatregel strekt ertoe dat de grensbruggen, en in geval van bouwwerkzaamheden ook het bouwterrein, met het oog op de levering van goederen of diensten en de intracommunautaire verwerving van goederen bestemd voor de bouw en het onderhoud van de bruggen worden geacht zich volledig op het grondgebied van een van beide lidstaten te bevinden zoals bepaald in een onderlinge overeenkomst over de verdeling van de verantwoordelijkheid voor de bouw en het onderhoud van deze grensbruggen.

(4)

Zonder deze bijzondere maatregel zou voor iedere levering van goederen of diensten of intracommunautaire verwerving van goederen moeten worden bepaald of de plaats van belastingheffing zich in de Bondsrepubliek Duitsland dan wel de Republiek Polen bevindt. Werkzaamheden aan een grensbrug die op Duits grondgebied worden verricht, zouden in Duitsland aan de btw worden onderworpen, terwijl die op Pools grondgebied aan de Poolse btw zouden worden onderworpen.

(5)

Deze derogatie strekt er derhalve toe de procedure voor de belastingheffing ter zake van de bouw en het onderhoud van de bruggen in kwestie te vereenvoudigen.

(6)

De derogatie zal geen negatieve gevolgen hebben voor de eigen middelen van de Gemeenschap uit de btw,

HEEFT DE VOLGENDE BESCHIKKING VASTGESTELD:

Artikel 1

De Bondsrepubliek Duitsland en de Republiek Polen worden onder de in artikel 2 en 3 vastgestelde voorwaarden gemachtigd om voor de bouw en het onderhoud van een grensbrug over de Oder en een grensbrug over de Lausitzer Neiße alsmede voor het onderhoud van twee bestaande grensbruggen over de Oder en negen bestaande grensbruggen over de Lausitzer Neiße, die zich alle ten dele op het grondgebied van de Bondsrepubliek Duitsland en ten dele op het grondgebied van de Republiek Polen bevinden, maatregelen toe te passen die afwijken van Richtlijn 2006/112/EG. De bijlage bij deze beschikking bevat nadere gegevens over deze bruggen. Deze machtiging geldt ook voor andere bruggen die vallen onder de bij uitwisseling van diplomatieke nota’s tussen de Bondsrepubliek Duitsland en de Republiek Polen gesloten Overeenkomst inzake de verantwoordelijkheid voor de bouw en het onderhoud van grensbruggen.

Artikel 2

In afwijking van artikel 5 van Richtlijn 2006/112/EG worden de grensbrug ten aanzien waarvan de Bondsrepubliek Duitsland voor de bouw en het onderhoud verantwoordelijk is, en in voorkomend geval het bouwterrein voor zover dit zich op Pools grondgebied bevindt, alsmede de grensbruggen ten aanzien waarvan de Bondsrepubliek Duitsland uitsluitend voor het onderhoud verantwoordelijk is, met het oog op de levering van goederen en diensten en de intracommunautaire verwerving van goederen bestemd voor de bouw of het onderhoud van deze bruggen geacht deel uit te maken van het Duitse grondgebied.

Artikel 3

In afwijking van artikel 5 van Richtlijn 2006/112/EG worden de grensbrug ten aanzien waarvan de Republiek Polen voor de bouw en het onderhoud verantwoordelijk is, en in voorkomend geval het bouwterrein voor zover dit zich op Duits grondgebied bevindt, alsmede de grensbruggen ten aanzien waarvan de Republiek Polen uitsluitend voor het onderhoud verantwoordelijk is, met het oog op de levering van goederen en diensten en de intracommunautaire verwerving van goederen bestemd voor de bouw of het onderhoud van deze bruggen geacht deel uit te maken van het Poolse grondgebied.

Artikel 4

Deze beschikking is gericht tot de Bondsrepubliek Duitsland en de Republiek Polen.

Gedaan te Brussel, 22 januari 2008.

Voor de Raad

De voorzitter

A. BAJUK


(1)  PB L 347 van 11.12.2006, blz. 1. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 2007/75/EG (PB L 346 van 29.12.2007, blz. 13).


BIJLAGE

In artikel 1 bedoelde bruggen:

1.

De Bondsrepubliek Duitsland is verantwoordelijk voor de bouw van de volgende grensbrug:

a)

de grensbrug over de Oder tussen Frankfurt (Oder) en Kunowice bij kilometerpunt 580,640.

2.

De Republiek Polen is verantwoordelijk voor de bouw van de volgende grensbrug:

a)

de grensbrug over de Lausitzer Neiße tussen Horka en Węgliniec bij kilometerpunt 130,470.

3.

De Bondsrepubliek Duitsland is verantwoordelijk voor het onderhoud van de volgende grensbruggen:

a)

de grensbrug over de Oder tussen Neurüdnitz en Siekierki bij kilometerpunt 653,903;

b)

de grensbrug over de Oder tussen Küstrin Kietz en Küstrin Kostrzyn bij kilometerpunt 615,102;

c)

de grensbrug over de Oder tussen Frankfurt (Oder) en Kunowice bij kilometerpunt 580,640;

d)

de grensbrug over de Lausitzer Neiße tussen Hagenwerder en Ręczyn bij kilometerpunt 169,611;

e)

de grensbrug over de Lausitzer Neiße tussen Hirschfelde en Trzciniec Zgorzelecki bij kilometerpunt 186,281.

4.

De Republiek Polen is verantwoordelijk voor het onderhoud van de volgende grensbruggen:

a)

de grensbrug over de Lausitzer Neiße tussen Guben en Gubin bij kilometerpunt 13,375;

b)

de grensbrug over de Lausitzer Neiße tussen Guben en Gubinek bij kilometerpunt 17,625;

c)

de grensbrug over de Lausitzer Neiße tussen Forst en Tuplice bij kilometerpunt 51,935;

d)

de grensbrug over de Lausitzer Neiße tussen Bad Muskau en Łęknica bij kilometerpunt 80,530;

e)

de grensbrug over de Lausitzer Neiße tussen Horka en Węgliniec bij kilometerpunt 130,470;

f)

de grensbrug over de Lausitzer Neiße tussen Görlitz en Zgorzelec bij kilometerpunt 153,885;

g)

de grensbrug over de Lausitzer Neiße tussen Krzewina Zgorzelecka en Trzciniec Zgorzelecki bij kilometerpunt 184,220;

h)

de grensbrug over de Lausitzer Neiße tussen Krzewina Zgorzelecka en Trzciniec Zgorzelecki bij kilometerpunt 184,780.


31.1.2008   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 27/20


BESLUIT VAN DE RAAD

van 28 januari 2008

houdende benoeming van twee Spaanse plaatsvervangers van het Comité van de Regio’s

(2008/85/EG)

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name op artikel 263,

Gezien de voordracht van de Spaanse regering,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Op 24 januari 2006 heeft de Raad Besluit 2006/116/EG (1) aangenomen, houdende benoeming van de leden en plaatsvervangers van het Comité van de Regio’s voor de periode van 26 januari 2006 tot en met 25 januari 2010.

(2)

In het Comité van de Regio’s zijn twee zetels van plaatsvervangers vrijgekomen door het aftreden van de heren MUÑOA GANUZA en MORALES FEBLES,

BESLUIT:

Artikel 1

In het Comité van de Regio’s worden voor het resterende deel van de ambtstermijn, dat wil zeggen tot en met 25 januari 2010, als plaatsvervangend lid benoemd:

de heer Iñaki AGUIRRE ARIZMENDI, Secretario General de Acción Exterior, Comunidad Autónoma del País Vasco,

en

de heer Julio César FERNÁNDEZ MATO, Secretario General de Relaciones Exteriores, Comunidad Autónoma de Galicia.

Artikel 2

Dit besluit wordt van kracht op de dag van de aanneming ervan.

Gedaan te Brussel, 28 januari 2008.

Voor de Raad

De voorzitter

D. RUPEL


(1)  PB L 56 van 25.2.2006, blz. 75.


Commissie

31.1.2008   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 27/21


BESLUIT Nr. 1/2008 VAN HET BIJ DE OVEREENKOMST TUSSEN DE EUROPESE GEMEENSCHAP EN DE ZWITSERSE BONDSSTAAT INZAKE DE HANDEL IN LANDBOUWPRODUCTEN OPGERICHTE GEMENGD LANDBOUWCOMITÉ

van 15 januari 2008

betreffende de wijzigingen in de aanhangsels van bijlage 4

(2008/86/EG)

HET GEMENGD LANDBOUWCOMITÉ,

Gelet op de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de handel in landbouwproducten, en met name op artikel 11,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Deze overeenkomst is in werking getreden op 1 juni 2002.

