ISSN 1977-0995

doi:10.3000/19770995.C_2012.374.nld

Publicatieblad

van de Europese Unie

C 374

European flag  

Uitgave in de Nederlandse taal

Mededelingen en bekendmakingen

55e jaargang
4 december 2012


Nummer

Inhoud

Bladzijde

 

II   Mededelingen

 

MEDEDELINGEN VAN DE INSTELLINGEN, ORGANEN EN INSTANTIES VAN DE EUROPESE UNIE

 

Europese Commissie

2012/C 374/01

Besluit om geen bezwaar aan te tekenen tegen een aangemelde concentratie (Zaak COMP/M.6767 — Bain Capital Investors/Atento) ( 1 )

1

 

III   Voorbereidende handelingen

 

EUROPESE CENTRALE BANK

 

Europese Centrale Bank

2012/C 374/02

Advies van de Europese Centrale Bank van 6 november 2012 inzake een voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van Verordening (EG) nr. 223/2009 betreffende de Europese statistiek (CON/2012/84)

2

 

IV   Informatie

 

INFORMATIE AFKOMSTIG VAN DE INSTELLINGEN, ORGANEN EN INSTANTIES VAN DE EUROPESE UNIE

 

Raad

2012/C 374/03

Kennisgeving aan de personen op wie de beperkende maatregelen van Besluit 2011/486/GBVB van de Raad, als uitgevoerd bij Uitvoeringsbesluit 2012/745/GBVB van de Raad, en van Verordening (EU) nr. 753/2011 van de Raad, als uitgevoerd bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1139/2012 van de Raad, betreffende beperkende maatregelen in verband met de situatie in Afghanistan, van toepassing zijn

9

 

Europese Commissie

2012/C 374/04

Door de Europese Centrale Bank toegepaste rentevoet voor de basisherfinancieringstransacties: 0,75 % per 1 december 2012 — Wisselkoersen van de euro

11

2012/C 374/05

Toelichtingen op de gecombineerde nomenclatuur van de Europese Unie

12

 

Rectificaties

2012/C 374/06

Rectificatie van het Jaarverslag van de Rekenkamer over de uitvoering van de begroting over het begrotingsjaar 2011, vergezeld van de antwoorden van de instellingen (PB C 344 van 12.11.2012)

13

 


 

(1)   Voor de EER relevante tekst

NL

 


II Mededelingen

MEDEDELINGEN VAN DE INSTELLINGEN, ORGANEN EN INSTANTIES VAN DE EUROPESE UNIE

Europese Commissie

4.12.2012   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 374/1


Besluit om geen bezwaar aan te tekenen tegen een aangemelde concentratie

(Zaak COMP/M.6767 — Bain Capital Investors/Atento)

(Voor de EER relevante tekst)

2012/C 374/01

Op 28 november 2012 heeft de Commissie besloten zich niet te verzetten tegen bovenvermelde aangemelde concentratie en deze verenigbaar met de gemeenschappelijke markt te verklaren. Deze beschikking is gebaseerd op artikel 6, lid 1, onder b), van Verordening (EG) nr. 139/2004 van de Raad. De volledige tekst van de beschikking is slechts beschikbaar in het Engels en zal openbaar worden gemaakt na verwijdering van eventuele bedrijfsgeheimen. De tekst is beschikbaar:

op de website Concurrentie van de Commissie, afdeling fusies (http://ec.europa.eu/competition/mergers/cases/). Deze website biedt verschillende hulpmiddelen om individuele concentratiebeschikkingen op te zoeken, onder meer op: naam van de onderneming, nummer van de zaak, datum en sector,

in elektronische vorm op de EUR-Lex-website (http://eur-lex.europa.eu/en/index.htm) onder documentnummer 32012M6767. EUR-Lex biedt online-toegang tot de communautaire wetgeving.


III Voorbereidende handelingen

EUROPESE CENTRALE BANK

Europese Centrale Bank

4.12.2012   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 374/2


ADVIES VAN DE EUROPESE CENTRALE BANK

van 6 november 2012

inzake een voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van Verordening (EG) nr. 223/2009 betreffende de Europese statistiek

(CON/2012/84)

2012/C 374/02

Inleiding en rechtsgrondslag

Op 15 mei 2012 ontving de Europese Centrale Bank (ECB) van de Raad van de Europese Unie een verzoek om een advies inzake een voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van Verordening (EG) nr. 223/2009 betreffende de Europese statistiek (1) (hierna „de ontwerpverordening” te noemen).

De adviesbevoegdheid van de ECB is gebaseerd op artikel 127, lid 4, en artikel 282, lid 5 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, omdat de ontwerpverordening tot de gebieden behoort die onder de bevoegdheid van de ECB vallen. Overeenkomstig de eerste volzin van artikel 17.5 van het Reglement van orde van de Europese Centrale Bank heeft de Raad van bestuur dit advies goedgekeurd.

