02005L0001 — NL — 01.07.2011 — 001.001


Onderstaande tekst dient louter ter informatie en is juridisch niet bindend. De EU-instellingen zijn niet aansprakelijk voor de inhoud. Alleen de besluiten die zijn gepubliceerd in het Publicatieblad van de Europese Unie (te raadplegen in EUR-Lex) zijn authentiek. Deze officiële versies zijn rechtstreeks toegankelijk via de links in dit document

►B

RICHTLIJN 2005/1/EG VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

van 9 maart 2005

tot wijziging van de Richtlijnen 73/239/EEG, 85/611/EEG, 91/675/EEG, 92/49/EEG en 93/6/EEG van de Raad en de Richtlijnen 94/19/EG, 98/78/EG, 2000/12/EG, 2001/34/EG, 2002/83/EG en 2002/87/EG met het oog op de instelling van een nieuwe comitéstructuur voor financiële diensten

(Voor de EER relevante tekst)

(PB L 079 van 24.3.2005, blz. 9)

Gewijzigd bij:

 

 

Publicatieblad

  nr.

blz.

datum

►M1

RICHTLIJN 2006/48/EGVAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD Voor de EER relevante tekst van 14 juni 2006

  L 177

1

30.6.2006

►M2

RICHTLIJN 2009/65/EG VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD Voor de EER relevante tekst van 13 juli 2009

  L 302

32

17.11.2009




▼B

RICHTLIJN 2005/1/EG VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

van 9 maart 2005

tot wijziging van de Richtlijnen 73/239/EEG, 85/611/EEG, 91/675/EEG, 92/49/EEG en 93/6/EEG van de Raad en de Richtlijnen 94/19/EG, 98/78/EG, 2000/12/EG, 2001/34/EG, 2002/83/EG en 2002/87/EG met het oog op de instelling van een nieuwe comitéstructuur voor financiële diensten

(Voor de EER relevante tekst)



HOOFDSTUK I

WIJZIGING VAN DE RICHTLIJNEN 93/6/EEG, 94/19/EG EN 2000/12/EG BETREFFENDE DE BANKSECTOR

Artikel 1

Richtlijn 93/6/EEG

In artikel 7, lid 9, derde volzin, van Richtlijn 93/6/EEG worden de woorden „alsmede aan het Raadgevend Comité voor het bankwezen” geschrapt.

Artikel 2

Richtlijn 94/19/EG

In artikel 3, lid 1, derde alinea, van Richtlijn 94/19/EG worden de woorden „Raadgevend Comité voor het bankwezen” vervangen door de woorden „Europees Comité voor het bankwezen”.

▼M1 —————

▼B



HOOFDSTUK II

WIJZIGING VAN DE RICHTLIJNEN 73/239/EEG, 91/675/EEG, 92/49/EEG, 98/78/EG EN 2002/83/EG BETREFFENDE DE SECTOR VAN DE VERZEKERINGEN EN DE BEDRIJFSPENSIOENEN

Artikel 4

Richtlijn 73/239/EEG

Richtlijn 73/239/EEG wordt als volgt gewijzigd:

Artikel 29 bis wordt vervangen door:

„Artikel 29 bis

1.  De bevoegde autoriteiten van de lidstaten stellen de Commissie en de bevoegde autoriteiten van de overige lidstaten in kennis van:

a) elke verlening van een vergunning aan een rechtstreekse of middellijke dochteronderneming waarvan één of meer moederondernemingen onder het recht van een derde land vallen;

b) elke deelneming van een dergelijke moederonderneming in een verzekeringsonderneming van de Gemeenschap waardoor laatstgenoemde de dochteronderneming van eerstgenoemde wordt.

2.  Wanneer een vergunning zoals bedoeld in lid 1, onder a), wordt verleend aan een rechtstreekse of middellijke dochteronderneming van één of meer moederondernemingen die onder het recht van een derde land vallen, wordt de structuur van de groep vermeld in de kennisgeving van de bevoegde autoriteiten aan de Commissie.”.

2)  Artikel 29 ter, lid 4, tweede alinea, wordt vervangen door:

„In de in de eerste alinea bedoelde omstandigheden kan ook, naast het openen van onderhandelingen, overeenkomstig de in artikel 5 van Besluit 1999/468/EG (

*1

) bedoelde procedure en in overeenstemming met artikel 7, lid 3, en artikel 8 daarvan worden besloten dat de bevoegde autoriteiten van de lidstaten hun beslissingen moeten beperken of opschorten inzake:

a) op het tijdstip van het besluit of later ingediende vergunningaanvragen en

b) het verwerven van deelnemingen van rechtstreekse of middellijke moederondernemingen die onder het recht van het betrokken derde land vallen.