(2)

Bijlage 4 heeft tot doel de handel tussen de partijen in planten, plantaardige producten en andere materialen waarvoor fytosanitaire maatregelen gelden, te vergemakkelijken. Voornoemde bijlage 4 moet worden aangevuld met een aantal aanhangsels als beschreven in de Gemeenschappelijke verklaring over de tenuitvoerlegging van bijlage 4 bij de overeenkomst (met uitzondering van aanhangsel 5, dat is goedgekeurd bij de sluiting van de overeenkomst).

(3)

De aanhangsels van bijlage 4 zijn respectievelijk vervangen door Besluit nr. 1/2004 van het Gemengd Landbouwcomité, dat als bijlage is opgenomen bij Besluit 2004/278/EG van de Commissie (1), en Besluit nr. 2/2005 van het Gemengd Landbouwcomité (2).

(4)

Sinds de inwerkingtreding van voornoemde besluiten, zijn de wettelijke bepalingen van de partijen op fytosanitair gebied op een aantal punten die de overeenkomst betreffen, gewijzigd.

(5)

Ingevolge de uitbreiding van de Gemeenschap en de wijzigingen van de bestaande lijst van overheidsinstanties die bevoegd zijn voor het opstellen van het plantenpaspoort, moet deze lijst worden aangevuld.

(6)

Derhalve moeten de aanhangsels 1, 2, 3 en 4 van bijlage 4 worden gewijzigd in verband met deze veranderingen,

BESLUIT:

Artikel 1

De aanhangsels 1 tot en met 4 van bijlage 4 bij de overeenkomst worden vervangen door de bij dit besluit gevoegde teksten.

Artikel 2

Dit besluit treedt in werking op 1 februari 2008.

Gedaan te Brussel, op 15 januari 2008.

Voor het Gemengd Landbouwcomité

De voorzitter en het hoofd van de delegatie van de Gemeenschap

Paul van GELDORP

Het hoofd van de Zwitserse delegatie

Krisztina BENDE

Voor het Secretariaat van het Gemengd Landbouwcomité

Hans-Christian BEAUMOND


(1)  PB L 87 van 25.3.2004, blz. 31.

(2)  PB L 78 van 24.3.2005, blz. 50.


AANHANGSEL 1

PLANTEN, PLANTAARDIGE PRODUCTEN EN ANDERE MATERIALEN

A.   Planten, plantaardige producten en andere materialen van oorsprong uit het grondgebied van de partijen waarvoor de partijen soortgelijke wetgeving hebben die gelijkwaardige resultaten oplevert, en waarvan zij het plantenpaspoort erkennen

1.   PLANTEN EN PLANTAARDIGE PRODUCTEN

1.1.   Planten bestemd voor opplant, met uitzondering van zaden

Beta vulgaris L.

Camellia sp.

Humulus lupulus L.

Prunus L., met uitzondering van Prunus laurocerasus L. en Prunus lusitanica L.

Rhododendron spp., met uitzondering van Rhododendron simsii Planch.

Viburnum spp.

1.2.   Planten, met uitzondering van vruchten en zaden, die levende pollen voor bestuiving bevatten

Amelanchier Med.

Chaenomeles Lindl.

Crataegus L.

Cydonia Mill.

Eriobotrya Lindl.

Malus Mill.

Mespilus L.

Pyracantha Roem.

Pyrus L.

Sorbus L.

1.3.   Planten van stolonen- of knollenvormende soorten, bestemd voor opplant

Solanum L. en hybriden daarvan

1.4.   Planten, met uitzondering van vruchten

Vitis L.

1.5.   Hout dat geheel of gedeeltelijk zijn natuurlijke ronde oppervlak heeft behouden, met of zonder schors, of in de vorm van plakjes, spanen, kleine stukjes, zaagsel, resten en afval

a)

dat geheel of gedeeltelijk is verkregen uit Platanus L., ook wanneer het hout zijn natuurlijke ronde oppervlak niet heeft behouden;

en

b)

dat beantwoordt aan een van de volgende omschrijvingen zoals die voorkomen in bijlage I, deel 2, van Verordening (EEG) nr. 2658/87 van de Raad van 23 juli 1987 met betrekking tot de tarief- en statistieknomenclatuur en het gemeenschappelijk douanetarief (1)

GN-code

Omschrijving

4401 10 00

Brandhout, in de vorm van ronde en andere blokken, rijshout, takkenbossen en dergelijke

4401 22 00

Ander hout dan naaldhout in plakjes, spanen of kleine stukjes

ex 4401 30 90

Resten en afval van hout (met uitzondering van zaagsel), niet geperst tot blokken, briketten, pellets of dergelijke vormen

4403 10 00

Hout, onbewerkt, behandeld met verf, met creosoot of met andere conserveringsmiddelen, ook indien ontschorst, ontdaan van het spint of enkel vierkant behakt of vierkant bezaagd

ex 4403 99

Ander hout dan naaldhout (ander hout dan het in aanvullende aantekening 1 bij hoofdstuk 44 genoemde tropische hout of ander tropisch hout, eik (Quercus spp.) of beuk (Fagus spp.)), onbewerkt, ook indien ontschorst, ontdaan van het spint of enkel vierkant behakt of vierkant bezaagd, ander hout dan behandeld met verf, met creosoot of met andere conserveringsmiddelen

ex 4404 20 00

Gekloofde staken van ander hout dan naaldhout: palen en stokken van hout, aangepunt doch niet overlangs gezaagd

ex 4407 99

Ander hout dan naaldhout (ander hout dan het in aanvullende aantekening 1 op hoofdstuk 44 genoemde tropische hout of ander tropisch hout, eik (Quercus spp.) of beuk (Fagus spp.)), overlangs gezaagd of afgestoken, dan wel gesneden of geschild, ook indien geschaafd, geschuurd of met vingerlasverbinding, met een dikte van meer dan 6 mm

2.   PLANTEN, PLANTAARDIGE PRODUCTEN EN ANDERE MATERIALEN GEPRODUCEERD DOOR PRODUCENTEN DIE HUN PRODUCTIE VERKOPEN AAN PERSONEN DIE ZICH BEROEPSHALVE BEZIGHOUDEN MET DE PRODUCTIE VAN PLANTEN, MET UITZONDERING VAN PLANTEN, PLANTAARDIGE PRODUCTEN EN ANDERE MATERIALEN DIE KLAAR ZIJN VOOR VERKOOP AAN DE EINDGEBRUIKER EN WAARVAN DE PRODUCTIE GEGARANDEERD DUIDELIJK GESCHEIDEN IS VAN DIE VAN ANDERE PRODUCTEN

2.1.   Planten bestemd voor opplant, met uitzondering van zaden

Abies Mill.

Apium graveolens L.

Argyranthemum spp.

Aster spp.

Brassica spp.

Castanea Mill.

Cucumis spp.

Dendranthema (DC) Des Moul.

Dianthus L. en hybriden daarvan

Exacum spp.

Fragaria L.

Gerbera Cass.

Gypsophila L.

Impatiens L.: alle rassen hybriden uit Nieuw-Guinea

Lactuca spp.

Larix Mill.

Leucanthemum L.

Lupinus L.

Pelargonium L’Hérit. ex Ait.

Picea A. Dietr.

Pinus L.

Platanus L.

Populus L.

Prunus laurocerasus L. en Prunus lusitanica L.

Pseudotsuga Carr.

Quercus L.

Rubus L.

Spinacia L.

Tanacetum L.

Tsuga Carr.

Verbena L.

en andere planten van grasachtigen, met uitzondering van planten van de familie Gramineae, bollen, sorben, wortelstokken en knollen

2.2.   Planten bestemd voor opplant, met uitzondering van zaden

Solanaceae, andere dan die bedoeld in punt 1.3.

2.3.   Planten, beworteld of met aanhangend of bijgevoegd groeimedium

Araceae

Marantaceae

Musaceae

Persea spp.

Strelitziaceae

2.4.   Zaden en bollen, bestemd voor opplant

Allium ascalonicum L.

Allium cepa L.

Allium schoenoprasum L.

Helianthus annuus L.

Lycopersicon lycopersicum (L.) Karsten ex Farw.