Algemene opmerkingen

Europese statistieken worden ontwikkeld, geproduceerd en verspreid door het Europees statistisch systeem (ESS) en het Europees Stelsel van Centrale Banken (ESCB) die optreden uit hoofde van twee onderscheiden maar complementaire juridische kaders in nauwe samenwerking bij de uitvoering van hun statistische taken (2). Derhalve verwelkomt de ECB het verbeterde juridische ESS-kader waardoor de effectiviteit ervan versterkt wordt en, met name, het een met het ESCB vergelijkbaar onafhankelijkheidsniveau kan verwezenlijken. Meer bepaald, ondersteunt de ECB de doelstelling de governance van het ESS te versterken door: a) de rol van nationale statistische instellingen (NSI’s) inzake de coördinatie van statistische activiteiten van andere nationale instanties aangaande Europese statistieken onder de uitsluitende verantwoordelijkheid van het ESS te versterken (3); b) de professionele onafhankelijkheid van de NSI-hoofden en het hoofd van Eurostat te versterken (4); c) de implementatie van de praktijkcode Europese statistieken te versterken middels een verplichting voor de lidstaten specifieke beleidsmaatregelen uit te voeren, zulks op basis van de „vertrouwensverbintenis voor de statistiek”, waarbij de vooruitgang door de Commissie dient te worden gemonitord (5); en d) toegang tot en gebruik van administratieve gegevens door NSI’s te versterken (6).

1.   Versterkte coördinerende rol van de NSI’s binnen het ESS en samenwerking met het ESCB

1.1.

Luidens de ontwerpverordening „fungeren de NSI’s … als enig aanspreekpunt voor de Commissie (Eurostat) voor statistische aangelegenheden” (7) en „is met name op nationaal niveau verantwoordelijk voor de coördinatie van de statistische programmering en verslaggeving, de kwaliteitscontrole, de methoden, de datatransmissie en de communicatie over statistische acties van het ESS” (8). De ECB verwelkomt de voorgestelde versterkte verantwoordelijkheden van de NSI’s op nationaal niveau aangezien zulks volledige en coherente productie van de Europese statistieken zal ondersteunen. Tegelijkertijd begrijpt de ECB dat die versterkte coördinerende bevoegdheden gewag zullen maken van „door het ESS ontwikkelde, geproduceerde en verspreide statistieken” (9). De ECB herinnert eraan dat de nationale centrale banken (NCB’s) die deel uitmaken van het ESCB: a) statistieken produceren uit hoofde van artikel 3 en 5 van de statuten van het Europees Stelsel van Centrale Banken en van de Europese Centrale Bank, zoals nader uitgewerkt in Verordening (EG) nr. 2533/98 van 23 november 1998 met betrekking tot het verzamelen van statistische gegevens door de Europese Centrale Bank (10), en b) niet deelnemen aan de productie van Europese statistieken uit hoofde van Verordening (EG) nr. 223/2009, ook al mogen onder vastgelegde omstandigheden door de NCB’s geproduceerde gegevens door NSI’s, andere nationale instanties en de statistische autoriteit van de Unie voor de productie van Europese statistieken worden gebruikt (11). De raad van bestuur van de ECB coördineert statistische taken van de NCB’s die middels het ESCB worden uitgevoerd. De rol van de eerstgenoemde in deze omvat onder meer het expliciteren van de takenverdeling binnen het ESCB aangaande de verzameling en verificatie van statistische informatie en het afdwingen van de naleving van statistische rapportagevereisten (12). Derhalve verwacht de ECB dat de coördinerende bevoegdheden van NSI’s geen verband houden met middels het ESCB uit hoofde van artikel 3 en 5 van de ESCB-statuten en Verordening (EG) nr. 2533/98 geproduceerde Europese statistieken.

1.2.

Alhoewel ESS- en ESCB-leden hun eigen statistische verantwoordelijkheden waarnemen, werken zij nauw samen, met name op specifieke gebieden waarvoor zij een gezamenlijke verantwoordelijkheid hebben zoals de productie van nationale rekeningen en de betalingsbalansstatistieken (13). Op die gebieden van Europese statistieken waarvoor het ESS en het ESCB een gezamenlijke verantwoordelijkheid hebben, is het essentieel de huidige sterke samenwerkingsovereenkomsten te handhaven en te versterken, zulks zoals ten uitvoer gelegd op Unie-niveau middels het Comité voor monetaire, financiële en betalingsbalansstatistiek (14), alsook de respectieve samenwerkingsovereenkomsten aangaande de verdeling van verantwoordelijkheden in afzonderlijke gevallen.

1.3.

Luidens de ontwerpverordening „hebben de hoofden van NSI’s als enige de beslissingsbevoegdheid ten aanzien van processen, statistische methoden, normen en procedures en over de inhoud en het tijdstip van statistische berichten en publicaties voor alle Europese statistieken” (15). Enerzijds verwelkomt de ECB de voorgestelde versterking van de professionele onafhankelijkheid van NSI-hoofden voor binnen het kader van het ESS op nationaal niveau uitgevoerde activiteiten, anderzijds begrijpt de ECB dat hun versterkte coördinerende rol de uitvoering door de NCB’s van hun statistische taken uit hoofde van de ESCB-statuten en Verordening (EG) nr. 2533/98 onverlet laat, op welke taken de onafhankelijkheidswaarborgen van artikel 130 van het Verdrag en artikel 7 van de ESCB-statuten van toepassing zijn.

1.4.

Derhalve beveelt de ECB aan duidelijkere formuleringen in te voeren om te waarborgen dat de ontwerpverordening de institutionele scheiding tussen het ESS en het ESCB respecteert. Daarnaast dient het te erkennen dat passende samenwerking noodzakelijk is opdat de twee stelsels optimaal hun aan de ontwikkeling, productie en verspreiding van Europese statistieken gerelateerde aanvullende functies vervullen (16).

2.   Versterking van NSI-toegang en gebruik van administratieve gegevens

2.1.

