2.10.2012   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

CE 296/178


Woensdag 6 april 2011
Invoer van visserijproducten, levende tweekleppige weekdieren, stekelhuidigen, manteldieren en mariene buikpotigen uit Groenland ***I

P7_TA(2011)0135

Wetgevingsresolutie van het Europees Parlement van 6 april 2011 over het voorstel voor een besluit van de Raad tot vaststelling van voorschriften voor de invoer in de Europese Unie van visserijproducten, levende tweekleppige weekdieren, stekelhuidigen, manteldieren, mariene buikpotigen en bijproducten daarvan uit Groenland (COM(2010)0176 – C7-0136/2010 – 2010/0097(COD))

2012/C 296 E/34

(Gewone wetgevingsprocedure – eerste lezing)

Het Europees Parlement,

gezien het voorstel van de Commissie aan de Raad (COM(2010)0176),

gelet op artikel 203 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, op grond waarvan het Parlement door de Raad is geraadpleegd (C7-0136/2010),

gelet op artikel 294, lid 3, artikel 43, lid 2 en artikel 204 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

gelet op het enig artikel van protocol (nr. 34) betreffende de bijzondere regeling van toepassing op Groenland, dat aan het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie gehecht is,

gezien het advies van de Commissie juridische zaken over de voorgestelde rechtsgrondslag,

gezien het gemotiveerde advies dat in het kader van protocol (nr. 2) betreffende de toepassing van de beginselen van subsidiariteit en evenredigheid werd ingediend door de Italiaanse senaat, en waarin het ontwerpwetgevingsbesluit in strijd met het subsidiariteitsbeginsel werd geacht,

gelet op de artikelen 55 en 37 van zijn Reglement,

gezien het verslag van de Commissie visserij (A7-0057/2011),

1.

stelt onderstaand standpunt in eerste lezing vast;

2.

verzoekt om hernieuwde voorlegging indien de Commissie voornemens is ingrijpende wijzigingen in dit voorstel aan te brengen of dit door een nieuwe tekst te vervangen;

3.

verzoekt zijn Voorzitter het standpunt van het Parlement te doen toekomen aan de Raad en aan de Commissie en aan de nationale parlementen.


Woensdag 6 april 2011
P7_TC1-COD(2010)0097

Standpunt van het Europees Parlement in eerste lezing vastgesteld op 6 april 2011 met het oog op de aanneming van Verordening (EU) nr. …/2011 van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van voorschriften voor de invoer in de Europese Unie van visserijproducten, levende tweekleppige weekdieren, stekelhuidigen, manteldieren, mariene buikpotigen en bijproducten daarvan uit Groenland [Am. 1]

(Voor de EER relevante tekst)

HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gelet op het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name op artikel 43, lid 2, en artikel 204 , [Am. 2]

Gelet op het enig artikel van Protocol (nr. 34) betreffende de bijzondere regeling van toepassing op Groenland, dat aan het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie gehecht is, [Am. 3]

Gezien het voorstel van de Europese Commissie,

Na toezending van de ontwerpwetgevingshandeling aan de nationale parlementen,

Gezien het advies van het Europees Economisch en Sociaal Comitee (1),

Handelend volgens de gewone wetgevingsprocedure (2), [Am. 2]

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Groenland is opgenomen in de lijst van landen en gebieden overzee in bijlage II bij het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU). Overeenkomstig artikel 198 van het VWEU heeft de associatie ten doel het bevorderen van de economische en sociale ontwikkeling van de landen en gebieden overzee (LGO's) en de totstandbrenging van nauwe economische betrekkingen tussen hen en de Unie in haar geheel.

(2)

Denemarken en Groenland hebben een verzoek ingediend om het handelsverkeer tussen de Unie en Groenland in visserijproducten, tweekleppige weekdieren, stekelhuidigen, manteldieren, mariene buikpotigen en bijproducten daarvan die afkomstig zijn uit Groenland overeenkomstig bijlage III bij Besluit 2001/822/EG van de Raad van 27 november 2001 betreffende de associatie van de LGO met de Europese Gemeenschap (3) toe te staan in overeenstemming met de voorschriften inzake het handelsverkeer binnen de Unie.