Medicago sativa L.

Phaseolus L.

2.5.   Planten, bestemd voor opplant

Allium porrum L.

2.6.   Bollen en knollen, bestemd voor opplant

Camassia Lindl.

Chionodoxa Boiss.

Crocus flavus Weston cv. Golden Yellow

Galanthus L.

Galtonia candicans (Baker) Decne

Gladiolus Tourn. ex L.: minicultivars en hybriden daarvan, zoals G. callianthus Marais, G. colvillei Sweet, G. nanus hort., G. ramosus hort. en G. tubergenii hort.

Hyacinthus L.

Iris L.

Ismene Herbert (= Hymenocallis Salisb.)

Muscari Mill.

Narcissus L.

Ornithogalum L.

Puschkinia Adams

Scilla L.

Tigridia Juss.

Tulipa L.

B.   Planten, plantaardige producten en andere materialen van oorsprong uit andere gebieden dan het grondgebied van de partijen waarvoor de fytosanitaire invoervoorschriften van de partijen gelijkwaardige resultaten opleveren en die tussen de partijen mogen worden verhandeld met een plantenpaspoort indien zij in deel a van dit aanhangsel vermeld zijn of die vrij mogen worden verhandeld indien zij daar niet vermeld zijn

1.   ONVERMINDERD DE PLANTEN VERMELD IN DEEL C VAN DIT AANHANGSEL, ALLE PLANTEN BESTEMD VOOR OPPLANT, MET UITZONDERING VAN ZADEN

2.   ZAAIZAAD

2.1.   Zaden van oorsprong uit Argentinië, Australië, Bolivia, Chili, Nieuw-Zeeland en Uruguay

Cruciferae

Gramineae, met uitzondering van Oryza spp.

Trifolium spp.

2.2.   Zaden, ongeacht hun oorsprong, voorzover deze niet het grondgebied van de partijen is

Allium ascalonicum L.

Allium cepa L.

Allium porrum L.

Allium schoenoprasum L.

Capsicum spp.

Helianthus annuus L.

Lycopersicon lycopersicum (L.) Karsten ex Farw.

Medicago sativa L.

Phaseolus L.

Prunus L.

Rubus L.

Zea mays L.

2.3.   Zaden van oorsprong uit Afghanistan, India, Irak, Iran, Mexico, Nepal, Pakistan, de Verenigde Staten of Zuid-Afrika

Triticum

Secale

X Triticosecale

3.   DELEN VAN PLANTEN, MET UITZONDERING VAN VRUCHTEN EN ZADEN

Acer saccharum Marsh., van oorsprong uit de Verenigde Staten en Canada

Apium graveolens L. (bladgroenten)

Aster spp., van oorsprong uit niet-Europese landen (snijbloemen)

Camellia sp.

Naaldbomen (Coniferales)

Dendranthema (DC) Des Moul.

Dianthus L.

Eryngium L., van oorsprong uit niet-Europese landen (snijbloemen)

Gypsophila L.

Hypericum L., van oorsprong uit niet-Europese landen (snijbloemen)

Lisianthus L., van oorsprong uit niet-Europese landen (snijbloemen)

Ocimum L. (bladgroenten)

Orchidaceae (snijbloemen)

Pelargonium L’Hérit. ex Ait.

Populus L.

Prunus L., van oorsprong uit niet-Europese landen

Rhododendron spp., met uitzondering van Rhododendron simsii Planch.

Rosa L., van oorsprong uit niet-Europese landen (snijbloemen)

Quercus L.

Solidago L.

Trachelium L., van oorsprong uit niet-Europese landen (snijbloemen)

Viburnum spp.

4.   FRUIT

Annona L., van oorsprong uit niet-Europese landen

Cydonia L., van oorsprong uit niet-Europese landen

Diospyros L., van oorsprong uit niet-Europese landen

Malus Mill., van oorsprong uit niet-Europese landen

Mangifera L., van oorsprong uit niet-Europese landen

Momordica L.

Passiflora L., van oorsprong uit niet-Europese landen

Prunus L., van oorsprong uit niet-Europese landen

Psidium L., van oorsprong uit niet-Europese landen

Pyrus L., van oorsprong uit niet-Europese landen

Ribes L., van oorsprong uit niet-Europese landen

Solanum melongena L.

Syzygium Gaertn., van oorsprong uit niet-Europese landen

Vaccinium L., van oorsprong uit niet-Europese landen

5.   KNOLLEN, ANDERE DAN BESTEMD VOOR OPPLANT

Solanum tuberosum L.

6.   HOUT DAT GEHEEL OF GEDEELTELIJK ZIJN NATUURLIJKE RONDE OPPERVLAK HEEFT BEHOUDEN, MET OF ZONDER SCHORS, OF IN DE VORM VAN PLAKJES, SPANEN, KLEINE STUKJES, ZAAGSEL, RESTEN EN AFVAL

a)

dat geheel of gedeeltelijk is verkregen uit een van de volgende ordes, geslachten of soorten, met uitzondering van verpakkingsmateriaal van hout, in de vorm van pakkisten, kratten, trommels en soortgelijke verpakkingen, laadborden, laadkisten en andere laadplateaus, opzetranden voor laadborden, die worden gebruikt voor het vervoer van allerhande voorwerpen, met uitzondering van ruwhout met een dikte van ten hoogste 6 mm, en verwerkt hout bij de productie waarvan gebruik is gemaakt van lijm, warmte en druk, of een combinatie daarvan, van oorsprong uit andere grondgebieden dan die van de partijen:

Quercus L., ook wanneer het hout zijn natuurlijke ronde oppervlak niet heeft behouden, van oorsprong uit de Verenigde Staten, met uitzondering van hout dat voldoet aan de omschrijving die is opgenomen in GN-code 4416 00 00, onder b), voor zover kan worden aangetoond dat het hout is verwerkt of vervaardigd met gebruikmaking van een warmtebehandeling waarbij een temperatuur van ten minste 176 °C is gehandhaafd gedurende 20 minuten;

Platanus L., ook wanneer het hout zijn natuurlijke ronde oppervlak niet heeft behouden, van oorsprong uit de Verenigde Staten en Armenië,

Populus L., ook wanneer het hout zijn natuurlijke ronde oppervlak niet heeft behouden, van oorsprong uit landen van het Amerikaanse vasteland,

Acer saccharum Marsh., ook wanneer het hout zijn natuurlijke ronde oppervlak niet heeft behouden, van oorsprong uit de Verenigde Staten en Canada,

Naaldbomen (Coniferales), ook wanneer het hout zijn natuurlijke ronde oppervlak niet heeft behouden, van oorsprong uit niet-Europese landen, Kazachstan, Rusland en Turkije,

en

b)

beantwoordt aan een van de volgende omschrijvingen zoals die voorkomen in bijlage I, deel 2, van Verordening (EEG) nr. 2658/87 van de Raad van 23 juli 1987 met betrekking tot de tarief- en statistieknomenclatuur en het gemeenschappelijk douanetarief

GN-code

Omschrijving

4401 10 00

Brandhout, in de vorm van ronde en andere blokken, rijshout, takkenbossen en dergelijke

4401 21 00

Naaldhout in plakjes, spanen of kleine stukjes

4401 22 00

Ander hout dan naaldhout in plakjes, spanen of kleine stukjes

4401 30 10

Zaagsel

ex 4401 30 90

Andere resten en afval van hout, niet geperst tot blokken, briketten, pellets of dergelijke vormen

4403 10 00

Hout, onbewerkt, behandeld met verf, met creosoot of met andere conserveringsmiddelen, ook indien ontschorst, ontdaan van het spint of enkel vierkant behakt of vierkant bezaagd

4403 20

Naaldhout, onbewerkt, anders dan behandeld met verf, met creosoot of met andere conserveringsmiddelen, ook indien ontschorst, ontdaan van het spint of enkel vierkant behakt of vierkant bezaagd

4403 91

Eikenhout (Quercus spp.), onbewerkt, anders dan behandeld met verf, met creosoot of met andere conserveringsmiddelen, ook indien ontschorst, ontdaan van het spint of enkel vierkant behakt of vierkant bezaagd

ex 4403 99

Ander hout dan naaldhout (ander hout dan het in aanvullende aantekening 1 op hoofdstuk 44 genoemde tropische hout of ander tropisch hout, eik (Quercus spp.) of beuk (Fagus spp.)), onbewerkt, ook indien ontschorst, ontdaan van het spint of enkel vierkant behakt of vierkant bezaagd, ander hout dan behandeld met verf, met creosoot of met andere conserveringsmiddelen

ex 4404

Gekloofde staken: palen en stokken van hout, aangepunt doch niet overlangs gezaagd