Luidens de ontwerpverordening hebben de NSI's, de andere nationale instanties en de Commissie (Eurostat) „het recht op snelle en kosteloze toegang tot en gebruik van alle administratieve bestanden en op de integratie van die administratieve bestanden in statistieken, voor zover dit noodzakelijk is voor de ontwikkeling, de productie en de verspreiding van Europese statistieken” (17). De ECB merkt op dat de invoering van de concepten van „administratieve bestanden” (voorheen „administratieve gegevensbronnen” (18)) en dat toegang „snel en kosteloos” beschikbaar is enige aanvullende toelichting zou vereisen. Zoals de ECB reeds opmerkte (19), dienen op de toegang tot openbare bestanden regels van toepassing te zijn die de lidstaten en de Commissie op de respectieve gebieden van hun bevoegdheid hebben aangenomen (20).

2.2.

Voorts bepalen de voorgestelde wijzigingen dat „de NSI's en de Commissie (Eurostat) worden geraadpleegd over en betrokken bij het oorspronkelijke ontwerp, de daaropvolgende ontwikkeling en de beëindiging van administratieve bestanden die zijn opgezet en in stand worden gehouden door andere organen” en „zij hebben het recht om normalisatiewerkzaamheden betreffende voor de productie van statistische gegevens relevante administratieve bestanden te coördineren” (21). De ECB verwelkomt de voorgestelde wijzigingen waardoor, indien toegepast overeenkomstig de algemene verdragsbeginselen, waaronder subsidiariteit en proportionaliteit (22), het ESS de administratieve gegevensbronnen beter kan gebruiken om efficiëntiewinst te boeken, de rapportagelast te verminderen en de kwaliteit van door het ESS geproduceerde statistieken te verbeteren. De ECB merkt evenwel op dat de voorgestelde wijzigingen het beginsel van centrale-bank onafhankelijkheid onverlet dienen te laten, welk beginsel teruggaat op artikel 130 van het Verdrag en artikel 7 van de ESCB-statuten en de verplichting van het beroepsgeheim zoals vastgelegd in artikel 37 van de ESCB-statuten. Bijgevolg is verduidelijking vereist aangaande de potentiële toegang voor de NSI’s en de Commissie tot door ESCB-leden onderhouden administratieve bestanden, met name de aan de uitvoering van ESCB-taken gerelateerde administratieve bestanden (23).

Door de ECB aanbevolen wijzigingen van de ontwerpverordening gaan in de bijlage vergezeld van specifieke formuleringsvoorstellen met een uitleg.

Gedaan te Frankfurt am Main, 6 november 2012.

De president van de ECB

Mario DRAGHI


(1)  COM(2012) 167 definitief.

(2)  Zie de overwegingen 7 tot en met 10 en artikel 9 van Verordening (EG) 223/2009, artikel 5 van de statuten van het Europees Stelsel van Centrale Banken en van de Europese Centrale Bank (hierna „de ESCB-statuten”), artikel 2bis en artikel 8bis van Verordening (EG) nr. 2533/98 van 23 november 1998 met betrekking tot het verzamelen van statistische gegevens door de Europese Centrale Bank (PB L 318 van 27.11.1998, blz. 8) en overweging 8 van Verordening (EG) nr. 951/2009 van 9 oktober 2009 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 2533/98 met betrekking tot het verzamelen van statistische gegevens door de Europese Centrale Bank (PB L 269 van 14.10.2009, blz. 1). Cf. paragraaf 1.1 van ECB-Advies CON/2007/35 van 14 november 2007 op verzoek van de Raad van de Europese Unie inzake een voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad betreffende de Europese Statistiek (PB C 291 van 5.12.2007, blz. 1).

(3)  Zie artikel 5 van Verordening (EG) nr. 223/2009, zoals gewijzigd door artikel 1, lid 2 van de ontwerpverordening.

(4)  Zie het door artikel 1, lid 3 van de ontwerpverordening in Verordening (EG) nr. 223/2009 ingevoegde nieuwe artikel 5bis. Cf artikel 3 en 7 van het Besluit van de Commissie van 17 september 2012 betreffende Eurostat (PB L 251 van 18.9.2012, blz. 49).

(5)  Zie het door artikel 1, lid 5 van de ontwerpverordening in artikel 11 van Verordening (EG) nr. 223/2009 ingevoegde lid 3.

(6)  Zie het door artikel 1, lid 8 van de ontwerpverordening in Verordening (EG) nr. 223/2009 ingevoegde nieuwe artikel 17bis.

(7)  Zie artikel 5, lid 1, eerste alinea van Verordening (EG) nr. 223/2009, zoals gewijzigd door artikel 1, lid 2 van de ontwerpverordening.

(8)  Zie artikel 5, lid 1, tweede alinea van Verordening (EG) nr. 223/2009, zoals gewijzigd door artikel 1, lid 2 van de ontwerpverordening.

(9)  Zie overweging 6 van de ontwerpverordening.

(10)  PB L 318 van 27.11.1998, blz. 8. Cf. paragraaf 1.2 van het ECB-Advies CON/2007/35.

(11)  Zie overweging 9 van Verordening (EG) nr. 223/2009. Voor zover dat strookt met de tenuitvoerlegging van hun ESCB-taken, kan nationaal recht in sommige gevallen afzonderlijke NCB’s de verzameling opdragen van statistische gegevens die binnen het bereik van Europese statistische programma’s vallen en normaliter door het ESS uit hoofde van Verordening (EG) nr. 223/2009 worden verzameld.

(12)  Zie overweging 11 van Verordening (EG) nr. 2533/98.