Artikel 5

Richtlijn 91/675/EEG

Richtlijn 91/675/EEG wordt als volgt gewijzigd:

1)  In de titel worden de woorden „Comité voor het verzekeringswezen” vervangen door „Europees Comité voor verzekeringen en bedrijfspensioenen”.

2)  Artikel 1 wordt vervangen door:

„Artikel 1

1.  De Commissie wordt bijgestaan door het bij Besluit 2004/9/EG van de Commissie ( *2 ) ingestelde Europees Comité voor verzekeringen en bedrijfspensioenen (hierna „het comité” genoemd).

2.  De voorzitter van het bij Besluit 2004/6/EG van de Commissie ( *3 ) ingestelde Comité van Europese toezichthouders op verzekeringen en bedrijfspensioenen neemt als waarnemer deel aan de vergaderingen van het comité.

3.  Het comité kan deskundigen en waarnemers uitnodigen om de vergaderingen van het comité bij te wonen.

4.  Het secretariaat van het comité wordt verzorgd door de Commissie.

3)  Artikel 2 wordt vervangen door:

„Artikel 2

3)1.  Indien in de besluiten die op het terrein van het directe schadeverzekeringsbedrijf en op dat van het directe levensverzekeringsbedrijf, alsmede op het gebied van herverzekeringen en bedrijfspensioenen worden aangenomen, aan de Commissie bevoegdheden worden verleend ter uitvoering van de daarin gestelde regels, zijn de artikelen 5 en 7 van Besluit 1999/468/EG van de Raad van 28 juni 1999 tot vaststelling van de voorwaarden voor de uitoefening van de aan de Commissie verleende uitvoeringsbevoegdheden ( *4 ) van toepassing, met inachtneming van het bepaalde in artikel 8 van dat besluit.

De in artikel 5, lid 6, van Besluit 1999/468/EG bedoelde termijn wordt vastgesteld op drie maanden.

2.  Het comité stelt zijn reglement van orde vast.

4)  De artikelen 3 en 4 worden geschrapt.

Artikel 6

Richtlijn 92/49/EEG

In artikel 40, lid 10, eerste volzin, van Richtlijn 92/49/EEG worden de woorden „legt om de twee jaar aan het Comité voor het verzekeringswezen dat is opgericht bij Richtlijn 91/675/EEG een verslag voor met een overzicht van” vervangen door de woorden „stelt het Europees Comité voor verzekeringen en bedrijfspensioenen in kennis van”.

Artikel 7

Richtlijn 98/78/EG

Richtlijn 98/78/EG wordt als volgt gewijzigd:

1)  Artikel 10 bis, lid 3, wordt vervangen door:

„3. Onverminderd artikel 300, leden 1 en 2, van het Verdrag onderzoekt de Commissie, hierin bijgestaan door het Europees Comité voor verzekeringen en bedrijfspensioenen, het resultaat van de in lid 1 genoemde onderhandelingen en de daaruit voortvloeiende situatie.”.

2)  Artikel 11, lid 5, wordt vervangen door:

„5. Uiterlijk op 1 januari 2006 brengt de Commissie een verslag uit over de toepassing van deze richtlijn en, zo nodig, over de noodzaak van verdere harmonisatie.”.

Artikel 8

Richtlijn 2002/83/EG

Richtlijn 2002/83/EG wordt als volgt gewijzigd:

1) In artikel 46, lid 9, eerste volzin, wordt de zinsnede „De Commissie legt om de twee jaar aan het Comité voor het verzekeringswezen een verslag voor met een overzicht van” vervangen door de woorden „De Commissie stelt het Europees Comité voor verzekeringen en bedrijfspensioenen in kennis van.”.

2) Artikel 58 wordt als volgt gewijzigd:

Artikel 58

Informatieverstrekking aan de Commissie door de lidstaten

De bevoegde autoriteiten van de lidstaten stellen de Commissie en de bevoegde autoriteiten van de overige lidstaten in kennis van:

a) elke vergunningverlening voor een rechtstreekse of middellijke dochteronderneming waarvan één of meer moederondernemingen onder het recht van een derde land vallen.

b) elke deelneming van een dergelijke moederonderneming in een verzekeringsonderneming van de Gemeenschap waardoor laatstgenoemde de dochteronderneming van eerstgenoemde wordt.

Wanneer een vergunning zoals bedoeld onder a) wordt verleend aan een rechtstreekse of middellijke dochteronderneming van één of meer moederondernemingen die onder het recht van een derde land vallen, wordt de structuur van de groep vermeld in de kennisgeving van de bevoegde autoriteiten aan de Commissie en aan de bevoegde autoriteiten van de overige lidstaten.”.