4406

Houten dwarsliggers en wisselhouten

4407 10

Naaldhout, overlangs gezaagd of afgestoken, dan wel gesneden of geschild, ook indien geschaafd, geschuurd of met vingerlasverbinding, met een dikte van meer dan 6 mm

4407 91

Eikenhout (Quercus spp.), overlangs gezaagd of afgestoken, dan wel gesneden of geschild, ook indien geschaafd, geschuurd of met vingerlasverbinding, met een dikte van meer dan 6 mm

ex 4407 99

Ander hout dan naaldhout (ander hout dan het in aanvullende aantekening 1 op hoofdstuk 44 genoemde tropische hout of ander tropisch hout, eik (Quercus spp.) of beuk (Fagus spp.)), overlangs gezaagd of afgestoken, dan wel gesneden of geschild, ook indien geschaafd, geschuurd of met vingerlasverbinding, met een dikte van meer dan 6 mm

4415

Pakkisten, kratten, trommels en dergelijke verpakkingsmiddelen van hout; kabelhaspels van hout; laadborden, laadkisten en andere laadplateaus van hout; opzetranden voor laadborden, van hout

4416 00 00

Vaten, kuipen, tobben en ander kuiperswerk, alsmede delen daarvan, van hout, duighout daaronder begrepen

9406 00 20

Geprefabriceerde bouwwerken van hout

c)

Verpakkingsmateriaal van hout, in de vorm van pakkisten, kratten, trommels en soortgelijke verpakkingen, laadborden, laadkisten en andere laadplateaus, opzetranden voor laadborden, die worden gebruikt voor het vervoer van allerhande voorwerpen, met uitzondering van ruwhout met een dikte van ten hoogste 6 mm, en verwerkt hout bij de productie waarvan gebruik is gemaakt van lijm, warmte en druk, of een combinatie daarvan,

hout dat wordt gebruikt om andere ladingen dan hout vast te zetten of te ondersteunen, ook wanneer het hout zijn natuurlijke ronde oppervlak niet heeft behouden, met uitzondering van ruwhout met een dikte van ten hoogste 6 mm, en verwerkt hout bij de productie waarvan gebruik is gemaakt van lijm, warmte en druk, of een combinatie daarvan

7.   GROND EN GROEIMEDIUM

a)

Grond en groeimedium als zodanig, geheel of gedeeltelijk bestaande uit grond of vaste organische stoffen zoals plantedelen, humus met turf of schors, doch niet uitsluitend bestaande uit turf.

b)

Aan planten aanhangende of daarbij gevoegde grond en groeimedium, geheel of gedeeltelijk bestaande uit onder a) genoemd materiaal, of geheel of gedeeltelijk bestaande uit turf of vaste anorganische stof bestemd om de levenskracht van de planten te handhaven, van oorsprong uit:

Turkije

Belarus, Georgië, Moldavië, Rusland of Oekraïne,

niet-Europese landen, met uitzondering van Algerije, Egypte, Israël, Libië, Marokko of Tunesië.

8.   BAST, ZONDER ANDERE DELEN, VAN:

naaldbomen (Coniferales), van oorsprong uit niet-Europese landen

9.   ZADEN VAN OORSPRONG UIT AFGHANISTAN, INDIA, IRAK, IRAN, MEXICO, NEPAL, PAKISTAN, DE VERENIGDE STATEN OF ZUID-AFRIKA, VAN DE SOORTEN

Triticum

Secale

X Triticosecale

C.   Planten, plantaardige producten en andere materialen van oorsprong uit het grondgebied van de partijen waarvoor de partijen geen soortgelijke wetgeving hebben en waarvan zij het plantenpaspoort niet erkennen

1.   PLANTEN EN PLANTAARDIGE PRODUCTEN VAN OORSPRONG UIT ZWITSERLAND DIE ALLEEN MET EEN FYTOSANITAIR CERTIFICAAT IN LIDSTATEN VAN DE GEMEENSCHAP MOGEN WORDEN INGEVOERD

1.1.   Planten bestemd voor opplant, met uitzondering van zaden

Clausena Burm. f.

Murraya Koenig ex L.

Palmae, met uitzondering van Phoenix spp., van oorsprong uit Algerije of Marokko

1.2.   Delen van planten, met uitzondering van vruchten en zaden

Phoenix spp.

1.3.   Zaaizaad

Oryza spp.

1.4.   Fruit

Citrus L. en hybriden daarvan

Fortunella Swingle en hybriden daarvan

Poncirus Raf. en hybriden daarvan

2.   PLANTEN EN PLANTAARDIGE PRODUCTEN VAN OORSPRONG UIT LIDSTATEN VAN DE GEMEENSCHAP DIE ALLEEN MET EEN FYTOSANITAIR CERTIFICAAT IN ZWITSERLAND MOGEN WORDEN INGEVOERD

3.   PLANTEN EN PLANTAARDIGE PRODUCTEN VAN OORSPRONG UIT ZWITSERLAND WAARVAN DE INVOER IN LIDSTATEN VAN DE GEMEENSCHAP VERBODEN IS

3.1.   Planten, met uitzondering van vruchten en zaden

Citrus L. en hybriden daarvan

Fortunella Swingle en hybriden daarvan

Phoenix spp. van oorsprong uit Algerije of Marokko

Poncirus Raf. en hybriden daarvan

4.   PLANTEN EN PLANTAARDIGE PRODUCTEN VAN OORSPRONG UIT LIDSTATEN VAN DE GEMEENSCHAP WAARVAN DE INVOER IN ZWITSERLAND VERBODEN IS

4.1.   Planten

Cotoneaster Ehrh.

Photinia davidiana (Dcne.) Cardot


(1)  PB L 256 van 7.9.1987, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1352/2007 van de Commissie (PB L 303 van 21.11.2007, blz. 3).


AANHANGSEL 2

WETGEVING

Bepalingen van de Europese Gemeenschap:

Richtlijn 69/464/EEG van de Raad van 8 december 1969 betreffende de bestrijding van de wratziekte

Richtlijn 69/465/EEG van de Raad van 8 december 1969 betreffende de bestrijding van het aardappelcystenaaltje

Richtlijn 74/647/EEG van de Raad van 9 december 1974 betreffende de bestrijding van de anjerbladroller

Beschikking 91/261/EEG van de Commissie van 2 mei 1991 waarbij Australië vrij van Erwinia amylovora (Burr.) Winsl. et al. wordt verklaard

Richtlijn 92/70/EEG van de Commissie van 30 juli 1992 tot vaststelling van nadere bepalingen inzake de in het kader van de erkenning van beschermde gebieden in de Gemeenschap te verrichten onderzoeken

Richtlijn 92/90/EEG van de Commissie van 3 november 1992 tot vaststelling van de verplichtingen van producenten en importeurs van planten, plantaardige producten en andere materialen, en van nadere bepalingen inzake registratie

Richtlijn 92/105/EEG van de Commissie van 3 december 1992 tot een zekere mate van standaardisering van plantenpaspoorten voor het verkeer van bepaalde planten, plantaardige producten en andere materialen in de Gemeenschap, en tot vaststelling van nadere regels voor de afgifte van deze paspoorten en van de voorwaarden en nadere regels voor de vervanging ervan, laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 2005/17/EG van de Commissie

Beschikking 93/359/EEG van de Commissie van 28 mei 1993 tot machtiging van de lidstaten afwijkingen van sommige bepalingen van Richtlijn 77/93/EEG van de Raad toe te staan voor hout van Thuja L. van oorsprong uit de Verenigde Staten van Amerika

Beschikking 93/360/EEG van de Commissie van 28 mei 1993 tot machtiging van de lidstaten afwijkingen van sommige bepalingen van Richtlijn 77/93/EEG van de Raad toe te staan voor hout van Thuja L. van oorsprong uit Canada

Beschikking 93/365/EEG van de Commissie van 2 juni 1993 tot machtiging van de lidstaten afwijkingen van sommige bepalingen van Richtlijn 77/93/EEG van de Raad toe te staan voor naaldhout dat een warmtebehandeling heeft ondergaan, van oorsprong uit Canada, en tot vaststelling van nadere bepalingen inzake het merken van dergelijk hout