(13)  Zie artikel 6 van Verordening (EG) nr. 2223/96 van de Raad van 25 juni 1996 inzake het Europees systeem van nationale en regionale rekeningen in de Gemeenschap (PB L 310 van 30.11.1996, blz. 1). Zie tevens overweging 9 van Verordening (EG) nr. 184/2005 van het Europees Parlement en de Raad van 12 januari 2005 betreffende de communautaire statistiek inzake de betalingsbalans, de internationale handel in diensten en buitenlandse directe investeringen (PB L 35 van 8.2.2005, blz. 23). Zie tevens Richtsnoer ECB/2004/15 van 16 juli 2004 betreffende de statistische rapportagevereisten van de Europese Centrale Bank met betrekking tot betalingsbalansstatistieken en statistieken betreffende de internationale investeringspositie en het template van de internationale reserves (PB L 354 van 30.11.2004, blz. 34).

(14)  Zie Besluit 91/115/EEG van de Raad tot oprichting van een Comité voor monetaire, financiële en betalingsbalansstatistiek (PB L 59 van 6.3.1991, blz 19).

(15)  Zie het door artikel 1, lid 3 van de ontwerpverordening in Verordening (EG) nr. 223/2009 ingevoegde nieuwe artikel 5bis.

(16)  Zie de wijzigingen 1 en 2 en 4 tot en met 6 in de bijlage bij dit advies.

(17)  Zie het door artikel 1, lid 8 van de ontwerpverordening in Verordening (EG) nr. 223/2009 ingevoegde nieuwe artikel 17bis, lid 1.

(18)  Zie artikel 24 van Verordening (EG) nr. 223/2009, geschrapt door artikel 1, lid 10 van de ontwerpverordening.

(19)  Zie paragraaf 1.4 van ECB-Advies CON/2007/35.

(20)  Thans vereist door lid 2 van artikel 24 van Verordening (EG) nr. 223/2009 van de Raad. Zie wijzigingen 3 en 7 in de bijlage bij dit advies.

(21)  Zie het door artikel 1, lid 8 van de ontwerpverordening in Verordening (EG) nr. 223/2009 ingevoegde nieuwe artikel 17bis, lid 2.

(22)  Zie artikel 5, lid 3 en 4 van het Verdrag betreffende de Europese Unie.

(23)  Zie wijziging 7 in de bijlage bij dit advies.


BIJLAGE

Formuleringsvoorstellen

Door de Commissie voorgestelde tekst

Door de ECB voorgestelde wijzigingen (1)

Wijziging 1

Overweging 9

„(9)

Bovendien moet de werkingssfeer van de reeds aan de NSI's toegewezen coördinerende rol worden verduidelijkt, zodat de statistische activiteiten, waaronder het kwaliteitsbeheer, op nationaal niveau efficiënter kunnen worden gecoördineerd.”

„(9)

Bovendien moet de werkingssfeer van de reeds aan de NSI's toegewezen coördinerende rol voor middels het ESS geproduceerde Europese statistieken worden verduidelijkt, zodat de statistische activiteiten binnen het ESS, waaronder het kwaliteitsbeheer, op nationaal niveau efficiënter kunnen worden gecoördineerd.”

Uitleg

Zie wijziging 2.

Wijziging 2

Nieuwe overweging 9a

[Geen tekst]

„(9a)

Overeenkomstig artikel 9 van Verordening (EG) nr. 223/2009 en artikel 2 bis van Verordening (EG) nr. 2533/98 van 23 november 1998 met betrekking tot het verzamelen van statistische gegevens door de Europese Centrale Bank (2), werken het ESS en het Europees Stelsel van centrale banken (ESCB) nauw samen om volledige en coherente door de twee statistische stelsels op het gebied van hun bevoegdheid overeenkomstig hun respectieve werkprogramma’s geproduceerde statistieken te waarborgen. Specifieke samenwerkingsgebieden omvatten nationale rekeningen en betalingsbalansstatistieken, alsook het verstrekken van advies aan de Commissie inzake de procedure voor buitensporige tekorten verband houdende statistieken.

Uitleg

Overeenkomstig de Verordeningen (EG) nr. 223/2009 en (EG) nr. 2533/98 worden Europese statistieken door het ESS en het ESCB uit hoofde van twee afzonderlijke maar aanvullende juridische kaders ontwikkeld, geproduceerd en verspreid. Zoals vermeld in overweging 9 van Verordening (EG) nr. 223/2009, nemen ESCB-leden niet deel aan de productie van Europese statistieken uit hoofde van Verordening (EG) nr. 223/2009. Desalniettemin werken het ESS en het ESCB nauw samen en waarborgen aldus dat zij ieder op hun beurt hun eigen statistische functies kunnen vervullen. Meer bepaald, kan een NCB met de statistische autoriteit van de Unie binnen hun respectieve bevoegdheden en zonder afbreuk te doen aan nationale regelingen overeenkomen dat NSI’s, andere nationale instanties en de statistische autoriteit van de Unie voor de productie van Europese statistieken direct of indirect de door de NCB geproduceerde gegevens kan gebruiken. De voorgestelde wijzigingen weerspiegelen deze vigerende regelingen.

Wijziging 3

Overwegingen 10 en 11

„(10)

Om de lasten voor statistische instanties en de respondenten te verminderen, moeten de NSI's en andere nationale instanties snel en kosteloos toegang hebben tot en gebruik kunnen maken van administratieve bestanden, ook die welke langs elektronische weg worden opgeslagen, en deze bestanden kunnen integreren in statistieken.

(11)

De NSI's moeten verder in een vroeg stadium worden geraadpleegd over het ontwerp van nieuwe administratieve bestanden waaruit gegevens kunnen worden geput voor statistische doeleinden en over geplande wijzigingen in of de beëindiging van bestaande administratieve bronnen. Zij moeten van de eigenaren van administratieve gegevens ook relevante metagegevens ontvangen en normalisatiewerkzaamheden coördineren betreffende administratieve bestanden die relevant zijn voor de productie van statistische gegevens.”