(3)

Bij dergelijk handelsverkeer moeten de voorschriften van de Unie inzake diergezondheid en voedselveiligheid, als vastgesteld in de rechtshandelingen van de Unie, worden nageleefd, evenals de voorschriften betreffende de gemeenschappelijke ordening van de markt voor visserijproducten.

(4)

Bijgevolg moeten Denemarken en Groenland garanderen dat zendingen producten die vanuit Groenland naar de Europese Unie worden gezonden, voldoen aan de geldende regels van de Unie inzake diergezondheid, voedselveiligheid en de gemeenschappelijke ordening van de markt voor visserijproducten. De in aanmerking komende exploitanten van diervoeder- en levensmiddelenbedrijven moeten worden geregistreerd en opgenomen in een lijst overeenkomstig Verordening (EG) nr. 882/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 inzake officiële controles op de naleving van de wetgeving inzake diervoeders en levensmiddelen en de voorschriften inzake diergezondheid en dierenwelzijn (4).

(5)

De bevoegde autoriteit in Groenland heeft de Commissie officiële garanties gegeven betreffende de handhaving van de naleving van de regels en veterinairrechtelijke voorschriften van de Unie voor de betrokken producten. Die garanties betreffen met name de toepassing van de bepalingen van Verordening (EG) nr. 1774/2002 van het Europees Parlement en de Raad van 3 oktober 2002 tot vaststelling van gezondheidsvoorschriften inzake niet voor menselijke consumptie bestemde dierlijke bijproducten (5), Verordening (EG) nr. 853/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 houdende vaststelling van specifieke hygiënevoorschriften voor levensmiddelen van dierlijke oorsprong (6) en Richtlijn 2006/88/EG van de Raad van 24 oktober 2006 betreffende veterinairrechtelijke voorschriften voor aquacultuurdieren en de producten daarvan en betreffende de preventie en bestrijding van bepaalde ziekten bij waterdieren (7), en bevatten een toezegging om de naleving van de voorschriften inzake het handelsverkeer binnen de Unie te handhaven.

(6)

Krachtens Richtlijn 96/23/EG van de Raad van 29 april 1996 inzake controlemaatregelen ten aanzien van bepaalde stoffen en residuen daarvan in levende dieren en in producten daarvan (8) moeten nationale plannen voor toezicht op aquacultuurdieren worden opgesteld. Bijgevolg moeten die bepalingen ook voor Groenland gelden.

(7)

De invoer in de Europese Unie van producten uit Groenland in overeenstemming met de voorschriften van de rechtshandelingen van de Unie inzake het handelsverkeer binnen de Unie is alleen toegestaan als Denemarken en Groenland garanderen de relevante bepalingen in Groenland om te zetten en toe te passen vóór de datum waarop deze verordening wordt vastgesteld. [Am. 1] Denemarken en Groenland moeten garanderen dat de invoer in Groenland van de betrokken producten uit derde landen beantwoordt aan de voorschriften van de Unie inzake diergezondheid en voedselveiligheid. Er moeten veterinaire controles in grensinspectieposten in Groenland worden uitgevoerd overeenkomstig Richtlijn 97/78/EG van de Raad van 18 december 1997 tot vaststelling van de beginselen voor de organisatie van de veterinaire controles voor producten die uit derde landen in de Gemeenschap worden binnengebracht (9). De veterinaire controles in grensinspectieposten in Groenland worden uitgevoerd in nauwe samenwerking met de douaneambtenaren. Om deze taak te vereenvoudigen moeten aan de bevoegde autoriteiten de relevante verwijzingen naar de gecombineerde nomenclatuur (GN) worden verstrekt, als aangegeven in bijlage I bij Beschikking 2007/275/EG van de Commissie van 17 april 2007 betreffende lijsten van dieren en producten die krachtens de Richtlijnen 91/496/EEG en 97/78/EG van de Raad in grensinspectieposten controles moeten ondergaan (10).