Beschikking 93/422/EEG van de Commissie van 22 juni 1993 tot machtiging van de lidstaten afwijkingen van sommige bepalingen van Richtlijn 77/93/EEG van de Raad toe te staan voor kunstmatig gedroogd naaldhout, van oorsprong uit Canada, en tot vaststelling van nadere bepalingen inzake het merken van dergelijk hout

Beschikking 93/423/EEG van de Commissie van 22 juni 1993 tot machtiging van de lidstaten afwijkingen van sommige bepalingen van Richtlijn 77/93/EEG van de Raad toe te staan voor kunstmatig gedroogd naaldhout, van oorsprong uit de Verenigde Staten van Amerika, en tot vaststelling van nadere bepalingen inzake het merken van dergelijk hout

Richtlijn 93/50/EEG van de Commissie van 24 juni 1993 tot nadere omschrijving van bepaalde niet in bijlage V, deel A, bij Richtlijn 77/93/EEG van de Raad vermelde planten waarvan de producenten, of de in het productiegebied van die planten gelegen opslagplaatsen of verzendingscentra, in een officieel register moeten worden opgenomen

Richtlijn 93/51/EEG van de Commissie van 24 juni 1993 tot vaststelling van voorschriften voor het verkeer van bepaalde planten, plantaardige producten of andere materialen via een beschermd gebied en voor het verkeer, binnen een beschermd gebied, van dergelijke planten, plantaardige producten of andere materialen van oorsprong uit dat gebied

Richtlijn 93/85/EEG van de Raad van 4 oktober 1993 betreffende de bestrijding van aardappelringrot, laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 2006/56/EG van de Commissie

Richtlijn 94/3/EG van de Commissie van 21 januari 1994 tot vaststelling van een procedure voor melding van de onderschepping van uit derde landen herkomstige en uit fytosanitair oogpunt onmiddellijk gevaar opleverende zendingen of schadelijke organismen

Richtlijn 95/44/EG van de Commissie van 26 juli 1995 tot vaststelling van de voorwaarden waaronder bepaalde in de bijlagen I tot en met V bij Richtlijn 77/93/EEG van de Raad vermelde schadelijke organismen, planten, plantaardige producten en andere materialen voor proefnemingen of wettenschappelijke doeleinden en voor selectiewerkzaamheden in de Gemeenschap of in bepaalde beschermde gebieden daarvan mogen worden binnengebracht of van een andere plaats overgebracht, laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 97/46/EG van de Commissie van 25 juli 1997

Richtlijn 98/22/EG van de Commissie van 15 april 1998 tot vaststelling van de minimumeisen voor de uitvoering in de Gemeenschap van fytosanitaire controles van planten, plantaardige producten of andere materialen uit derde landen, in niet op de plaats van bestemming gevestigde controleposten

Richtlijn 98/57/EEG van de Raad van 20 juli 1998 betreffende de bestrijding van Ralstonia solanacearum (Smith) Yabuuchi et al, laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 2006/63/EG van de Commissie

Beschikking 98/109/EG van de Commissie van 2 februari 1998 tot machtiging van de lidstaten om ten aanzien van Thailand tijdelijk spoedmaatregelen te nemen tegen de verspreiding van Thrips palmi Karny

Richtlijn 2000/29/EG van de Raad van 8 mei 2000 betreffende de beschermende maatregelen tegen het binnenbrengen en de verspreiding in de Gemeenschap van voor planten en voor plantaardige producten schadelijke organismen, laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 2006/35/EG

Beschikking 2002/757/EG van de Commissie van 19 september 2002 houdende voorlopige fytosanitaire noodmaatregelen om het binnenbrengen en de verspreiding in de Gemeenschap van Phytophthora ramorum Werres, De Cock & Man in 't Veld sp. nov. te voorkomen, laatstelijk gewijzigd bij Beschikking 2004/426/EG

Beschikking 2002/499/EG van de Commissie van 26 juni 2002 houdende machtiging om voor op natuurlijke of kunstmatige wijze opgekweekte miniatuurplanten van Chamaecyparis Spach, Juniperus L. en Pinus L., van oorsprong uit de Republiek Korea, afwijking van sommige bepalingen van Richtlijn 2000/29/EG van de Raad toe te staan, laatstelijk gewijzigd bij Beschikking 2005/775/EG

Beschikking 2002/887/EG van de Commissie van 8 november 2002 houdende machtiging om voor op natuurlijke of kunstmatige wijze opgekweekte miniatuurplanten van Chamaecyparis Spach, Juniperus L. en Pinus L., van oorsprong uit Japan, afwijking van sommige bepalingen van Richtlijn 2000/29/EG van de Raad toe te staan, laatstelijk gewijzigd bij Beschikking 2005/915/EG

Beschikking 2003/766/EG van de Commissie van 24 oktober 2003 tot vaststelling van noodmaatregelen om de verspreiding in de Gemeenschap van Diabrotica virgifera Le Conte te voorkomen, laatstelijk gewijzigd bij Beschikking 2006/564/EG

Beschikking 2004/4/EG van de Commissie van 22 december 2003 houdende machtiging van de lidstaten om ten aanzien van Egypte tijdelijk aanvullende maatregelen te nemen tegen de verspreiding van Pseudomonas solanacearum (Smith) Smith wat Egypte betreft, laatstelijk gewijzigd bij Beschikking 2006/749/EG

Beschikking 2004/200/EG van de Commissie van 27 februari 2004 betreffende maatregelen om het binnenbrengen en de verspreiding in de Gemeenschap van het pepinomozaïekvirus te voorkomen

Richtlijn 2004/105/EG van de Commissie van 15 oktober 2004 tot vaststelling van de modellen van officiële fytosanitaire certificaten of fytosanitaire certificaten voor wederuitvoer waarvan in Richtlijn 2000/29/EG van de Raad vermelde planten, plantaardige producten of andere materialen uit derde landen vergezeld moeten gaan

Beschikking 2005/51/EG van de Commissie van 21 januari 2005 tot machtiging van de lidstaten om met het oog op reiniging tijdelijk afwijkingen van sommige bepalingen van Richtlijn 2000/29/EG van de Raad toe te staan voor de invoer van grond verontreinigd door bestrijdingsmiddelen

Beschikking 2005/359/EG van de Commissie van 29 april 2005 houdende afwijking van bepaalde bepalingen van Richtlijn 2000/29/EG van de Raad ten aanzien van stammen van eikenhout (Quercus L.), met bast, van oorsprong uit de Verenigde Staten van Amerika, laatstelijk gewijzigd bij Beschikking 2006/750/EG van de Commissie

Beschikking 2005/649/EG van de Commissie van 13 september 2005 tot wijziging van Beschikking 2003/63/EG tot machtiging van de lidstaten om voor niet voor opplant bestemde aardappelen van oorsprong uit bepaalde provincies van Cuba tijdelijk af te wijken van sommige bepalingen van Richtlijn 2000/29/EG van de Raad

Beschikking 2005/850/EG van de Commissie van 25 november 2005 tot wijziging van Beschikking 2003/61/EG tot machtiging van bepaalde lidstaten om voor pootaardappelen van oorsprong uit bepaalde provincies van Canada tijdelijk af te wijken van sommige bepalingen van Richtlijn 2000/29/EG van de Raad

Beschikking 2006/133/EG van de Commissie van 13 februari 2006 tot tijdelijke verplichting van de lidstaten om ten aanzien van andere gebieden in Portugal dan die waarvan bekend is dat Bursaphelenchus xylophilus (Steiner en Buhrer) Nickle et al. (het dennenaaltje) er niet voorkomt, aanvullende maatregelen te nemen teneinde de verspreiding ervan tegen te gaan

Beschikking 2006/464/EG van de Commissie van 27 juni 2006 tot vaststelling van voorlopige noodmaatregelen om het binnenbrengen en de verspreiding in de Gemeenschap van Dryocosmus kuriphilus Yasumatsu te voorkomen

Beschikking 2006/473/EG van de Commissie van 5 juli 2006 waarbij sommige derde landen en sommige gebieden van derde landen worden erkend als zijnde vrij van Xanthomonas campestris (alle voor Citrus pathogene stammen), Cercospora angolensis Carv. en Mendes en Guignardia citricarpa Kiely (alle voor Citrus pathogene stammen)

Richtlijn 2006/91/EG van de Raad van 7 november 2006 betreffende de bestrijding van de San José-schildluis (gecodificeerde versie)