„(10)

Om de lasten voor statistische instanties en de respondenten te verminderen, moeten de NSI's en andere nationale instanties snel en kosteloos toegang hebben tot en gebruik kunnen maken van administratieve bestanden, ook die welke langs elektronische weg worden opgeslagen, en deze bestanden kunnen integreren in statistieken.

(11)

De NSI's moeten verder in een vroeg stadium worden geraadpleegd over het ontwerp van nieuwe administratieve bestanden waaruit gegevens kunnen worden geput voor statistische doeleinden en over geplande wijzigingen in of de beëindiging van bestaande administratieve bronnen. Zij moeten van de eigenaren van administratieve gegevens ook relevante metagegevens ontvangen en normalisatiewerkzaamheden coördineren betreffende administratieve bestanden die relevant zijn voor de productie van statistische gegevens. De uitoefening door de NSI’s en andere nationale instanties van bevoegdheden die verband houden met toegang, gebruik, standaardisatie, oorspronkelijk ontwerp, navolgende ontwikkeling en beëindiging van administratieve ESCB-bestanden dient de uitvoering van ESCB-taken onverlet te laten, zoals vastgelegd in artikel 127 van het Verdrag, alsook de waarborgen van centrale-bank onafhankelijkheid uit hoofde van artikel 130 en artikel 282, lid 3 van het Verdrag en artikel 7 van de statuten van het Europees Stelsel van centrale banken en van de Europese Centrale Bank.

Uitleg

Zie wijziging 7.

Wijziging 4

Artikel 1, lid 2

„(2)   Artikel 5, lid 1, wordt als volgt vervangen:

„1.   Elke lidstaat wijst een nationale instantie voor de statistiek aan als het orgaan dat verantwoordelijk is voor de coördinatie van alle activiteiten op nationaal niveau in verband met de ontwikkeling, productie en verspreiding van Europese statistieken (de NSI) en dat in dat verband als enig aanspreekpunt voor de Commissie (Eurostat) fungeert voor statistische aangelegenheden.

De coördinerende taak van de NSI heeft betrekking op alle andere nationale instanties die verantwoordelijk zijn voor de ontwikkeling, de productie en de verspreiding van Europese statistieken. De NSI is met name op nationaal niveau verantwoordelijk voor de coördinatie van de statistische programmering en verslaggeving, de kwaliteitscontrole, de methoden, de datatransmissie en de communicatie over statistische acties van het ESS.” ”

„(2)   Artikel 5, lid 1, wordt als volgt vervangen:

„1.   Elke lidstaat wijst een nationale instantie voor de statistiek aan als het orgaan dat verantwoordelijk is voor de coördinatie van alle activiteiten op nationaal niveau in verband met de ontwikkeling, productie en verspreiding van Europese statistieken op nationaal niveau uit hoofde van deze verordening (de NSI) en dat in dat verband als enig aanspreekpunt voor de Commissie (Eurostat) fungeert voor statistische aangelegenheden.

De coördinerende taak van de NSI heeft betrekking op alle andere nationale instanties die verantwoordelijk zijn voor de ontwikkeling, de productie en de verspreiding van uit hoofde van deze verordening geproduceerde Europese statistieken. De NSI is met name op nationaal niveau verantwoordelijk voor de coördinatie van de statistische programmering en verslaggeving, de kwaliteitscontrole, de methoden, de datatransmissie en de communicatie over statistische acties van het ESS en werkt samen met de respectieve nationale central bank (NCB) om de productie van volledige en coherente statistieken middels het ESS en het ESCB op de respectieve gebieden van hun bevoegdheid te waarborgen.” ”

Uitleg

Zie wijziging 2.

Wijziging 5

Artikel 1, lid 3

„(3)   Het volgende artikel 5 bis wordt ingevoegd:

Artikel 5 bis

Hoofden van NSI's

1.   Binnen hun nationaal statistisch systeem hebben de hoofden van NSI's als enige de beslissingsbevoegdheid ten aanzien van processen, statistische methoden, normen en procedures en over de inhoud en het tijdstip van statistische berichten en publicaties voor alle Europese statistieken. Zij beslissen over alle kwesties met betrekking tot het interne beheer van de NSI. Zij coördineren de statistische activiteiten van alle nationale instanties die bijdragen tot de ontwikkeling, productie en verspreiding van Europese statistieken. Bij de uitvoering van deze taken handelen de hoofden van NSI's onafhankelijk; zij vragen noch aanvaarden instructies van overheids- of niet-overheidsinstellingen, -organen of -instanties; zij onthouden zich van elke handeling die onverenigbaar is met de uitvoering van deze taken.” ”

„(3)   Het volgende artikel 5 bis wordt ingevoegd:

Artikel 5 bis

Hoofden van NSI's

1.   Binnen hun nationaal statistisch systeem hebben de hoofden van NSI's als enige de beslissingsbevoegdheid ten aanzien van processen, statistische methoden, normen en procedures en over de inhoud en het tijdstip van statistische berichten en publicaties voor alle uit hoofde van deze verordening geproduceerde Europese statistieken. Zij beslissen over alle kwesties met betrekking tot het interne beheer van de NSI. Zij coördineren de statistische activiteiten van alle nationale instanties die bijdragen tot de ontwikkeling, productie en verspreiding van middels het ESS geproduceerde Europese statistieken. Voorts werken zij samen met de respectieve NCB’s inzake aangelegenheden die verband houden met de productie van voor het ESS en het ESCB gemeenschappelijke Europese statistieken. Bij de uitvoering van deze taken handelen de hoofden van NSI's onafhankelijk; zij vragen noch aanvaarden instructies van overheids- of niet-overheidsinstellingen, -organen of -instanties; zij onthouden zich van elke handeling die onverenigbaar is met de uitvoering van deze taken.” ”

Uitleg

Zie wijziging 2.