(8)

Richtlijn 90/425/EEG van de Raad van 26 juni 1990 inzake veterinaire en zoötechnische controles in het intracommunautaire handelsverkeer in bepaalde levende dieren en produkten in het vooruitzicht van de totstandbrenging van de interne markt (11) voorziet in de invoering van een geïnformatiseerd verbindingssysteem tussen veterinaire autoriteiten om met name de snelle uitwisseling van informatie over diergezondheid en -welzijn tussen de bevoegde autoriteiten te vergemakkelijken (Traces). Beschikking 2004/292/EG van de Commissie van 30 maart 2004 betreffende de toepassing van het Traces-systeem (12) bepaalt dat de lidstaten Traces vanaf 1 april 2004 moeten gebruiken. Traces is van essentieel belang voor een doeltreffend toezicht op de handel in dieren en producten van dierlijke oorsprong en daarom moet Traces worden gebruikt voor de uitwisseling van gegevens over verplaatsingen van en handel in de producten in Groenland.

(9)

Uitbraken van de in Richtlijn 82/894/EEG van de Raad van 21 december 1982 inzake de melding van dierziekten in de Gemeenschap (13) opgesomde dierziekten moeten bij de Commissie worden gemeld via het Systeem voor de melding van dierziekten (Animal Disease Notification System (ADNS)) in overeenstemming met Beschikking 2005/176/EG van de Commissie van 1 maart 2005 tot vaststelling van het formaat en de codes voor de melding van dierziekten krachtens Richtlijn 82/894/EEG van de Raad (14). Wat de betrokken producten betreft, moeten die bepalingen ook voor Groenland gelden.

(10)

Bij Verordening (EG) nr. 178/2002 van het Europees Parlement en de Raad van 28 januari 2002 tot vaststelling van de algemene beginselen en voorschriften van de levensmiddelenwetgeving, tot oprichting van een Europese Autoriteit voor voedselveiligheid en tot vaststelling van procedures voor voedselveiligheidsaangelegenheden (15) is een systeem voor snelle waarschuwingen ingesteld voor kennisgevingen van een direct of indirect risico voor de gezondheid van de mens als gevolg van een levensmiddel of diervoeder (RASFF). Wat de betrokken producten betreft, moeten deze bepalingen ook voor Groenland gelden.

(11)

Voordat Groenland veterinaire controles kan uitvoeren van producten die uit derde landen in Groenland worden binnengebracht, moet een EU-inspectie in Groenland worden uitgevoerd om te controleren of de grensinspectieposten in Groenland voldoen aan de eisen van Richtlijn 97/78/EG, Verordening (EG) nr. 136/2004 van de Commissie van 22 januari 2004 tot vaststelling van procedures voor de veterinaire controles in de grensinspectieposten van de Gemeenschap bij het binnenbrengen van producten uit derde landen (16) en Beschikking 2001/812/EG van de Commissie van 21 november 2001 tot vaststelling van de voorwaarden voor de erkenning van grensinspectieposten belast met veterinaire controles van producten uit derde landen die in de Gemeenschap worden binnengebracht (17).

(12)

Ingevolge de positieve uitkomst van voornoemde inspectie moeten de grensinspectieposten in Groenland worden opgenomen in de lijst van Beschikking 2009/821/EG van de Commissie van 28 september 2009 tot opstelling van een lijst van erkende grensinspectieposten, tot vaststelling van bepaalde voorschriften voor door veterinaire deskundigen van de Commissie uitgevoerde inspecties en tot vaststelling van de veterinaire eenheden in Traces (18). Om te zorgen voor de doeltreffende controle van de in Groenland en in de Europese Unie binnengebrachte visserijproducten moet deze verordening gelden vanaf het tijdstip waarop de grensinspectieposten in Groenland worden opgenomen in de lijst van Beschikking 2009/821/EG. [Am. 1]

(13)