Beschikking 2006/916/EG van de Commissie van 11 december 2006 tot verlening van een machtiging om voor planten van Vitis L., met uitzondering van vruchten, van oorsprong uit Kroatië of de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië, van sommige bepalingen van Richtlijn 2000/29/EG van de Raad af te wijken

Bepalingen van Zwitserland:

Ordonnance du 28 février 2001 sur la protection des végétaux (RO 2001 1191), laatstelijk gewijzigd op 16 mei 2007 (RO 2007 2369)

Ordonnance du DFE du 15 avril 2002 sur les végétaux interdits (RO 2002 1098)

Ordonnance de l'OFAG du 25 février 2004 sur les mesures phytosanitaires à caractère temporaire (RO 2004 1599)


AANHANGSEL 3

VOOR HET OPSTELLEN VAN DE PLANTENPASPOORTEN BEVOEGDE OVERHEIDSINSTANTIES

Europese Gemeenschap

B

Agence fédérale pour la sécurité de la chaîne alimentaire

Administration du Contrôle

Direction production primaire

Secteur végétal

W.T.C. III, 24e étage

Boulevard Simon Bolivar, 30

B-1000 Bruxelles

Tel. (32-2) 208 50 48

Fax (32-2) 208 51 70

Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen

Bestuur van de Controle

Directie Primaire Productie

Plantaardige sector

W.T.C. III, 24 ste verdieping

Simon Bolivarlaan, 30

B-1000 Brussel

Tel. (32-2) 208 50 48

Fax (32-2) 208 51 70

BG

Regional Service for Plant Protection — Sofia

1330 Krasna poliana quarter,

Nikola Mushanov Blvd № 120

Tel.

(359) 2 822 33 62

(359) 2 828 62 41

Fax (359) 2 822 33 74

Regional Service for Plant Protection — Blagoevgrad

2700 sub quarter „Gramada”

Tel.

(359) 73 831 568

(359) 73 831 569

Fax (359) 73 831 569

Regional Service for Plant Protection — Burgas

8000 „Komlushka nizina” Str.

Тel. (359) 56 842 238

Fax (359) 56 842 238

Regional Service for Plant Protection — Varna

9000 „Sofroni Vrachanski” Str. № 23

Тel. (359) 52 60 10 86

Fax (359) 52 60 10 86

Regional Service for Plant Protection — Veliko Tarnovo

5000 „Мagistralna” Str. № 30

Тel./Fax (359) 62 643 543

Regional Service for Plant Protection — Vidin

3700 „Тargovska” Str. № 12

Тel./Fax (359) 94 600 459

Regional Service for Plant Protection — Vratza

3000 „Kethudov” Str. № 2

Tel. (359) 92 624 037

Fax (359) 92 624 365

Regional Service for Plant Protection — Dobrich

9300 „Kliment Ohridski” Str. № 27

Тel./Fax (359) 58 603 221

Regional Service for Plant Protection — Kustendil

2500 „Demokracia” Str. № 1, flour. 4

Тel./Fax (359) 78 50 375

Regional Service for Plant Protection — Pleven

5800 „Vasil Levsky” Str. № 1, flour 13

Тel./Fax (359) 64 800 164

Regional Service for Plant Protection — Plovdiv

4000 „Brezovsko shose” Str.

Тel./Fax (359) 32 954 133

Regional Service for Plant Protection — Russe

7005 „Ivan Vedar” Str. № 12

Тel./Fax (359) 82 845 486

Regional Service for Plant Protection — Stara Zagora

6000 „Raina Kandeva” Str. № 63

Tel. (359) 42 605 388

Fax (359) 42 605 29

Regional Service for Plant Protection — Haskovo

6300 „Plovdivska” Str. № 6

Тel./Fax (359) 38 624 895

CZ

State Phytosanitary Administration

Tesnov 17

CZ-11705, Praha 1

Tel. (420) 233 022 240

Fax (420) 233 022 226

DK

Ministeriet for Fødevarer, Landbrug og Fiskeri

Plantedirektoratet

Skovbrynet 20

DK-2800 Kgs. Lyngby

Tel. (45) 45 26 36 00

Fax (45) 45 26 36 13

D

BADEN-WÜRTTEMBERG

 

Landwirtschaftliches Technologiezentrum Augustenberg

Außenstelle Stuttgart

Reinsburgstraße 107

70197 Stuttgart

 

Regierungspräsidium Stuttgart

— Pflanzenschutzdienst —

D-Stuttgart

 

Regierungspräsidium Karlsruhe

— Pflanzenschutzdienst —

D-Karlsruhe

 

Regierungspräsidium Freiburg

— Pflanzenschutzdienst —

D-Freiburg

 

Regierungspräsidium Tübingen

— Pflanzenschutzdienst —

D-Tübingen

BAYERN

Bayerische Landesanstalt für Landwirtschaft

Institut für Pflanzenschutz

D-Freising

BERLIN

Pflanzenschutzamt Berlin

Amtliche Pflanzengesundheitskontrolle

D-Berlin

BRANDENBURG

Landesamt für Verbraucherschutz, Landwirtschaft und Flurneuordnung

Abteilung Pflanzenschutzdienst

D-Frankfurt (Oder)

BREMEN

Lebensmittelüberwachungs-, Tierschutz- und Veterinärdienst des Landes Bremen

Pflanzengesundheitskontrolle

D-Bremen und Bremerhaven

HAMBURG

Universität Hamburg

Pflanzenschutzamt

Amtliche Pflanzenbeschau

D-Hamburg

HESSEN

Regierungspräsidium Gießen

Pflanzenschutzdienst Hessen

D-Wetzlar

MECKLENBURG-VORPOMMERN

Landesamt für Landwirtschaft, Lebensmittelsicherheit und Fischerei Mecklenburg-Vorpommern

Abteilung Pflanzenschutzdienst

D-Rostock

NIEDERSACHSEN

Landwirtschaftskammer Niedersachsen

Pflanzenschutzamt

D-Hannover

NORDRHEIN-WESTFALEN

 

Pflanzenschutzdienst der Landwirtschaftskammer Nordrhein-Westfalen

D-Bonn

 

Landesbetrieb Wald und Holz Nordrhein-Westfalen

D-Münster

RHEINLAND-PFALZ

 

Aufsichts- und Dienstleistungsdirektion Trier

 

Aufsichts- und Dienstleistungsdirektion

D-Koblenz

 

Aufsichts- und Dienstleistungsdirektion

D-Neustadt a.d. Weinstraße

 

Landwirtschaftskammer Rheinland-Pfalz

Rebenanerkennung und Pflanzengesundheit bei Vitis L.

D-Bad-Kreuznach

SAARLAND

Landwirtschaftskammer für das Saarland

Pflanzenschutzdienst

D-Lebach

SACHSEN

Sächsische Landesanstalt für Landwirtschaft

Fachbereich Pflanzliche Erzeugung

D-Dresden

SACHSEN-ANHALT

Landesanstalt für Landwirtschaft, Forsten und Gartenbau,

Dezernat Pflanzenschutz

D-Bernburg

SCHLESWIG-HOLSTEIN

 

Amt für ländliche Räume Kiel

Abteilung Pflanzenschutz

D-Kiel

 

Amt für ländliche Räume Lübeck

Abteilung Pflanzenschutz

D-Lübeck

 

Amt für ländliche Räume Husum

Abteilung Pflanzenschutz

D-Husum

THÜRINGEN

Thüringer Landesanstalt für Landwirtschaft Jena

Referat Pflanzenschutz

D-Erfurt-Kühnhausen

EE

Plant Health Department

Plant Production Inspectorate

Teaduse 2

EE-75501 Saku, Harju m/k

Tel. (372) 6712641

Fax (372) 6712604

EL

Ministry of Agriculture

General Directorate of Plant Produce

Directorate of Plant Produce Protection

Division of Phytosanitary Control

150 Sygrou Avenue

EL-176 71 Athens

Tel. (30) 210 928 72 33/(30) 210 921 05 51

Fax (30) 210 921 20 90

E

Ministerio de Agricultura, Pesca y Alimentación

Dirección General de Agricultura

Subdirección General de Agricultura Integrada y Sanidad Vegetal

C Alfonso XII no 62

E-28014 Madrid

Tel. (34) 91 347 82 43

Fax (34) 91 347 82 48

1.