Wijziging 6

Artikel 1, lid 5

„(5)   In artikel 11 wordt het volgende lid 3 toegevoegd:

„3.   De lidstaten nemen de nodige maatregelen om de Praktijkcode toe te passen met het oog op het behoud van het vertrouwen in hun statistieken. Daartoe ondertekent elke lidstaat, vertegenwoordigd door zijn regering, een „vertrouwensverbintenis voor de statistiek”, waarbij specifieke beleidsverbintenissen worden aangegaan om de Praktijkcode toe te passen en een nationaal kwaliteitsborgingsprogramma met zelfevaluaties en verbeteringsmaatregelen op te stellen, en komt hij die verbintenis na. De verbintenis wordt medeondertekend door de Commissie.

Deze verbintenissen worden door de Commissie regelmatig gecontroleerd op basis van jaarlijkse verslagen van de lidstaten. De Commissie legt binnen drie jaar na de inwerkingtreding van deze verordening aan het Europees Parlement en de Raad een verslag voor over de nakoming van deze verbintenissen.” ”

„(5)   In artikel 11 wordt het volgende lid 3 toegevoegd:

„3.   De lidstaten nemen de nodige maatregelen om de Praktijkcode toe te passen met het oog op het behoud van het vertrouwen in hun bijdrage aan de door het ESS geproduceerde Europese statistieken. Daartoe ondertekent elke lidstaat, vertegenwoordigd door zijn regering, een „vertrouwensverbintenis voor de statistiek”, waarbij specifieke beleidsverbintenissen worden aangegaan om de Praktijkcode toe te passen en een nationaal kwaliteitsborgingsprogramma met zelfevaluaties en verbeteringsmaatregelen op te stellen, en komt hij die verbintenis na. De verbintenis wordt medeondertekend door de Commissie.

Deze verbintenissen worden door de Commissie regelmatig gecontroleerd op basis van jaarlijkse verslagen van de lidstaten. De Commissie legt binnen drie jaar na de inwerkingtreding van deze verordening aan het Europees Parlement en de Raad een verslag voor over de nakoming van deze verbintenissen.” ”

Uitleg

Zie wijziging 2.

Wijziging 7

Artikel 1, lid 8

„(8)   Het volgende artikel 17 bis wordt ingevoegd:

Artikel 17 bis

Toegang, gebruik en integratie van administratieve bestanden

1.   Om de enquêtedruk te verminderen, hebben de NSI's, de andere nationale instanties bedoeld in artikel 4 en de Commissie (Eurostat) het recht op snelle en kosteloze toegang tot en gebruik van alle administratieve bestanden en op de integratie van die administratieve bestanden in statistieken, voor zover dit noodzakelijk is voor de ontwikkeling, de productie en de verspreiding van Europese statistieken.

2.   De NSI's en de Commissie (Eurostat) worden geraadpleegd over en betrokken bij het oorspronkelijke ontwerp, de daaropvolgende ontwikkeling en de beëindiging van administratieve bestanden die zijn opgezet en in stand worden gehouden door andere organen, waardoor het latere gebruik van deze gegevens voor statistische doeleinden wordt vergemakkelijkt. Zij hebben het recht om normalisatiewerkzaamheden betreffende voor de productie van statistische gegevens relevante administratieve bestanden te coördineren.

3.   De toegang en de betrokkenheid van de NSI's, van andere nationale instanties en van de Commissie (Eurostat) overeenkomstig de leden 1 en 2 zijn beperkt tot administratieve bestanden binnen hun respectieve bestuursstelsels.

4.   De NSI's ontvangen relevante metagegevens van de eigenaren van voor statistische doeleinden gebruikte administratieve bestanden.

5.   De NSI's en de eigenaren van administratieve bestanden voorzien in de nodige samenwerkingsmechanismen.” ”

„(8)   Het volgende artikel 17 bis wordt ingevoegd:

Artikel 17 bis

Toegang, gebruik en integratie van administratieve bestanden

1.   Om de enquêtedruk te verminderen, hebben de NSI's, de andere nationale instanties bedoeld in artikel 4 en de Commissie (Eurostat) het recht op snelle en kosteloze toegang tot en gebruik van alle administratieve bestanden en op de integratie van die administratieve bestanden in statistieken, voor zover dit noodzakelijk is voor de ontwikkeling, de productie en de verspreiding van uit hoofde van deze verordening geproduceerde Europese statistieken.

2.   De NSI's en de Commissie (Eurostat) worden geraadpleegd over en betrokken bij het oorspronkelijke ontwerp, de daaropvolgende ontwikkeling en de beëindiging van administratieve bestanden die zijn opgezet en in stand worden gehouden door andere organen, waardoor het latere gebruik van deze gegevens voor statistische doeleinden wordt vergemakkelijkt. Zij hebben het recht om normalisatiewerkzaamheden betreffende voor de productie van statistische gegevens relevante administratieve bestanden te coördineren.

