31985D0014

85/14/EEG: Beschikking van de Commissie van 19 december 1984 waarbij de Franse Republiek overeenkomstig artikel 108, lid 3, van het Verdrag wordt gemachtigd de toepassing van bepaalde vrijwaringsmaatregelen voort te zetten (Slechts de tekst in de Franse taal is authentiek)

Publicatieblad Nr. L 008 van 10/01/1985 blz. 0029 - 0031
Bijzondere uitgave in het Spaans: Hoofdstuk 10 Deel 1 blz. 0111
Bijzondere uitgave in het Portugees: Hoofdstuk 10 Deel 1 blz. 0111


*****

BESCHIKKING VAN DE COMMISSIE

van 19 december 1984

waarbij de Franse Republiek overeenkomstig artikel 108, lid 3, van het Verdrag wordt gemachtigd de toepassing van bepaalde vrijwaringsmaatregelen voort te zetten

(Slechts de tekst in de Franse taal is authentiek)

(85/14/EEG)

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE

GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap, inzonderheid op artikel 108, lid 3,

Overwegende dat de Commissie bij Beschikking 68/301/EEG (1), gewijzigd bij Beschikking 68/406/EEG (2), de Franse Republiek, overeenkomstig artikel 108, lid 3, van het Verdrag, heeft gemachtigd bepaalde vrijwaringsmaatregelen te nemen;

Overwegende dat het tekort op de betalingsbalans door de verhoging van de prijzen van de aardolieprodukten in 1979/1980, de druk op de Franse frank en de verschillen in conjunctuurfasen met de partnerlanden die zich sedert 1981 hebben voorgedaan, geleidelijk en sterk is vergroot;

Overwegende dat de Franse autoriteiten een programma van economische politiek ten uitvoer hebben gelegd om de betalingsbalanssituatie weerom leefbaar te maken, het inflatietempo te verminderen en een betere convergentie van de economische ontwikkelingen in de Gemeenschap te verzekeren; dat de Raad, gezien dit programma, op 16 mei 1983 heeft besloten de Franse Republiek op grond van Verordening (EEG) nr. 682/81 (3) een lening ten bedrage van 4 miljard Ecu te verstrekken ten einde de aanpassing van de Franse economie te vergemakkelijken;

Overwegende dat de lopende rekening van de betalingsbalans van Frankrijk, evenals het kapitaalverkeer op lange termijn, afgezien van de door ingezetenen in het buitenland toegestane opgenomen leningen, nog deficitair is; dat de lasten van de buitenlandse schuld, die met name als gevolg van de waardestijging van de dollar en de stijging van de reële internationale rentetarieven sterk zijn toegenomen, gestabiliseerd en vervolgens verlaagd dienen te worden;

Overwegende dat de onmiddellijke en volledige opheffing van de vrijwaringsmaatregelen, tot het nemen waarvan Frankrijk werd gemachtigd, de Franse economie zou blootstellen aan ontwrichtende kapitaalbewegingen en het gaande zijnde herstel van het evenwicht op de betalingsbalans ernstig in gevaar zou brengen; dat derhalve bepaalde restricties op kapitaaltransacties die normaal geliberaliseerd zijn, gehandhaafd dienen te worden;

Overwegende dat de Franse autoriteiten de vrijwaringsmaatregelen die aanvankelijk waren genomen in afwijking van de communautaire verplichtingen inzake het vrije kapitaalverkeer, minder stringent hebben gemaakt; dat zij voornemens zijn hiermede voort te gaan in de mate dat resultaten worden bereikt bij het herstel van de betalingsbalans,

HEEFT DE VOLGENDE BESCHIKKING GEGEVEN:

Artikel 1

1. De Franse Republiek wordt gemachtigd, tijdelijk en binnen de grenzen van de in de bijlage bij deze beschikking genoemde maatregelen, het sluiten of het uitvoeren van transacties en overmakingen betreffende het kapitaalverkeer dat op de dag van vaststelling van deze beschikking, overeenkomstig de artikelen 1 en 2 van de richtlijn van de Raad van 11 mei 1960 (eerste richtlijn voor de uitvoering van artikel 67), gewijzigd bij de richtlijn van 18 december 1962, is geliberaliseerd, te verbieden of aan een voorafgaande deviezenvergunning te onderwerpen.