ANDALUCÍA

Dirección General de la Producción Agraria

c/ Tabladilla, s/n

E-41013 Sevilla

Tel. (34-95) 503 22 79

Fax (34-95) 503 25 00

2.

ARAGÓN

Dirección General de Alimentación

Po María Agustín, 36

E-50004-Zaragoza

Tel. (34-976) 71 46 36

Fax (34-976) 71 46 77

3.

ASTURIAS

Dirección General de Agroalimentación

c/ Coronel Aranda, 2 — Sector Izqdo. —

E-33005 Oviedo — Asturias

Tel. (34-985) 10 56 37

Fax (34-985) 10 55 17

4.

BALEARES

Dirección General de Agricultura

c/ Foners, 10

E-07006 Palma de Mallorca — Baleares

Tel. (34-971) 17 61 05

Fax (34-971) 17 61 56

5.

CANTABRIA

Dirección General de Desarrollo Rural

c/ Gutiérrez Solana, s/n

E-39011 Santander

Tel. (34-942) 20 78 39

Fax (34-942) 20 78 03

6.

CASTILLA Y LEÓN

Dirección General de Producción Agropecuaria

c/ Rigoberto Cortejoso, 14

E-47014 Valladolid

Tel. (34-983) 41 90 02-04

Fax (34-983) 41 92 38

7.

CASTILLA LA MANCHA

Dirección General de Producción Agropecuaria

c/ Pintor Matías Moreno, 4

E-45002 Toledo

Tel. (34-925) 26 67 11

Fax (34-925) 26 68 97

8.

CATALUÑA

Dirección General de Agricultura, Ganadería e Innovación

Gran Via de les Corts Catalanes, 612-614

E-08007 Barcelona

Tel. (34-93) 304 67 00

Fax (34-93) 304 67 60

9.

EXTREMADURA

Dirección General de Explotaciones Agrarias

Avda. de Portugal, s/n

E-06800 Mérida (Badajoz)

Tel. (34-924) 00 23 47

Fax (34-924) 00 21 23

10.

GALICIA

Dirección General de Producción, Industrias y Calidad Agroalimentaria

Edificio Administrativo — Plaza San Cayetano, s/n

E-15781 Santiago de Compostela — A Coruña

Tel. (34-981) 54 47 77

Fax (34-981) 54 57 35

11.

LA RIOJA

Dirección General del Instituto de Calidad de la Rioja

Avda. de la Paz, 8-10

E-26071 Logroño — La Rioja

Tel. (34-941) 29 16 00

Fax (34-941) 29 16 02

12.

MADRID

Dirección General de Agricultura y Desarrollo Rural

Ronda de Atocha, 17

E-28012 Madrid

Tel. (34-91) 580 19 29

Fax (34-91) 580 19 53

13.

MURCIA

Dirección General de Modernización de Explotaciones y Capacitación Agraria

Plaza Juan XXIII, s/n

E-30071 Murcia

Tel. (34-968) 36 27 18-19

Fax (34-968) 36 27 25

14.

NAVARRA

Dirección General de Agricultura y Ganadería

c/ Tudela, 20

E-31003 Pamplona — Navarra

Tel. (34-848) 42 66 32

Fax (34-848) 42 67 10

15.

PAÍS VASCO

Dirección de Agricultura y Ganadería

c/ Donostia — San Sebastián, 1

E-01010 Vitoria — Gasteiz — Álava

Tel. (34-945) 01 96 36

Fax (34-945) 01 99 89

16.

VALENCIA

Dirección General de Investigación, Desarrollo e Innovación Agropecuaria

c/ Amadeo de Saboya, 2

E-46010 Valencia

Tel. (34-96) 342 48 36

Fax (34-96) 342 48 43

F

Ministère de l’Agriculture et de la Pêche

Direction Générale de l’Alimentation

Sous-direction de la Qualité et de la Protection des végétaux

251, Rue de Vaugirard

F-75732 Paris Cedex 15

Tel. (33-1) 49558153

Fax (33-1) 49555949

IRL

Department of Agriculture and Food

Horticulture and Plant Health Division

Maynooth Business Campus

IRL-Maynooth Co. Kildare

Tel. (353-1) 5053354

Fax (353-1) 5053564

I

Ministero delle Politiche Agricole e Forestali (MiPAF)

Servizio Fitosanitario

Via XX Settembre 20

I-00187 Roma

Tel. (39-06) 46656098

Fax (39-06) 4814628

CY

Ministry of Agriculture

Natural Resources and Environment

Department of Agriculture

Loukis Akritas Ave.

CY-1412 Lefkosia

Tel. (357) 22 4085 19/(357) 22 4086 39

Fax (357) 22 7814 25/(357) 22 4086 45

LV

State Plant Protection Service

Plant Quarantine Department

Lielvardes 36/38

LV-1006 Riga

Tel. (371) 6 755 0925/(371) 6 755 0928

Fax (371) 6 755 0927

LT

State Plant Protection Service

Plant Quarantine Department

Kalvariju str. 62

LT-09304 Vilnius

Tel. (370-5) 275 27 50/(370-5) 275 40 50

Fax (370-5) 275 21 28

L

Ministère de l’Agriculture

A.S.T.A./Service de la Protection des Végétaux

16, route d’Esch — BP 1904

L-1019 Luxembourg

Tel. (352) 457172 218

Fax (352) 457172 340

HU

Central Agricultural Office

Directorate of Plant Protection,

Soil Conservation and Agri-environment

H-1118 Budapest, Budaőrsi út 141-145.

Tel. (36-1) 309-1037

Fax (36-1) 246-2942

Directorate of Plant Production and Horticulture

H-1024 Budapest, Keleti Károly u. 24.

Tel. (36-1) 336-9115

Fax (36-1) 336-9094

MT

Ministry for Rural Affairs & The Environment,

Rural Affairs and Paying Agency Division

Plant Health Department,

Surveillance and Inspectorate Unit,

Plant Biotechnology Centre

Annibale Preca Street,

Lija LJA 1915

Malta.

Tel. (356 23) 39 72 23/23 39 72 22

Fax (356 21) 41 16 93

NL

Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit

Plantenziektenkundige Dienst

Geertjesweg 15 — Postbus 9102

NL-6700 HC Wageningen

Tel. (31-317) 496911

Fax (31-317) 421701

AT

BURGENLAND

Burgenländische Landwirtschaftskammer

Amtlicher Pflanzenschutzdienst

Esterhazystraße 15

A-7001 Eisenstadt

Tel. (43) 2682 702/651

Fax (43 2682 702/691

KÄRNTEN

Amt der Kärntner Landesregierung

Abteilung 11

Amtlicher Pflanzenschutzdienst

Mießtaler Straße 1

A-9021 Klagenfurt

Tel. (43) 50 536/31111

Fax (43 50 536/31100

NIEDERÖSTERREICH

Niederösterreichische Landes-Landwirtschaftskammer

Amtlicher Pflanzenschutzdienst

Wiener Straße 64

A-3100 St. Pölten

Tel. (43) 2742 259/2600

Fax (43 2742 259/2209

OBERÖSTERREICH

Landwirtschaftskammer für Oberösterreich

Amtlicher Pflanzenschutzdienst

Auf der Gugl 3

A-4021 Linz

Tel. (43) 50 6902/1412

Fax (43 50 6902/1427

SALZBURG

Kammer für Land- und Forstwirtschaft in Salzburg

Amtlicher Pflanzenschutzdienst

Schwarzstraße 19

A-5024 Salzburg

Tel. (43) 662 870571/241

Fax (43 662 870571/295

STEIERMARK

Amt der Steiermärkischen Landesregierung

Landwirtschaftliches Versuchszentrum Steiermark

Fachabteilung 10 B

Amtlicher Pflanzenschutzdienst

Ragnitzstraße 193

A-8047 Graz

Tel. (43) 316 877/6630

Fax (43) 316 877/6643

TIROL

Amt der Tiroler Landesregierung

Abteilung III c

Amtlicher Pflanzenschutzdienst

Meinhardstraße 8

A-6010 Innsbruck

Tel. (43) 512 508/2549

Fax (43) 512 508/2545

VORARLBERG

Landwirtschaftskammer für Vorarlberg

Amtlicher Pflanzenschutzdienst

Montfortstraße 9

A-6900 Bregenz

Tel. (43) 5574 400/230

Fax (43) 5574 400/602

WIEN

Magistrat der Stadt Wien

Magistratsabteilung 42

Amtlicher Pflanzenschutzdienst

Johannesgasse 35

A-1030 Wien

Tel. (43) 1 911 25 55 12

Fax (43) 1 911 25 55 42

PL

The State Plant Health and Seed Inspection Service

(Państwowa Inspekcja Ochrony Roślin i Nasiennictwa)