De voor de uitvoering van deze verordening vereiste maatregelen dienen te worden vastgesteld overeenkomstig Verordening (EU) nr. 182/2011 van het Europees Parlement en de Raad van 16 februari 2011 tot vaststelling van de algemene voorschriften en beginselen die van toepassing zijn op de wijze waarop de lidstaten de uitoefening van de uitvoeringsbevoegdheden door de Commissie controleren (19), [Am. 1]

HEBBEN DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD: [Am. 1]

Artikel 1

Onderwerp en toepassingsgebied

Deze verordening is van toepassing op visserijproducten, tweekleppige weekdieren, stekelhuidigen, manteldieren, mariene buikpotigen en bijproducten daarvan („de producten”), van oorsprong uit Groenland of die in Groenland worden binnengebracht en daarna in de Europese Unie worden binnengebracht. [Am. 1]

Artikel 2

Definities

In deze verordening wordt verstaan onder: [Am. 1]

a)   „tweekleppige weekdieren”: weekdieren zoals omschreven in punt 2.1 van bijlage I bij Verordening (EG) nr. 853/2004;

b)   „visserijproducten”: producten zoals omschreven in punt 3.1 van bijlage I bij Verordening (EG) nr. 853/2004;

c)   „bijproducten”: dierlijke bijproducten in de zin van artikel 2, lid 1, onder a), van Verordening (EG) nr. 1774/2002, afgeleid van visserijproducten, tweekleppige weekdieren, stekelhuidigen, manteldieren of mariene buikpotigen;

d)   „producten van oorsprong uit Groenland”: producten zoals omschreven overeenkomstig de bepalingen van bijlage III bij Besluit 2001/822/EG.

Artikel 3

Algemene voorschriften inzake het handelsverkeer tussen de Europese Unie en Groenland in visserijproducten, levende tweekleppige weekdieren, stekelhuidigen, manteldieren, mariene buikpotigen en bijproducten daarvan

1.   De lidstaten staan de invoer in de Europese Unie van de uit Groenland afkomstige producten toe overeenkomstig de rechtshandelingen van de Unie inzake het handelsverkeer binnen de Unie.

2.   De invoer van de producten in de Unie is onderworpen aan de volgende voorwaarden:

a)

de doeltreffende omzetting en uitvoering in Groenland van de geldende voorschriften van de rechtshandelingen van de Unie inzake diergezondheid, voedselveiligheid en de gemeenschappelijke ordening van de markt voor visserijproducten die op de producten betrekking hebben;

b)

de opstelling en de bijwerking overeenkomstig artikel 31 van Verordening (EG) nr. 882/2004 door de bevoegde autoriteit in Denemarken en Groenland van een lijst van exploitanten van diervoeder- en levensmiddelenbedrijven die zijn geregistreerd;

c)

het voldoen van zendingen producten die uit Groenland naar de Europese Unie worden verzonden, aan de geldende voorschriften van de rechtshandelingen van de Unie inzake diergezondheid, voedselveiligheid en de gemeenschappelijke ordening van de markt voor visserijproducten;

d)

de correcte toepassing van de voorschriften van de rechtshandelingen van de Unie inzake diergezondheid, voedselveiligheid en de gemeenschappelijke ordening van de markt voor visserijproducten ten aanzien van het binnenbrengen van de producten in Groenland.

Artikel 4

Plannen voor toezicht op aquacultuurdieren

Denemarken en Groenland leggen plannen voor het toezicht op de opsporing van residuen en stoffen in aquacultuurdieren in Groenland ter goedkeuring aan de Commissie voor overeenkomstig Richtlijn 96/23/EG.

Artikel 5

Controles van producten die uit derde landen in Groenland worden ingevoerd

1.   Zendingen van de producten die uit derde landen in Groenland worden binnengebracht, worden aan veterinaire controles onderworpen overeenkomstig de voorschriften van Richtlijn 97/78/EG.

Om die veterinaire controles te vergemakkelijken zal de Commissie aan de bevoegde autoriteiten van Denemarken en Groenland verwijzingen van de producten verstrekken naar de codes die met betrekking tot producten zijn opgesomd in bijlage I bij Beschikking 2007/275/EG verstrekken.

