12002E067

Verdrag tot oprichting van de Europeese Gemeenschap (Geconsolideerde Versie Nice) - Derde deel: Het beleid van de Gemeenschap - Titel IV: Visa, asiel, immigratie en andere beleidsterreinen die verband houden met het vrije verkeer van personen - Artikel 67

Publicatieblad Nr. C 325 van 24/12/2002 blz. 0060 - 0061
Publicatieblad Nr. C 340 van 10/11/1997 blz. 0203 - Geconsolideerde versie


Verdrag tot oprichting van de Europeese Gemeenschap (Geconsolideerde Versie Nice)

Derde deel: Het beleid van de Gemeenschap

Titel IV: Visa, asiel, immigratie en andere beleidsterreinen die verband houden met het vrije verkeer van personen

Artikel 67

Artikel 67

1. Gedurende een overgangsperiode van vijf jaar na de inwerkingtreding van het Verdrag van Amsterdam besluit de Raad met eenparigheid van stemmen op voorstel van de Commissie of op initiatief van een lidstaat, na raadpleging van het Europees Parlement.

2. Na deze periode van vijf jaar:

- besluit de Raad op voorstel van de Commissie; de Commissie neemt ieder verzoek van een lidstaat om indiening van een voorstel bij de Raad in behandeling;

- neemt de Raad met eenparigheid van stemmen, na raadpleging van het Europees Parlement, een besluit teneinde de procedure van artikel 251 toe te passen op alle onder deze titel vallende gebieden, dan wel delen ervan, en de bepalingen betreffende de bevoegdheden van het Hof van Justitie aan te passen.

3. In afwijking van de leden 1 en 2, worden maatregelen als bedoeld in artikel 62, punt 2, onder b), i) en iii), na de inwerkingtreding van het Verdrag van Amsterdam door de Raad met gekwalificeerde meerderheid van stemmen op voorstel van de Commissie en na raadpleging van het Europees Parlement aangenomen.

4. In afwijking van lid 2, worden maatregelen als bedoeld in artikel 62, punt 2, onder b), ii) en iv), na verloop van vijf jaar na de inwerkingtreding van het Verdrag van Amsterdam door de Raad aangenomen volgens de procedure van artikel 251.

5. In afwijking van lid 1 neemt de Raad volgens de procedure van artikel 251 de volgende maatregelen aan:

- de in artikel 63, punt 1 en punt 2, onder a), bedoelde maatregelen, voorzover de Raad vooraf overeenkomstig lid 1 van dit artikel communautaire wetgeving heeft vastgesteld waarin gemeenschappelijke regels en de voornaamste beginselen terzake worden bepaald;

- de in artikel 65 bedoelde maatregelen, met uitzondering van de aspecten in verband met het familierecht.