31998Y0103(02)

Conclusies van de Raad van 16 december 1997 betreffende de evaluatie van de kwaliteit van het onderwijs op school

Publicatieblad Nr. C 001 van 03/01/1998 blz. 0004 - 0005


CONCLUSIES VAN DE RAAD van 16 december 1997 betreffende de evaluatie van de kwaliteit van het onderwijs op school (98/C 1/03)

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gelet op artikel 126 van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

(1) Gezien de aanneming van het Socrates-programma, met name actie III.3.1 van het programma, waarin de Commissie wordt verzocht de uitwisseling van informatie en ervaring betreffende kwesties van gemeenschappelijk belang te bevorderen,

(2) Overwegende dat de beoordeling van de onderwijskwaliteit op school een van de prioritaire thema's van deze actie is;

(3) Overwegende dat de Commissie sinds maart 1996 diverse studies en activiteiten heeft opgezet waarin de kwestie van de evaluatie vanuit verschillende achtergronden wordt benaderd en die tot doel hebben de balans op te maken van de grote diversiteit en rijkdom aan benaderingen en methodologieën die op de diverse niveaus op het gebied van evaluatie worden gehanteerd;

(4) Overwegende dat de Commissie in het schooljaar 1997/1998 een proefproject zal uitvoeren waaraan een honderdtal onderwijsinstellingen in de landen die aan het Socrates-programma deelnemen, rechtstreeks deelneemt en dat de Commissie bij de uitvoering van dit project wordt bijgestaan door een adviesgroep, bestaande uit door de lidstaten aangewezen deskundigen op het gebied van evaluatie uit de aan het programma deelnemende landen;

(5) Overwegende dat de hoge ambtenaren op onderwijsgebied in 1995 tweemaal zijn bijeengekomen ter bespreking van het thema kwaliteit van het onderwijs op school en dat op beide vergaderingen voor een complementaire aanpak van het thema evaluatie werd gekozen, om de diversiteit en de rijkdom van de door de lidstaten gevolgde benaderingen duidelijk tot uiting te laten komen;

(6) Overwegende dat de in juni 1995 onder Frans voorzitterschap gehouden vergadering vooral gericht was op evaluatie van de door de leerlingen verworven kennis en vaardigheden, terwijl de in november 1995 onder Spaans voorzitterschap gehouden vergadering vooral betrekking had op externe evaluatie en evaluatie door de onderwijsinstellingen zelf, waarbij met name de integratie van de school in haar omgeving als kwaliteitscriterium werd gehanteerd;

(7) Overwegende dat evaluatie ook een belangrijk element is om kwaliteit te garanderen en, in voorkomend geval, te verbeteren;

(8) Overwegende dat de kwaliteit van het onderwijsstelsel wordt bepaald door de onderwijsinstellingen en dat zij ook wordt afgemeten aan de vorderingen die dankzij de school door de jongeren worden gemaakt;

(9) Overwegende dat het ingevolge de ontwikkeling van de hedendaagse samenleving meer dan ooit nodig is dat de staat fors investeert in het onderwijs; dat de doelmatigheid van deze investering moet worden getoetst;

(10) Overwegende dat het derhalve belangrijk is de aandacht te vestigen op de kwaliteit die mede dankzij de investeringen in het onderwijs is bereikt;

(11) Overwegende dat naast de in het kader van de Europese Unie ondernomen activiteiten tevens rekening moet worden gehouden met de in OESO-verband op kwaliteitsgebied verrichte werkzaamheden, met name via de activiteiten van het CERI (Centrum voor onderzoek en vernieuwing op onderwijsgebied) en zijn INES-programma (Indicatoren voor onderwijssystemen), alsook met de internationale studies naar de door leerlingen verworven kennis en vaardigheden van de "International Association for the Evaluation of Educational Achievement" (IEA),

NEEMT DE VOLGENDE CONCLUSIES AAN:

I. ALGEMENE OVERWEGINGEN

De overtuiging dat de door de school zelf te verrichten evaluatie een instrument is voor de ontwikkeling en verbetering van de kwaliteit van die school, is gebaseerd op de veronderstelling dat de kwaliteit van onderwijsinstellingen wordt bepaald door een uitgebreid scala aan onderling samenhangende factoren. Hoewel de keuze van de evaluatiecriteria afhangt van het juridische, politieke en budgettaire kader, dat onder de exclusieve bevoegdheid van de lidstaten valt, wordt de kwaliteit van een school in hoge mate bepaald door de volgende factoren: het professioneel niveau van de leerkrachten, de inhoud van het onderwijsproces, de betrekkingen binnen de school, de integratie van de school in de lokale gemeenschap, de methode volgens welke de in stelling geleid wordt en de kenmerken van de school als plaats waar geleefd wordt.