3) Artikel 65, lid 1, wordt vervangen door:

„1. De Commissie wordt bijgestaan door het bij Besluit 2004/9/EG van de Commissie ( *5 ) ingestelde Europees Comité voor verzekeringen en bedrijfspensioenen.



HOOFDSTUK III

WIJZIGING VAN DE RICHTLIJNEN 85/611/EEG EN 2001/34/EG MET BETREKKING TOT HET EFFECTENBEDRIJF

▼M2 —————

▼B

Artikel 10

Richtlijn 2001/34/EG

Richtlijn 2001/34/EG wordt als volgt gewijzigd:

1) Artikel 108 wordt geschrapt.

2) Artikel 109 wordt gewijzigd als volgt:

„Artikel 109

1.  Met het oog op de aanpassing, in verband met de eisen van de economische situatie, van het minimumbedrag van de te verwachten beurswaarde, genoemd in artikel 43, lid 1, legt de Commissie aan het Europees Comité voor het effectenbedrijf, ingesteld bij Besluit 2001/528/EG van de Commissie ( *6 ) een ontwerp van de te nemen maatregelen voor.

2.  Wanneer naar dit lid wordt verwezen, zijn de artikelen 5 en 7 van Besluit 1999/468/EG van de Raad van 28 juni 1999 tot vaststelling van de voorwaarden voor de uitoefening van de aan de Commissie verleende uitvoeringsbevoegdheden ( *7 ) van toepassing, met inachtneming van artikel 8 van dat besluit.

De in artikel 5, lid 6, van Besluit 1999/468/EG bedoelde termijn wordt vastgesteld op drie maanden vastgesteld.

3.  Het comité stelt zijn reglement van orde vast.



HOOFDSTUK IV

WIJZIGING VAN RICHTLIJN 2002/87/EG BETREFFENDE FINANCIËLE CONGLOMERATEN

Artikel 11

Richtlijn 2002/87/EG

Artikel 19, lid 2, van Richtlijn 2002/87/EG wordt vervangen door:

„2. Onverminderd artikel 300, leden 1 en 2, van het Verdrag onderzoekt de Commissie met het Europees Comité voor het bankwezen, het Europees Comité voor verzekeringen en bedrijfspensioenen en het Comité voor financiële conglomeraten het resultaat van de in lid 1 bedoelde onderhandelingen en de daaruit voortvloeiende situatie.”.



HOOFDSTUK V

SLOTBEPALINGEN

Artikel 12

Uitvoeringsmaatregelen

1.  De volgens de procedure van de artikelen 5 en 7 van Besluit 1999/468/EG en met inachtneming van het bepaalde in artikel 8 daarvan goedgekeurde uitvoeringsmaatregelen laten de wezenlijke bepalingen van de richtlijnen onverlet.

2.  De in artikel 5, lid 6, van Besluit 1999/468/EG bedoelde periode wordt vastgesteld op drie maanden.

3.  Indien de in het Verdrag vastgestelde voorwaarden voor de uitoefening van aan de Commissie toegekende uitvoeringsbevoegdheden worden gewijzigd, beziet de Commissie deze richtlijn opnieuw en stelt zij indien nodig wijzigingen voor. Zij doet dit in elk geval uiterlijk op 31 december 2007.

Artikel 13

Omzetting

De lidstaten doen de nodige wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen in werking treden om uiterlijk op 13 mei 2005 aan deze richtlijn te voldoen.

Wanneer de lidstaten die bepalingen aannemen, wordt in de bepalingen zelf of bij de officiële bekendmaking daarvan naar deze richtlijn verwezen. De regels voor de verwijzing worden vastgesteld door de lidstaten.

Artikel 14

Inwerkingtreding

Deze richtlijn treedt in werking op de twintigste dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Artikel 15

Adressaten

Deze richtlijn is gericht tot de lidstaten.



( *1 ) PB L 184 van 17.7.1999, blz. 23.”.

( *2 ) PB L 3 van 7.1.2004, blz. 34.

( *3 ) PB L 3 van 7.1.2004, blz. 30”.

( *4 ) PB L 184 van 17.7.1999, blz. 23.”.

( *5 ) PB L 3 van 7.1.2004, blz. 34.”.

( *6 ) PB L 191 van 13.7.2001, blz. 45. Besluit gewijzigd bij Besluit 2004/8/EG (PB L 3 van 7.1.2004, blz. 33.

( *7 ) PB L 184 van 17.7.1999, blz. 23.”