2.   Voorstellen voor grensinspectieposten in Groenland worden ter goedkeuring aan de Commissie voorgelegd overeenkomstig artikel 6, lid 2, van Richtlijn 97/78/EG.

De lijst van de voor Groenland goedgekeurde grensinspectieposten wordt opgenomen in de lijst van grensinspectieposten in de lidstaten, vastgesteld overeenkomstig de Richtlijnen 91/496/EEG en 97/78/EG.

Artikel 6

Informatiesysteem

1.   Gegevens over verplaatsingen van en handel in de betroffen producten in Groenland worden in het Deens uitgewisseld via het geïntegreerde veterinaire computersysteem (Traces) overeenkomstig Beschikking 2004/292/EG.

2.   De melding van voor de producten relevante aquatische ziekten in Groenland wordt doorgegeven via het ADNS overeenkomstig Richtlijn 82/894/EEG en Beschikking 2005/176/EG.

3.   De kennisgeving van een direct of indirect risico voor de gezondheid van de mens als gevolg van de producten in Groenland wordt doorgegeven via het bij Verordening (EG) nr. 178/2002 vastgestelde RASFF.

Artikel 7

Identificatiemerk

Zendingen van de producten die uit Groenland naar de Europese Unie worden verzonden, worden voorzien van het identificatiemerk voor Groenland, „GL”, overeenkomstig de voorschriften van bijlage II, sectie I, onder B, van Verordening (EG) nr. 853/2004.

Artikel 8

Bevestiging van de naleving van de voorwaarden van deze verordening [Am. 1]

Denemarken en Groenland bevestigen schriftelijk vóór de in artikel 11 vermelde datum waarop deze verordening van toepassing wordt, dat de nodige maatregelen voor de toepassing van deze verordening zijn genomen. [Am. 1]

Artikel 9

Uitvoeringsmaatregelen

De voor de uitvoering van deze verordening vereiste maatregelen worden vastgesteld volgens de procedure, bedoeld in artikel 10. [Am. 1]

Artikel 10

Comitéprocedure

1.   De Commissie wordt bijgestaan door het bij artikel 58 van Verordening (EG) nr. 178/2002 ingestelde permanent comité voor de voedselketen en de diergezondheid.

2.   Wanneer naar dit lid wordt verwezen, is artikel 5 van Verordening (EU) nr. 182/2011.

Artikel 11

Inwerkingtreding en toepassing

Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van zijn bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie. [Am. 1]

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat [Am. 1].

Het is van toepassing vanaf de datum waarop de eerste grensinspectiepost in Groenland in de lijst van Beschikking 2009/821/EG wordt opgenomen.

Gedaan te

Voor het Parlement

De Voorzitter

Voor de Raad

De Voorzitter


(1)  PB ….

(2)  Standpunt van het Europees Parlement van 6 april 2011.

(3)  PB L 314 van 30.11.2001, blz. 1.

(4)  PB L 165 van 30.4.2004, blz. 1.

(5)  PB L 273 van 10.10.2002, blz. 1.

(6)  PB L 139 van 30.4.2004, blz. 55.

(7)  PB L 328 van 24.11.2006, blz. 14.

(8)  PB L 125 van 23.5.1996, blz. 10.

(9)  PB L 24 van 30.1.1998, blz. 9.

(10)  PB L 116 van 4.5.2007, blz. 9.

(11)  PB L 224 van 18.8.1990, blz. 29.

(12)  PB L 94 van 31.3.2004, blz. 63.

(13)  PB L 378 van 31.12.1982, blz. 58.

(14)  PB L 59 van 5.3.2005, blz. 40.

(15)  PB L 31 van 1.2.2002, blz. 1.

(16)  PB L 21 van 28.1.2004, blz. 11.

(17)  PB L 306 van 23.11.2001, blz. 28.

(18)  PB L 296 van 12.11.2009, blz. 1.

(19)  PB L 55 van 28.2.2011, blz. 13.