De leerling staat centraal binnen de school, die tot taak heeft hem waarden, kennis en vaardigheden bij te brengen waarvan hij gebruik zal maken tijdens zijn verdere opleiding en zijn leven als Europees burger. Evaluatie van die verworven kennis en vaardigheden is een belangrijke factor om de kwaliteit van de school en van het daar verstrekte onderwijs te beoordelen.

Omdat elke onderwijsinstelling in samenwerking met de bevoegde autoriteiten van haar land verantwoordelijk is voor de kwaliteit van haar onderwijs, zou elke school ook moeten beschikken over instrumenten en methoden die haar een duidelijker inzicht verschaffen in de voorwaarden die het slagen op school van haar leerlingen bevorderen.

Deze instrumenten moeten de school in staat stellen om, naar gelang van de behoeften of, in voorkomend geval, in het kader van het geldende leerplan, vast te stellen welke vorderingen de jongeren dankzij haar kunnen maken, als mens, als leerling en als toekomstig burger.

II. CONCLUDEREND VERZOEKT DE RAAD

A. de lidstaten:

binnen het kader en de grenzen van hun politieke, juridische, budgettaire, onderwijs- en opleidingsstelsels, hun optreden te versterken door hun samenwerking op het gebied van de beoordeling van de kwaliteit van het onderwijs op school - met name op het gebied van de evaluatie van de verworven kennis en vaardigheden van de leerlingen - te intensiveren teneinde de volgende doelstellingen te verwezenlijken:

- bevorderen dat degenen die op verschillende niveaus betrokken zijn bij het evaluatieproces, netwerken ontwikkelen;

- de resultaten analyseren en verspreiden van de internationale vergelijkende studies naar de evaluatie van de door leerlingen verworven kennis en vaardigheden;

- de ontwikkeling bevorderen van evaluatie-instrumenten waarmee de onderwijsinstellingen beter het leerproces en de verworven kennis en vaardigheden van hun leerlingen kunnen beoordelen;

- ruchtbaarheid geven aan voorbeelden van goede praktijken;

- evalueren in welke mate onderwijsinstellingen en leerkrachten baat hebben bij hun deelneming aan de beschikbare samenwerkingsvormen;

B. de Commissie:

in het kader van de bestaande communautaire onderwijs- en opleidingsprogramma's en van andere relevante communautaire programma's en initiatieven, en profiterend van de ervaring die is opgedaan in het kader van de uit hoofde van die programma's gesteunde projecten en netwerken,

- de Europese samenwerking en de uitwisseling van informatie en goede praktijken op het gebied van de kwaliteitsbeoordeling van het onderwijs op school te versterken;

- op Europees niveau de nationale ervaringen en de resultaten van Europese en internationale studies te benutten en te exploiteren;

- de resultaten van het proefproject maximaal te exploiteren en, in samenwerking met de lidstaten, te zorgen voor de verspreiding en, waar nodig, de follow-up van die resultaten;

- de samenwerking tussen de lidstaten te bevorderen teneinde te zorgen voor het ontstaan van een grotere Europese deskundigheid inzake de evaluatie van de kwaliteit van het onderwijs op school en met name van de door de leerlingen verworven kennis en vaardigheden;

- in het kader van de bestaande communautaire programma's (met name Socrates) te bevorderen dat leerkrachten bewust worden gemaakt van en in voorkomend geval worden voorbereid op de ontwikkeling en het gebruik van evaluatie-instrumenten en -methoden;

- bij het bekijken van de toekomstige samenwerking op onderwijsgebied rekening te houden met het belang van de beoordeling van de kwaliteit van het onderwijs op school.