3.   De praktische regelingen en voorwaarden voor effectieve toegang worden, waar nodig, vastgesteld door de lidstaten en de Commissie binnen de grenzen van hun respectieve bevoegdheden. Aangaande door het ESCB opgebouwde en onderhouden administratieve bestanden, zal de uitoefening van bevoegdheden uit hoofde van lid 1 en 2 door NSI’s, andere nationale instanties en de Commissie (Eurostat) de in artikel 127 van het Verdrag vastgelegde uitoefening van ESCB-taken niet doorkruisen en de in artikel 130 en artikel 282, lid 3 van het Verdrag en artikel 7 en 37 van de statuten van het Europees Stelsel van centrale banken en van de Europese Centrale Bank vastgelegde waarborgen van centrale-bank onafhankelijkheid en beroepsgeheim onverlet laten.

3 4.   De toegang en de betrokkenheid van de NSI's, van andere nationale instanties en van de Commissie (Eurostat) overeenkomstig de leden 1 en 2 en 3 zijn beperkt tot administratieve bestanden binnen hun respectieve bestuursstelsels.

4 5.   De NSI's ontvangen relevante metagegevens van de eigenaren van voor statistische doeleinden gebruikte administratieve bestanden.

5 6.   De NSI's en de eigenaren van administratieve bestanden voorzien in de nodige samenwerkingsmechanismen.” ”

Uitleg

Regelingen voor toegang tot openbare bestanden dienen zoals voorheen te worden vastgelegd door regels die de lidstaten en de Commissie op de respectieve gebieden van hun bevoegdheid aannemen, zoals vereist door het tweede lid van artikel 24 van Verordening (EG) nr. 223/2009. Dergelijke regels kunnen met name de concepten van „administratieve bestanden” en „snel en kosteloos” verduidelijken.

De voorgestelde wijzigingen aangaande toegang tot openbare bestanden dient bovendien het uitoefenen van ESCB-taken uit hoofde van artikel 127 van het Verdrag en het beginsel van centrale-bank onafhankelijkheid en de verplichting van beroepsgeheim uit hoofde van artikel 130 van het Verdrag en artikel 7 en 37 van de ESCB-statuten onverlet te laten. Bijgevolg is verduidelijking vereist aangaande de potentiële toegang voor de NSI’s en de Commissie tot door het ESCB onderhouden administratieve bestanden, met name de aan de uitvoering van ESCB-taken gerelateerde administratieve bestanden.


(1)  Vet gedrukte tekst geeft aan waar de ECB voorstelt nieuwe tekst toe te voegen Doorhaling betreft tekst die de ECB voorstelt te schrappen.

(2)   PB L 318 van 27.11.1998, blz. 8 .”


IV Informatie

INFORMATIE AFKOMSTIG VAN DE INSTELLINGEN, ORGANEN EN INSTANTIES VAN DE EUROPESE UNIE

Raad

4.12.2012   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 374/9


Kennisgeving aan de personen op wie de beperkende maatregelen van Besluit 2011/486/GBVB van de Raad, als uitgevoerd bij Uitvoeringsbesluit 2012/745/GBVB van de Raad, en van Verordening (EU) nr. 753/2011 van de Raad, als uitgevoerd bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1139/2012 van de Raad, betreffende beperkende maatregelen in verband met de situatie in Afghanistan, van toepassing zijn

2012/C 374/03

De volgende informatie wordt ter kennis gebracht van de personen die worden genoemd in de bijlage bij Besluit 2011/486/GBVB van de Raad, als uitgevoerd bij Uitvoeringsbesluit 2012/745/GBVB van de Raad (1) , en in bijlage I bij Verordening (EU) nr. 753/2011 van de Raad, als uitgevoerd bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1139/2012 van de Raad (2) , betreffende beperkende maatregelen in verband met de situatie in Afghanistan.

De Veiligheidsraad van de Verenigde Naties heeft Resolutie 1988 (2011) aangenomen, waarbij beperkende maatregelen worden opgelegd aan de vóór de datum van aanneming van deze resolutie aangewezen personen en entiteiten, zoals de Taliban, en andere personen, groepen, ondernemingen en entiteiten die banden hebben met de Taliban, zoals nader bepaald in rubriek A („Individuals associated with the Taliban”) en rubriek B („Entities and other groups and undertaking associated with the Taliban”) van de geconsolideerde lijst van het comité ingesteld krachtens Resolutie 1267 (1999) en Resolutie 1333 (2000), alsook aan andere personen, groepen, ondernemingen en entiteiten die banden hebben met de Taliban.

Het comité dat is ingesteld krachtens punt 30 van Resolutie 1988 (2011) van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties, heeft in augustus, oktober en november 2012 de lijst van personen, groepen, ondernemingen en entiteiten waarvoor beperkende maatregelen gelden, geactualiseerd.

De betrokken personen kunnen te allen tijde, onder overlegging van bewijsstukken, het VN-Comité dat bij punt 30 van Resolutie 1988 (2011) van de VN-Veiligheidsraad is ingesteld, verzoeken het besluit om hen op de VN-lijst te plaatsen, te heroverwegen. Dit verzoek dient aan het volgende adres te worden gericht:

United Nations — Focal point for delisting

Security Council Subsidiary Organs Branch

Room S-3055 E

New York, NY 10017

UNITED STATES OF AMERICA

Zie voor meer informatie: http://www.un.org/sc/committees/751/comguide.shtml

Naar aanleiding van het besluit van de VN heeft de Raad van de Europese Unie bepaald dat de personen die door de VN worden vermeld, moeten worden opgenomen op de lijsten van personen, groepen, ondernemingen en entiteiten waarvoor de beperkende maatregelen in Besluit 2011/486/GBVB en Verordening (EU) nr. 753/2011 gelden. De redenen voor de opneming op de lijst van de betrokken personen staan in de desbetreffende vermeldingen in de bijlage bij het besluit en in bijlage I bij de verordening.