30, Wspólna Street

PL-00-930 Warsaw

Tel. (48) 22 623 24 04

Fax (48) 22 623 23 04

P

Direcção Geral de Agricultura e Desenvolvimento Rural (DGADR)

Direcção de Serviços de Fitossanidade e Materiais de Multiplicação de Plantas

Edificio 1 — Tapada da Ajuda

P-1349-018 Lisboa

Tel. (351) 21 361 32 74

Fax (351) 21 361 32 77

RO

Centrale autoriteit:

MADR — Ministry of Agriculture and Rural Development

National Phytosanitary Agency

Elena Leaota

Tel. (40 21) 3072386/686

Fax (40 21) 3072485

Grensinspectieposten

ALBIȚA

Tel. (40) 235 482731

Fax (40) 235 482731

IAȘI

Tel. (40) 232 234336

Fax (40) 232 234336

DORNEȘTI-SIRET

Tel. (40) 230 280434

Fax (40) 230 280434

BUCUREȘTI

Tel. (40) 21 2041557

Fax (40) 21 2041557

HALMEU

Tel. (40) 261 773024

Fax (40) 261 773024

TIMIȘOARA

(40) 256 204987

(40) 256 204987

GALATI

(40) 236 470630

(40) 236 470630

CONSTANȚA

(40) 241 601943

(40) 241 601943

Regionale fytosanitaire eenheden

ALBA

(40) 258 831543

(40) 258 812166

ARAD

(40) 257 270108

(40) 257 276105

ARGEȘ

(40) 248 401922

(40) 248 223899

BACĂU

(40) 234 513019

(40) 234 211001

BIHOR

(40) 259 243405

(40) 259 415710

BISTRIȚA NĂSĂUD

(40) 263 231673

(40) 263 231281

BOTOȘANI

(40) 231 511278

(40) 231 517475

BRAȘOV

(40) 268 441728

(40) 268 441728

BRĂILA

(40) 239 611140

(40) 239 611140

BUZĂU

(40) 238 710073

(40) 238 710074

CARAȘ SEVERIN

(40) 255 517222

(40) 255 514795

CĂLĂRAȘI

(40) 242 319065

(40) 242 319065

CLUJ

(40) 264 443473

(40) 264 443434

COVASNA

(40) 267 351703

(40) 267 306041

CONSTANȚA

(40) 241 559353

(40) 241 692983

DÂMBOVIȚA

(40) 245 221026

(40) 245 221026

DOLJ

(40) 251 426911

(40) 251 427579

GALAȚI

(40) 236 479411

(40) 236 479405

GIURGIU

(40) 246 216819

(40) 246 214310

GORJ

(40) 253 226036

(40) 253 226106

HARGHITA

(40) 266 371435

(40) 266 371435

HUNEDOARA

(40) 254 215241

(40) 254 216147

IALOMIȚA

(40) 243 206236

(40) 243 206237

IAȘI

(40) 232 278009

(40) 232 278062

ILFOV

(40) 21 4913174

(40) 21 4913248

MARAMUREȘ

(40) 262 223420

(40) 262 223419

MEHEDINȚI

(40) 252 316752

(40) 252 316752

MUREȘ

(40) 265 252616

(40) 265 253298

NEAMȚ

(40) 233 227889

(40) 233 221397

OLT

(40) 249 416078

(40) 249 415360

PRAHOVA

(40) 244 591332

(40) 244 513464

SATU MARE

(40) 261 715005

(40) 261 711049

SĂLAJ

(40) 260 614413

(40) 260 620491

SIBIU

(40) 269 223719

(40) 269 223309

SUCEAVA

(40) 230 531677

(40) 230 524419

TELEORMAN

(40) 247 312281

(40) 247 326684

TIMIȘOARA

(40) 256 217029

(40) 256 217029

TULCEA

(40) 240 524980

(40) 240 524691

VASLUI

(40) 235 311242

(40) 235 311505

VÂLCEA

(40) 250 741322

(40) 250 748421

VRANCEA

(40) 237 222596

(40) 237 239074

BUCUREȘTI

(40) 21 4131912

(40) 21 4135340

SI

 

Centrale autoriteit:

MAFF — Phytosanitary Administration of the Republic of Slovenia

Plant Health Division

Einspielerjeva 6

SI-1000 Ljubljana

Tel. (386) 1 3094 379

Fax (386) 1 3094 335

 

Gecertificeerd plantgoed:

Agricultural institute of Slovenia

Hacquetova 17

SI-1000 Ljubljana

Tel. (386) 1 280 5262

Fax (386) 1 280 5255

 

Hopplanten:

Institute of hop research of Slovenia

Zalskega tabora 2

SI-3310 Žalec

Tel. (386) 3 712 1600

Fax (386) 3 712 1620

 

Ingevoerde planten en plantaardige producten:

MAFF — Inspectorate of Agriculture, Forestry and Food

Phytosanitary Inspection

Parmova 33

SI-1000 Ljubljana

Tel. (386) 1 434 5700

Fax (386) 1 434 5717

SK

Department of Plant Protection

Central Control and Testing Institute of Agriculture

Hanulova 9/A

SK-84429 Bratislava 42

Tel. (421) 2 6920 4476

Fax (421) 2 6446 2084

FIN

Finnish Food Safety Authority (Evira)

Plant Protection Unit

Mustialankatu 3

FI-00790 Helsinki, Finland

Te1. (358 20) 77 2003

Fax (358 20) 77 25034

SE

Swedish Board of Agriculture

Plant Protection Service

S-551 82 Jönköping

Tel. (46) 36 155000

Fax (46) 36 122522

UK

Department for Environment, Food and Rural Affairs

Plant Health Division

Foss House, King’s Pool

1-2 Peasholme Green

UK-York YO I 7PX

Te1. (44-1904) 455161

Fax (44-1904) 455163

Scottish Executive (SE)

Pentland House

47 Robb's Loan

Edinburgh

EH14 1TY

United Kingdom

National Assembly for Wales

Animal and Plant Health Division

Welsh Assembly Government

Crown Buildings

Cathays Park

UK-Cardiff CF10 3NQ

Department of Agriculture and Rural Developments (DARD)

Dundonald House

Upper Newtonards Road

UK-Belfast BT4 3SB

Department of Agriculture and Fisheries

P.O. Box 327

Howard Davis Farm

Trinity

UK-Jersey JE4 8UF

Chief Executive Officer

Committee for Horticulture

Raymond Falla House, PO Box 459

Longue Rue (Burnt Lane)

St. Martin’s

UK-Guernsey GY1 6AF

Ministry of Agriculture

Knockaloe Peel

UK-Isle of Man IM5 3AJ

Forestry Commission

231 Corstorphine Road

UK-Edinburgh EH12 7AT

ZWITZERLAND

Office fédéral de l’agriculture

Service phytosanitaire fédéral

CH-3003 Berne

Tel. (41) 31 3222550

Fax (44) 31 3222634


AANHANGSEL 4

IN ARTIKEL 4 BEDOELDE GEBIEDEN EN DAAROP BETREKKING HEBBENDE BIJZONDERE VOORSCHRIFTEN

De in artikel 4 bedoelde gebieden en de daarop betrekking hebbende bijzondere voorschriften zijn vastgesteld bij de onderstaande wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen van de partijen.

Bepalingen van de Europese Gemeenschap:

Richtlijn 2001/32/EG van de Commissie van 8 mei 2001 tot erkenning van beschermde gebieden in de Gemeenschap waar bijzondere plantenziekterisico's bestaan, en tot intrekking van Richtlijn 92/76/EEG, laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 2006/36/EG

Richtlijn 2000/29/EG van de Raad van 8 mei 2000 betreffende de beschermende maatregelen tegen het binnenbrengen en de verspreiding in de Gemeenschap van voor planten en voor plantaardige producten schadelijke organismen, laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 2006/35/EG

Bepalingen van Zwitserland:

Beschikking van 28 februari 2001 betreffende de bescherming van planten, bijlage 4, deel B (RO 2001 1191), laatstelijk gewijzigd op 16 mei 2007 (RO 2007 2369)