2. Deze beschikking heeft een geldigheidsduur van twee jaar te rekenen vanaf de dag waarop zij is vastgesteld, tenzij de Commissie op de voorwaarden van artikel 2, lid 3, besluit tot verlenging.

Artikel 2

1. De Commissie volgt nauwlettend de ontwikkeling van de economische situatie in Frankrijk.

2. Zij behoudt zich het recht voor deze beschikking, na raadpleging van de betrokken Lid-Staat, te wijzigen of in te trekken als zij vaststelt dat de omstandigheden op grond waarvan zij werd gegeven belangrijk zijn veranderd of dat zij een beperkender uitwerking blijkt te hebben dan voor haar doel nodig is.

3. Indien Frankrijk vóór het einde van de geldigheidsduur van deze beschikking aanvoert dat zich met betrekking tot de betalingsbalans nog moeilijkheden of ernstig dreigende moeilijkheden voordoen, stelt de Commissie een algemeen onderzoek in naar de economische situatie in Frankrijk ten einde vast te stellen of de toepassing van de daadwerkelijk van kracht zijnde vrijwaringsmaatregelen geheel of ten dele dient te worden voortgezet.

Artikel 3

Beschikking 68/301/EEG van 23 juli 1968 wordt ingetrokken.

Artikel 4

Deze beschikking is gericht tot de Franse Republiek.

Gedaan te Brussel, 19 december 1984.

Voor de Commissie

De Voorzitter

Gaston THORN

(1) PB nr. L 178 van 25. 7. 1968, blz. 15.

(2) PB nr. L 295 van 7. 12. 1968, blz. 10.

(3) PB nr. L 73 van 19. 3. 1981, blz. 1.

BIJLAGE

1.2 // // // Omschrijving van de transacties // Aard van de in afwijking van de communautaire verplichtingen toegestane beperkingen // // // Directe investeringen // Directe investeringen door ingezetenen in andere Lid-Staten zijn onderworpen aan een aangifteplicht en een deviezenvergunning. De vergunning mag worden geweigerd indien de betrokken investeringen niet voor 50 % worden gefinancierd met leningen in vreemde valuta met een looptijd van ten minste twee jaar. Deze financieringsvoorwaarde geldt niet voor kleine en middelgrote ondernemingen. Transacties van niet meer dan 2 miljoen Ffr. per kalenderjaar of per buitenlandse onderneming waarin wordt geïnvesteerd zijn vrijgesteld van de aangifte- en vergunningsplicht. // Beleggingen in onroerende goederen // Voor de bouw of aankoop van een tweede woning in het buitenland door ingezetenen geldt een vergunningsplicht. De vergunning wordt verleend om redenen van gezondheid of om andere humanitaire redenen. // Kapitaalverkeer van persoonlijke aard // Schenkingen aan niet-ingezetenen en overmakingen naar het buitenland van tegoeden van Franse emigranten zijn onderworpen aan een vergunningsplicht. Overmakingen van geringe omvang zijn toegestaan zonder rechtvaardiging tot een bedrag van ten hoogste 1 500 Ffr. per maand en per opdrachtgever. // Effectentransacties // Het verwerven door ingezetenen van buitenlandse effecten die in vreemde valuta luiden is slechts toegestaan op voorwaarde dat de betaling geschiedt met vreemde valuta's die afkomstig zijn van de verkoop door ingezetenen van in vreemde valuta's luidende effecten (effectenvaluta's). // // Deze voorwaarde geldt niet voor het verwerven door ingezetenen van in Ecu luidende effecten die in Frankrijk door de Instellingen van de Europese Gemeenschappen en de Europese Investeringsbank zijn uitgegeven. // //