De betrokken personen worden erop geattendeerd dat zij een verzoek kunnen richten tot de bevoegde instanties van de betrokken lidstaat (lidstaten), als vermeld op de websites in bijlage II bij Verordening (EU) nr. 753/2011, om toestemming te verkrijgen voor het gebruik van bevroren tegoeden voor basisbehoeften of specifieke betalingen (zie artikel 5 van de verordening).

De betrokken personen kunnen, onder overlegging van bewijsstukken, op onderstaand adres een verzoek tot heroverweging van het besluit om hen op bovengenoemde lijsten te plaatsen, bij de Raad indienen.

Raad van de Europese Unie

Secretariaat-generaal

DG C — Eenheid Coördinatie

Wetstraat 175

1048 Brussel

BELGIË

Tevens worden de betrokken personen erop geattendeerd dat zij tegen het besluit van de Raad beroep kunnen instellen bij het Gerecht van de Europese Unie, overeenkomstig de voorwaarden die zijn neergelegd in artikel 275, tweede alinea, en artikel 263, vierde en zesde alinea, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie.


(1)  PB L 332 van 4.12.2012, blz. 22

(2)  PB L 332 van 4.12.2012, blz. 1


Europese Commissie

4.12.2012   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 374/11


Door de Europese Centrale Bank toegepaste rentevoet voor de basisherfinancieringstransacties (1):

0,75 % per 1 december 2012

Wisselkoersen van de euro (2)

3 december 2012

2012/C 374/04

1 euro =


 

Munteenheid

Koers

USD

US-dollar

1,3057

JPY

Japanse yen

107,36

DKK

Deense kroon

7,4602

GBP

Pond sterling

0,81210

SEK

Zweedse kroon

8,6558

CHF

Zwitserse frank

1,2087

ISK

IJslandse kroon

 

NOK

Noorse kroon

7,3490

BGN

Bulgaarse lev

1,9558

CZK

Tsjechische koruna

25,256

HUF

Hongaarse forint

281,89

LTL

Litouwse litas

3,4528

LVL

Letlandse lat

0,6963

PLN

Poolse zloty

4,1116

RON

Roemeense leu

4,5234

TRY

Turkse lira

2,3329

AUD

Australische dollar

1,2517

CAD

Canadese dollar

1,2964

HKD

Hongkongse dollar

10,1193

NZD

Nieuw-Zeelandse dollar

1,5891

SGD

Singaporese dollar

1,5911

KRW

Zuid-Koreaanse won

1 413,94

ZAR

Zuid-Afrikaanse rand

11,5385

CNY

Chinese yuan renminbi

8,1328

HRK

Kroatische kuna

7,5320

IDR

Indonesische roepia

12 534,89

MYR

Maleisische ringgit

3,9727

PHP

Filipijnse peso

53,445

RUB

Russische roebel

40,3751

THB

Thaise baht

40,020

BRL

Braziliaanse real

2,7477

MXN

Mexicaanse peso

16,8362

INR

Indiase roepie

71,5220


(1)  Rentevoet die is toegepast op de laatst uitgevoerde transactie voor de opgegeven dag. In geval van een tender met variabele rente, verwijst deze rentevoet naar de marginale interestvoet.

(2)  Bron: door de Europese Centrale Bank gepubliceerde referentiekoers.


4.12.2012   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 374/12


Toelichtingen op de gecombineerde nomenclatuur van de Europese Unie

2012/C 374/05

Overeenkomstig artikel 9, lid 1, onder a), tweede streepje, van Verordening (EEG) nr. 2658/87 van de Raad van 23 juli 1987 met betrekking tot de tarief- en statistieknomenclatuur en het gemeenschappelijk douanetarief (1) worden de toelichtingen op de gecombineerde nomenclatuur van de Europese Unie (2) als volgt gewijzigd:

Bladzijde 155

Na de laatste zin van onderverdeling 3301 90 90 wordt de volgende alinea ingevoegd:

3304

Schoonheidsmiddelen en producten voor de huidverzorging (andere dan geneesmiddelen), preparaten tegen zonnebrand en preparaten voor het verkrijgen van een bruine huidskleur daaronder begrepen; producten voor manicure of voor pedicure:

3304 99 00

ander

Deze onderverdeling omvat producten voor de huidverzorging (andere dan geneesmiddelen) gepresenteerd in watten, vilt en gebonden textielvlies, zoals hydraterende verzorgingen, tonics en reinigers. Indien watten, vilt of gebonden textielvlies echter geïmpregneerd, bekleed of bedekt zijn met producten die het wezenlijke karakter van parfum, cosmetica, zeep of detergentia verlenen, worden zij van deze post (respectievelijk post 3307 en post 3401) uitgesloten.”


(1)  PB L 256 van 7.9.1987, blz. 1.

(2)  PB C 137 van 6.5.2011, blz. 1.


Rectificaties

4.12.2012   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 374/13


Rectificatie van het Jaarverslag van de Rekenkamer over de uitvoering van de begroting over het begrotingsjaar 2011, vergezeld van de antwoorden van de instellingen

( Publicatieblad van de Europese Unie C 344 van 12 november 2012 )

2012/C 374/06

Bladzijde 202, bijlage 8.2, in de tabel, eerste rij, vierde kolom „Financiële controles achteraf”:

in plaats van:

„Gedeeltelijk doeltreffend”,

te lezen:

„Doeltreffend”.